Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank 's-Gravenhage, Amsterdam, 9 de Julio de 2010

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 9 de Julio de 2010
Uitgevende instantie:Amsterdam

RECHTBANK ’s-GRAVENHAGE

Sector Bestuursrecht

Zittinghoudende te Amsterdam

zaaknummers: AWB 09/11980 (beroep) AWB 09/2296 (voorlopige voorziening)

V-nr:

uitspraak van de meervoudige kamer voor vreemdelingenzaken en de voorzieningenrechter

in het geding tussen:

eiser en verzoeker [naam], van Turkse nationaliteit, hierna: eiser,

gemachtigde: mr. E. Köse, advocaat te Rotterdam

en:

de minister van Justitie, voorheen de staatssecretaris van Justitie, verweerder,

gemachtigde: mr. M.A. Pruss, werkzaam bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst van het Ministerie van Justitie.

Procesverloop

Bij besluit van 15 januari 2009 heeft verweerder de aanvraag van eiser van 2 september 2008 tot verlening van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 14 van de Vw 2000 onder de beperking ‘arbeid als zelfstandige’ afgewezen. Het daartegen ingestelde bezwaar is bij besluit van 31 maart 2009 ongegrond verklaard. Het besluit vermeldt onder meer de rechtsgevolgen dat eiser na bekendmaking van het besluit niet meer rechtmatig in Nederland verblijft en dat eiser Nederland uit eigen beweging binnen 24 uur moet verlaten.

Op 3 april 2009 heeft de rechtbank het beroepschrift van eiser ontvangen. Volgens het besluit schort het beroep de rechtsgevolgen niet op. Bij brief van dezelfde datum is verzocht een voorlopige voorziening te treffen die ertoe strekt de uitzetting te verbieden totdat op het beroep is beslist.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 20 april 2010. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde en mr. A. Durmus, advocaat te Rotterdam. Verweerder is vertegenwoordigd door zijn voornoemde gemachtigde. Ook was ter zitting aanwezig Y. Akkaya, tolk in de Turkse taal.

De voorzieningenrechter/rechtbank (hierna: rechtbank) heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

Feiten

Bij besluit van 9 februari 2007 heeft verweerder de aanvraag van eiser van diezelfde dag tot het verlenen van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 14 van de Vreemdelingenwet (Vw) 2000 onder de beperking ‘arbeid als zelfstandige’ afgewezen. Het daartegen ingestelde bezwaar is bij besluit van 17 april 2007 ongegrond verklaard. Eiser heeft destijds tegen dit besluit beroep ingesteld, welk beroep hij bij brief van 6 juli 2009 heeft ingetrokken.

Overwegingen

Ten aanzien van artikel 4:6 van de Awb

1.1. De rechtbank stelt vast dat eiser vóór de hier aan de orde zijnde aanvraag van 2 september 2008 reeds in 2007 een aanvraag heeft ingediend tot het verlenen van een reguliere verblijfsvergunning met als doel ‘arbeid als zelfstandige’ bij de v.o.f. ‘Slagerij Istanbul’. Het afwijzende besluit van verweerder op de aanvraag uit 2007 staat inmiddels in rechte vast.

1.2. Uit de jurisprudentie van de Afdeling vloeit voort dat, indien na een eerder afwijzend besluit een besluit van gelijke strekking wordt genomen, door het instellen van beroep tegen het laatste besluit niet kan worden bereikt dat de bestuursrechter dat besluit toetst, als ware het een eerste afwijzing. Slechts indien en voor zover in de bestuurlijke fase nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden zijn aangevoerd, dan wel uit het aldus aangevoerde kan worden afgeleid dat zich een relevante wijziging van het recht heeft voorgedaan, kan dat besluit, de motivering ervan en de wijze waarop het tot stand is gekomen door de bestuursrechter worden getoetst.

1.3. De rechtbank ziet zich in het licht van bovengenoemd toetsingskader geplaatst voor de vraag of sprake is van een relevante wijziging van het recht. In dit kader is van belang dat de Vreemdelingencirculaire 2000 bij Wijzigingsbesluit Vreemdelingencirculaire 2007/39 (WBV 2007/39) is gewijzigd en dat eisers tweede aanvraag aan dit beleid is getoetst. Blijkens de toelichting bij dit WBV betreft de wijziging de introductie van een nieuw puntensysteem, dat de toelating van kennismigranten beter mogelijk maakt. Dit puntensysteem vormt de basis voor het advies van de Minister van Economische Zaken aan de Minister van Justitie over de economische aspecten van de aanvraag van vreemdelingen die zich als zelfstandige in Nederland willen vestigen. De Minister van Justitie hanteert als gevolg van de beleidswijziging sinds 4 januari 2008...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT