Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank 's-Gravenhage, Voorzieningenrechter, 11 de Mayo de 2009

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak11 de Mayo de 2009
Uitgevende instantie:Voorzieningenrechter

Rechtbank 's-Gravenhage

zittinghoudende te Amsterdam

enkelvoudige kamer vreemdelingenzaken

Uitspraak

artikel 8:70 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

jo artikel 71 en 72, tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000)

reg. nrs.: AWB 08/17816

V-nr.: [V-nr]

inzake: eiser [naam eiser], geboren [geboortedatum] in 1966, van Marokkaanse nationaliteit, wonende te Marokko, eiser,

gemachtigde: mr. M.F. Achekar, advocaat te Amsterdam,

tegen: de minister van Buitenlandse Zaken, verweerder,

gemachtigde: mr. A.H. Noordeloos, ambtenaar bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst van het ministerie van Justitie.

  1. PROCESVERLOOP

    Bij besluit van 16 mei 2007 heeft verweerder de aanvraag van eiser van 19 februari 2007 om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) met als doel “gezinsvorming met Nederlandse echtgenote [referente] (hierna: referente)” afgewezen. Het daartegen ingestelde bezwaar is bij besluit van 20 juli 2007 ongegrond verklaard. Hiertegen is door eiser op 22 augustus 2007 beroep ingesteld. Op 22 januari 2008 is de beschikking van 20 juli 2007 ingetrokken en is aangegeven dat opnieuw op het bezwaarschrift zal worden beslist. Hierop heeft eiser zijn beroepschrift ingetrokken. Bij besluit van 24 april 2008 is het bezwaar opnieuw ongegrond verklaard. Op 19 mei 2008 heeft de rechtbank het beroepschrift van eiser ontvangen.

    Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 12 februari 2009. Eiser is aldaar vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen door zijn voornoemde gemachtigde. Tevens was referente ter zitting aanwezig.

    De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

  2. FEITEN

    Op 4 maart 2008 zijn de gemachtigde van eiser en referente gehoord door een ambtelijke commissie.

  3. STANDPUNTEN PARTIJEN

    1. Verweerder heeft zich - zakelijk weergegeven - op het volgende standpunt gesteld. Referente beschikt niet over voldoende middelen van bestaan. Het minimum aantal gegarandeerde uren bij het werk via het uitzendbureau waarvoor referente werkt, te weten Tempo-Team, is 20 uur. De uren die meer worden gewerkt zijn aan te merken als onregelmatige inkomsten. Deze inkomsten kunnen als duurzaam worden aangemerkt als ze structureel zijn. Hoewel referente heeft aangevoerd dat zij zulke onregelmatige inkomsten heeft ontvangen, beschikte verweerder ten tijde van het bestreden besluit niet over loonstroken waaruit dat blijkt. Eiser heeft deze stukken naar een voor verweerder onbekend postbusnummer gestuurd, namelijk postbusnummer 3135 in plaats van 3136. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt de brief te hebben gestuurd en het wekt bevreemding dat zich tussen de bijlagen van die brief, die in beroep alsnog is overgelegd, stukken bevinden gedateerd in mei 2008, terwijl de brief van 15 maart 2008 zou zijn. De in beroep overgelegde loonstroken kunnen gelet op de ex-tunc toetsing niet bij de beoordeling worden betrokken. Verweerder gaat daarom uit van het minimum aantal uren, namelijk 20 uur. Het netto-maandinkomen bedraagt op basis van 20 uur € 646,30. Het netto-maandinkomen via ABC Breda is € 297,91. Het totale netto-maandinkomen bedraagt € 944,21. Het netto-maandinkomen voldoet niet aan het toepasselijke normbedrag van € 1.411,50 netto per maand, exclusief vakantietoeslag.

      Niet valt in te zien waarom eiser en/of referente in Marokko niet zouden kunnen werken of daar geen woonruimte zouden...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT