Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Almelo, 1 de Agosto de 2008

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 1 de Agosto de 2008
Uitgevende instantie:Rechtbank Almelo

RECHTBANK ALMELO

Sector bestuursrecht

Registratienummers: 08 / 63 BESLU AQ1 A

08 / 64 BESLU AQ1 A

08 / 65 BESLU AQ1 A

08 / 66 BESLU AQ1 A

08 / 67 BESLU AQ1 A

08 / 68 BESLU AQ1 A

uitspraak van de meervoudige kamer

in de geschillen tussen:

[Vervoerder] BV,

gevestigd te De Lutte, eiseres,

gemachtigde: mr. J.J.J. de Rooij, advocaat te Tilburg,

en

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

verweerder.

  1. Bestreden besluiten

    Besluiten van verweerder d.d. 27 december 2007.

  2. Procesverloop

    Bij een op 18 januari 2007 door de Algemene Inspectiedienst (AID) bij eiseres ingesteld onderzoek is gebleken dat eiseres in het jaar 2006 421 vrachten met ongeboren mest afkomstig van [Leverancier] Beef Products BV heeft vervoerd naar [Ontvanger] BV.

    Bij afzonderlijke besluiten van 5 oktober 2007 heeft verweerder eiseres in verband met overtreding van diverse voorschriften bij of krachtens de Meststoffenwet bestuurlijke boetes opgelegd.

    Bij brieven van 16 oktober 2007 heeft eiseres tegen die besluiten bezwaar gemaakt.

    Bij besluiten van 27 december 2007 zijn de bezwaren ongegrond verklaard.

    Bij beroepen van 11 januari 2008, nader aangevuld bij brieven van 22 januari 2008, heeft eiseres beroep ingesteld.

    Op 25 maart 2008 heeft verweerder de rechtbank de aan de besluiten ten grondslag liggende stukken en een verweerschrift doen toekomen.

    Het beroep is, tezamen met twee soortgelijke beroepen, geregistreerd onder nummer 08/158 en 08/130, behandeld ter openbare zitting van de rechtbank van 29 mei 2008, waar eiseres is verschenen in persoon van [Directeur], bijgestaan door mr. P.M. Remi, terwijl verweerder zich heeft doen vertegenwoordigen door mr. A.H. Spriensma - Heringa en mr. L.C. Commandeur. Ter zitting is als getuige [Getuige], vader van [Directeur], wonende te Losser en als adviseur werkzaam voor eiseres, gehoord. Na het onderzoek ter zitting zijn de beroepen weer gesplitst. In de beroepen, geregistreerd onder nummer 08/158 en 08/130, zal afzonderlijk uitspraak worden gedaan.

  3. Overwegingen

    Het wettelijk kader

    Op grond van artikel 1, eerste lid, onder c, van de Meststoffenwet worden onder dierlijke meststoffen verstaan: uitwerpselen van voor gebruiks- of winstdoeleinden gehouden dieren, daaronder begrepen de geheel of gedeeltelijk verteerde maag- of darminhoud van deze dieren en mengsels van strooisel met de uitwerpselen, alsook producten daarvan.

    Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Meststoffenwet kunnen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur, in het belang van een doelmatige afvoer van mestoverschotten of de bescherming en verbetering van het milieu, regels worden gesteld met betrekking tot het in voorraad hebben, verwerken, vernietigen, vervoeren en verhandelen van dierlijke meststoffen.

    Ingevolge artikel 34 van de Meststoffenwet, voor zover hier van belang, worden bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels gesteld omtrent het opmaken, bewaren, overleggen en afdragen van gegevens door natuurlijke personen, rechtspersonen of samenwerkingsverbanden van natuurlijke personen of rechtspersonen die meststoffen produceren, verhandelen of gebruiken.

    In artikel 35, eerste lid, van de Meststoffenwet is, voor zover hier van belang, bepaald dat bij of krachtens algemene maatregel van bestuur onder meer regels kunnen worden gesteld over de bepaling van onder meer de hoeveelheden meststoffen en de verdere samenstelling van deze meststoffen. Op grond van het tweede lid kunnen bij of krachtens de algemene maatregel van bestuur mede regels worden gesteld omtrent gevallen waarin, de voorwaarden waaronder en de wijze waarop de hoeveelheid geproduceerde dierlijke meststoffen, uitgedrukt in kilogrammen stikstof of fosfaat, wordt bepaald.

    Ingevolge artikel 36, eerste lid, van de Meststoffenwet kunnen de bij of krachtens de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 35, gestelde regels mede betrekking hebben op de bevoegdheid tot het doen van vaststellingen ten behoeve van de bepaling van de in dat artikel bedoelde hoeveelheden, hoedanigheden en oppervlakten en op de voor die vaststellingen te gebruiken apparatuur.

    In artikel 37 van de Meststoffenwet is, voor zover hier relevant, bepaald dat bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels kunnen worden gesteld omtrent het opmaken, bewaren, overleggen en afdragen van gegevens.

    Ingevolge artikel 51, eerste lid, van de Meststoffenwet kan onze Minister een overtreder een bestuurlijke boete opleggen.

    Ingevolge artikel 61 van de Meststoffenwet, voor zover hier van belang, stemt Onze Minister ingeval van overtreding van het bepaalde bij of krachtens artikel 15, 34, 35, 36 of 37 de bestuurlijke boete af op de ernst van de overtreding en de mate waarin deze aan de overtreder kan worden verweten. Hij houdt daarbij zo nodig rekening met de omstandigheden waaronder de overtreding is gepleegd.

    In artikel 62, tweede lid, van de Meststoffenwet, voor zover hier van belang, is bepaald dat ingeval van overtreding van het bij of krachtens artikel 15, 34, 35, 36 of 37 bepaalde de bestuurlijke boete ten hoogste € 45.000,-- bedraagt per overtreding begaan door een rechtspersoon.

    Artikel 67, eerste lid, van de Meststoffenwet bepaalt dat, indien van de overtreding een rapport is opgemaakt, de Minister omtrent het opleggen van de bestuurlijke boete beslist binnen dertien weken na de dagtekening van het rapport.

    Op grond van onder meer de artikelen 15, 34, 35, 36 en 37 van de Meststoffenwet is het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet vastgesteld (hierna: het Besluit).

    Op grond van artikel 38 van het Besluit meldt de intermediair elk van zijn intermediaire ondernemingen afzonderlijk ter registratie aan bij Onze Minister.

    Ingevolge artikel 48 van het Besluit worden dierlijke meststoffen vervoerd door een intermediair die zijn onderneming in het kader waarvan het vervoer plaatsvindt overeenkomstig artikel 38 ter registratie heeft aangemeld.

    Ingevolge artikel 49, tweede lid, van het Besluit geschiedt het vervoer van een vracht dierlijke meststoffen met een transportmiddel dat is uitgerust met op naam van de intermediair geregistreerde apparatuur voor automatische gegevensregistratie.

    Ingevolge het derde lid geschiedt het vervoer van een vracht dierlijke meststoffen met een transportmiddel dat is uitgerust met satellietvolgapparatuur.

    Ingevolge artikel 52, eerste lid, aanhef en onder c, van het Besluit kunnen bij...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT