Hoger beroep van Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands), 14 de Noviembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak14 de Noviembre de 2012
Uitgevende instantie:Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands)

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE

Sector Civiel recht

Uitspraak : 14 november 2012

Zaaknummer : 200.098.197/01

Rekestnr. rechtbank : F2 RK 11-92

[appellant],

wonende te [woonplaats],

verzoekster in hoger beroep,

hierna te noemen: de moeder,

advocaat mr. W.J.J. Trooster te Vlaardingen,

tegen

[geïntimeerde],

wonende te [woonplaats],

verweerder in hoger beroep,

hierna te noemen: de vader,

advocaat voorheen mr. drs. M.T. Dijkstra te Vlaardingen, thans mr. C. van de Kuilen te Rotterdam.

Als degene wier verklaring in verband met de beoordeling van het verzoek van betekenis kan zijn, is aangemerkt:

de Stichting Bureau Jeugdzorg Stadsregio Rotterdam, te Rotterdam,

hierna te noemen: Jeugdzorg.

In verband met het bepaalde in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is in de procedure gekend:

de raad voor de kinderbescherming te Rotterdam,

hierna te noemen: de raad.

PROCESVERLOOP IN HOGER BEROEP

De moeder is op 2 december 2011 in hoger beroep gekomen van een beschikking van 7 september 2011 van de rechtbank Rotterdam.

De vader heeft op 17 januari 2012 een verweerschrift ingediend.

Bij het hof zijn voorts de volgende stukken ingekomen:

van de zijde van de moeder:

- op 12 december 2011 een brief van 9 december 2011 met bijlagen;

- op 21 december 2011 een brief van diezelfde datum met bijlagen;

- op 23 januari 2012 een brief van 20 januari 2012 met bijlage;

- op 29 februari 2012 een brief van 28 februari 2012 met bijlage;

van de zijde van Jeugdzorg:

- op 6 maart 2012 een faxbericht van diezelfde datum met bijlagen.

De raad heeft het hof op 17 februari 2012 bericht ter zitting aanwezig te zullen zijn.

De zaak is op 7 maart 2012 mondeling behandeld, waarvan proces-verbaal is opgemaakt. De behandeling van de zaak is aangehouden om Jeugdzorg de gelegenheid te geven de noodzakelijke hulpverlening in te zetten en een verslag in te dienen over onder andere het verloop van de ondertoezichtstelling. Beide partijen hebben op dit verslag gereageerd. Het hof heeft besloten opnieuw een mondelinge behandeling te laten plaatsvinden. Partijen zijn daartoe opnieuw opgeroepen.

Bij het hof zijn de volgende stukken ingekomen:

van de zijde van de moeder:

- op 9 augustus 2012 een brief van 8 augustus 2012;

- op 26 september 2012 een faxbericht van diezelfde datum met bijlagen;

van de zijde van de vader:

- op 7 augustus 2012 een faxbericht van diezelfde datum;

van de zijde van Jeugdzorg:

- op 30 juli 2012 een faxbericht van diezelfde datum met bijlagen, welk...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT