Hoger beroep van Court of Appeal of Leeuwarden (Netherlands), 18 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak18 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Court of Appeal of Leeuwarden (Netherlands)

Arrest d.d. 18 december 2012

Zaaknummer 200.064.431/01

(zaaknummer rechtbank: 394870 \ CV EXPL 09-1542)

HET GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN

Arrest van de eerste kamer voor burgerlijke zaken in de zaak van:

Stichting Lefier,

gevestigd te Hoogezand,

appellante in het principaal en geïntimeerde in het incidenteel appel,

in eerste aanleg: eiseres,

hierna te noemen: Lefier,

advocaat: mr. R.H.E. Pruim, kantoorhoudende te Groningen,

voor wie heeft gepleit mr. A.J. Klok, advocaat te Groningen,

tegen

Stichting Woonzorg Nederland,

gevestigd te Amstelveen,

geïntimeerde in het principaal en appellante in het incidenteel appel,

in eerste aanleg: gedaagde,

hierna te noemen: Woonzorg,

advocaat: mr. D. de Vries, kantoorhoudende te Amsterdam,

die tevens heeft gepleit.

Het geding in eerste instantie

In eerste aanleg is geprocedeerd en beslist zoals weergegeven in het vonnis uitgesproken op 26 november 2009 door de rechtbank Groningen, sector kanton, locatie Groningen, hierna: de kantonrechter.

Het geding in hoger beroep

Bij exploot van 24 februari 2010 is door Lefier hoger beroep ingesteld van genoemd vonnis met dagvaarding van Woonzorg tegen de zitting van 11 mei 2010.

De conclusie van de memorie van grieven, waarbij producties zijn gevoegd, luidt overeenkomstig het petitum in de appeldagvaarding:

"(…) bij arrest, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, te vernietigen voor wat betreft het afwijzen van de primaire vordering en opnieuw rechtdoende toe te wijzen:

Primair

  1. voor recht te verklaren dat er tussen partijen een huurovereenkomst bestaat zoals is vastgelegd in productie 6 van de stukken in prima.

  2. Stichting Woonzorg Nederland te veroordelen om aan Lefier te betalen een bedrag van € 39.421,91 per maand, zolang de huurovereenkomst voortduurt, te vermeerderen met de contractuele boete vanaf het tijdstip dat Stichting Woonzorg Nederland in verzuim is tot de dag der algehele voldoening.

  3. Stichting Woonzorg Nederland te veroordelen om aan Lefier te betalen de buitengerechtelijke incassokosten.

    met veroordeling van de Stichting Woonzorg Nederland in de kosten in beide instanties."

    Bij memorie van antwoord is door Woonzorg verweer gevoerd en incidenteel geappelleerd met als conclusie:

    ”In het principaal appel

    (…) zal bevestigen het vonnis van de rechtbank Groningen (…) van 26 november 2009 (…) tussen partijen gewezen, met inachtneming van de memorie van antwoord/memorie van grieven in incidenteel appel, met veroordeling van appellant in de kosten van het hoger beroep, daaronder uitdrukkelijk mede begrepen de na de uitspraak nog vallende kosten (voor wat betreft het procureurssalaris ad € 131,- zonder betekening in conventie of reconventie, € 205,- zonder betekening in conventie en reconventie tezamen en verhoogd met € 68,- in geval van betekening).

    In het incidenteel appel

    (…) het vonnis van de rechtbank Groningen (…) van 26 november 2009 (…) bij arrest, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, op de door Woonzorg om deze memorie onder de grieven van incidenteel appel omschreven punten te vernietigen voor wat betreft de toewijzing van de verklaring voor recht dat het afbreken van de onderhandelingen aangaande de huurovereenkomst van Hunzerheem onrechtmatig was en waarbij Woonzorg is veroordeeld tot betaling aan Lefier van een schadevergoeding, op te maken bij staat, alsmede voor wat betreft de proceskostenveroordeling en opnieuw rechtdoende alle vorderingen van Lefier af te wijzen en Lefier te veroordelen in de kosten van beide instanties waaronder het salaris van de advocaat/ gemachtigde daaronder uitdrukkelijk mede begrepen de na de uitspraak nog vallende kosten (voor wat betreft het procureurssalaris ad € 131,- zonder betekening in conventie of reconventie, € 205,- zonder betekening in conventie en reconventie tezamen en verhoogd met € 68,- in geval van betekening)."

    Door Lefier is in het incidenteel appel geantwoord onder bijvoeging van een productie, met als conclusie:

    (…) het vonnis van de rechtbank Groningen (…) d.d. 26 november 2009 (…) bij arrest voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, zo nodig onder aanvulling of verbetering van gronden, bevestigt, zulks met inachtneming van de memorie van antwoord/memorie van grieven in incidenteel appel, met veroordeling van Woonzorg in de kosten in beide instanties, te vermeerderen met de gebruikelijke nakosten.

    Vervolgens hebben partijen hun zaak doen bepleiten onder overlegging van pleitnota's door hun advocaten.

    Ten slotte hebben partijen verzocht op het pleitdossier arrest te wijzen.

    De grieven

    Lefier heeft in het principaal appel zes grieven opgeworpen.

    Woonzorg heeft in het incidenteel appel drie grieven opgeworpen.

    De beoordeling

    Ten aanzien van de vaststaande feiten

  4. Tegen de door de rechtbank in r.o. 1. (1.1. tot en met...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT