Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Rotterdam, 26 de Mayo de 2009

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak26 de Mayo de 2009
Uitgevende instantie:Rechtbank Rotterdam

RECHTBANK ROTTERDAM

Sector Bestuursrecht

Meervoudige kamer

Reg.nr.: AWB 08/3227

Uitspraak in het geding tussen

[eiser], wonende te [plaats], eiser,

gemachtigde mr. J.H.M. Nijhuis, advocaat te Rotterdam,

en

de Staatssecretaris van Defensie, verweerder,

gemachtigde mr. A.J. Verdonk.

1 Ontstaan en loop van de procedure

Bij besluit van 18 december 2007 heeft verweerder de functie van eiser, Hoofd Afdeling Economisch Beheer Staf Kmar (hierna: het Hfd AEB) vastgesteld op functieschaal 14, met een totaalscore van 59 punten.

Tegen dit besluit heeft eiser bij brief van 28 januari 2008 bezwaar gemaakt.

Bij besluit van 2 juli 2008 heeft verweerder het bezwaar ongegrond verklaard met aanpassing van de motivering, waardoor de totaalscore op 60 punten komt.

Tegen dit besluit (hierna: het bestreden besluit) heeft eiser bij brief van 11 augustus 2008 beroep ingesteld.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 10 maart 2009. Aanwezig waren eiser en zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Tevens was namens verweerder aanwezig de heer H.J.M. Kolthof, formatiedeskundige.

2 Overwegingen

1 Ten behoeve van de door eiser in 2002 verzochte herwaardering van zijn functie is een functiebeschrijving vastgesteld. Nadat de functiebeschrijving naar aanleiding van een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (hierna: CRvB) van 15 februari 2007 is aangepast, is deze gewaardeerd. Verweerder stelt zich op het standpunt dat eisers functie op juiste gronden is gewaardeerd in schaal 14, onder toekenning van een totaalscore van 60 punten. Onder verwijzing naar het advies van de Commissie van Advies Bezwaren Functiewaardering van 8 mei 2008 is verweerder van mening dat de kenmerken 1, 4, 5 en 10 met een score 4 dienen te worden gewaardeerd en niet met een score 5. Er is weliswaar sprake geweest van een groei in de positie van eiser binnen de Marechausseeraad (hierna: MARRA), maar verweerder is van mening dat niet om het organigram heen gegaan kan worden, waaruit blijkt dat eiser een directeur Beleidsvoorbereiding en Beheer (hierna: directeur BVB) boven zich heeft staan.

2 Eiser kan zich niet verenigen met het bestreden besluit en voert daartoe

– samengevat – het volgende aan. Verweerder heeft onvoldoende gewicht toegekend aan zijn volwaardig lidmaatschap van de MARRA en zijn taak als beleidsterreincontroller. Aanvankelijk was eiser adviserend lid van de MARRA. Met ingang van 4 januari 2000 is eiser benoemd als volwaardig lid...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT