Besluit van 3 februari 2011, houdende regels ter uitvoering van de Wet sociale kanstrajecten jongeren BES (Uitvoeringsbesluit sociale kanstrajecten jongeren BES)

Besluit van 3 februari 2011, houdende regels ter uitvoering van de Wet sociale kanstrajecten jongeren BES (Uitvoeringsbesluit sociale kanstrajecten jongeren BES)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 21 september 2010, nr. WJZ/236477 (4870), directie Wetgeving en Juridische Zaken, gedaan mede namens de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; Gelet op de artikel 11, vijfde lid, en artikel 17, tweede lid van de Wet sociale kanstrajecten jongeren BES;De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 oktober 2010, no. W05.10.0459/I);Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 31 januari 2011, nr. WJZ 256170 (4870), directie Wetgeving en Juridische Zaken, uitgebracht mede namens Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Begripsbepalingen.

In dit besluit wordt verstaan onder:bijzondere uitkering:

de bijzondere uitkering, bedoeld in artikel 17 van de Wet sociale kanstrajecten jongeren BES;wet:

de Wet sociale kanstrajecten jongeren BES.

Artikel 2

Berekening bijzondere uitkering.

  1. Onze Minister stelt jaarlijks voor de openbare lichamen tezamen een bedrag vast ten behoeve van de bijzondere uitkeringen. 2. De vaststelling van de bijzondere uitkering voor een openbaar lichaam geschiedt door de verdeling van het ingevolge het eerste lid vastgestelde bedrag over de drie openbare lichamen. 3. Bij ministeriële regeling worden verdeelmaatstaven vastgesteld.

Artikel 3

Kanstrajecttoelage.

Onze Minister stelt de hoogte van de kanstrajecttoelage bij ministeriële regeling vast.

Artikel 4

Aanvraag kanstrajecttoelage.

  1. Een deelnemer vraagt een kanstrajecttoelage schriftelijk aan bij het projectbureau van het desbetreffende openbare lichaam. 2. De aanvraag wordt ondertekend en bevat de naam, de geboortedatum, het adres van de aanvrager en een dagtekening. 3. De aanvrager geeft in de aanvraag aan of hij in aanmerking wil komen voor een bijdrage in de kinderopvang. 4. Een deelnemer die in aanmerking wil komen voor een bijdrage in de kinderopvang legt bij de aanvraag een geboortebewijs van het kind of de kinderen over en verklaart dat hij de verzorger van het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT