Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 18 de Junio de 2013

Datum uitspraak18 de Junio de 2013
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

12/539 WWB

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Utrecht van

16 december 2011, 10/597 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

[A. te B.] (appellant)

het college van burgemeester en wethouders van Nieuwegein (college)

Datum uitspraak 18 juni 2013.

PROCESVERLOOP

Namens appellant heeft mr. J.J.D. van Doleweerd, advocaat, hoger beroep ingesteld.

Het college heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 23 april 2013. Namens appellant is verschenen mr. Van Doleweerd. Het college heeft zich niet laten vertegenwoordigen.

OVERWEGINGEN

  1. De Raad gaat uit van de volgende in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden.

    1.1. Appellant heeft op 18 mei 2009 een aanvraag om bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand ingediend. Bij brief van 18 juni 2009 heeft het college aan appellant een hersteltermijn gegeven om ontbrekende gegevens over te leggen. Bij besluit van 9 juli 2009 heeft het college de aanvraag buiten behandeling gesteld op de grond dat appellant de bij brief van 18 juni 2009 verzochte gegevens niet voor 3 juli 2009 heeft ingeleverd.

    1.2. Bij besluit van 8 januari 2010 (bestreden besluit) heeft het college het bezwaar van appellant tegen het besluit van 9 juli 2009 ongegrond verklaard.

  2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard.

  3. Appellant heeft zich in hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak gekeerd. Hij heeft aangevoerd dat het college in strijd met het zorgvuldigheids- en motiveringsbeginsel heeft gehandeld en dat het besluit waarbij zijn aanvraag buiten behandeling is gesteld redelijkerwijs niet mocht worden genomen. Appellant heeft ter zitting nogmaals betoogd dat hij de brief van 18 juni 2009 aldus heeft begrepen dat hem een hersteltermijn is gegund tot 17 juli 2009.

  4. De Raad komt tot de volgende beoordeling.

    4.1. Artikel 4:5, eerste lid, aanhef en onder c, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bepaalt dat het bestuursorgaan kan besluiten de aanvraag niet te behandelen, indien de verstrekte gegevens en bescheiden onvoldoende zijn voor de beoordeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking, mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad de aanvraag binnen een door het bestuursorgaan gestelde termijn aan te vullen.

    4.2. Het geschil in hoger beroep is toegespitst op de vraag of appellant op grond van de brief van het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT