Raadkamer van Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland), 16 de Septiembre de 2008

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak16 de Septiembre de 2008
Uitgevende instantie:Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)

K08/0080

GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH

Beschikking van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 16 september 2008 inzake het beklag ex artikel 13 van het Wetboek van Strafvordering van:

[klager],

wonende te Roosendaal,

hierna te noemen: klager,

te dezer zake domicilie kiezende ten kantore van mr. J.W. Soeteman, advocaat te Amsterdam,

over de beslissing van de officier van justitie te Breda tot het niet vervolgen van:

[beklaagde 1] en [beklaagde 2], beiden officier van justitie te Breda,

hierna te noemen: beklaagden, en ieder afzonderlijk: beklaagde,

wegens valsheid in geschrift c.q. wegmaken van bewijsstukken.

De feitelijke gang van zaken.

Door klager is aangifte gedaan van valsheid in geschrift c.q. wegmaken van bewijsstukken, beweerdelijk jegens hem gepleegd door beklaagde.

Op 29 november 2007 is door de hoofdofficier van justitie aan klager bericht dat de zaak niet zal worden vervolgd omdat van opzet geen sprake is.

Hierop is namens klager bij schrijven van 27 februari 2008 een klaagschrift ingediend bij het hof, ingekomen ter griffie van het hof op 28 februari 2008, met het verzoek de vervolging te bevelen.

De advocaat-generaal heeft in het schriftelijk verslag van 9 april 2008 het hof geraden het beklag als kennelijk ongegrond af te wijzen.

Op 24 juni 2008 is het klaagschrift in raadkamer van het hof behandeld, waarbij klager -gelet op het advies van de advocaat-generaal - niet is opgeroepen.

Bij tussenbeschikking van het hof van 22 juli 2008 heeft het hof de behandeling van de zaak aangehouden, teneinde klager in de gelegenheid te stellen opmerkingen te maken over het in het beklag gedane verzoek en de gronden waarop dit berust.

Op 19 augustus 2008 is het klaagschrift in raadkamer van het hof behandeld in aanwezigheid van klager en zijn advocaat.

De advocaat van klager heeft tijdens de behandeling de pleitnotities van mr. C.F. Korvinus, advocaat te Amsterdam, welke pleitnotities dienden ter verdediging van klager in diens strafzaak d.d. 25 november 2004, aan het hof overgelegd.

De advocaat-generaal heeft verklaard te persisteren bij het schriftelijk verslag.

Het hof verstaat - met instemming van alle procespartijen - dat het beklag is gegrond op artikel 13 van het Wetboek van Strafvordering, nu de klacht gericht is tegen de niet vervolging van twee officieren van justitie.

De beoordeling.

De advocaat van klager heeft tijdens de behandeling in raadkamer medegedeeld dat het beklag wordt beperkt tot het verzoek de beklaagden te vervolgen...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT