Verzet van Court of Appeal of Arnhem (Netherlands), 6 de Marzo de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 6 de Marzo de 2012
Uitgevende instantie:Court of Appeal of Arnhem (Netherlands)

GERECHTSHOF ARNHEM

Sector belastingrecht

nummer 11/00554

uitspraakdatum: 6 maart 2012

Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer

op het verzet van

X te Z (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de tweede enkelvoudige belastingkamer van het Hof van 29 november 2011

in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking Rivierenland te Tiel (hierna: de Ambtenaar).

  1. Ontstaan en loop van het geding

    1.1. De Ambtenaar heeft bij beschikking de waarde van de onroerende zaak a-straat 1 te Q voor de kalenderjaren 2009 en 2010 vastgesteld op respectievelijk € 862.000 en € 859.000.

    1.2. Belanghebbende heeft tegen deze waardebeschikkingen bezwaar gemaakt. De Ambtenaar heef bij uitspraken van 3 december 2010 de vastgestelde waarden verminderd tot € 835.000.

    1.3. Belanghebbende is tegen voornoemde uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank te Arnhem (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij (ongedateerde) uitspraak, nummer AWB 11/351, ongegrond verklaard.

    1.4. Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem (hierna: het Hof). Het Hof heeft op de voet van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) het hoger beroep bij uitspraak van

    29 november 2011, nummer 11/00554, kennelijk niet-ontvankelijk verklaard omdat het verschuldigde griffierecht van € 112 niet is betaald. Een kopie van die uitspraak is aan deze uitspraak gehecht.

    1.5. Belanghebbende heeft bij brief van 30 november 2011, ingekomen bij het Hof op

    1 december 2011, verzet gedaan tegen de uitspraak van 29 november 2011.

    1.6 Belanghebbende is gehoord ter zitting van 11 januari 2012 te Arnhem. Van die zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

    1.7. Na het sluiten van het onderzoek ter zitting heeft belanghebbende bij het Hof nog nadere stukken ingediend. De inhoud daarvan heeft het Hof geen aanleiding gegeven het onderzoek op de voet van artikel 27j van de Algemene wet rijksbelastingen (hierna: AWR) juncto artikel 8:68 van de Awb te heropenen. De stukken – waarvan een afschrift aan de uitspraak is gehecht – behoren daarom ook niet tot de stukken van het geding.

  2. De vaststaande feiten en de gronden van het verzet

    2.1 Belanghebbendes hogerberoepschrift is op 1 augustus 2011 ontvangen ter griffie van het Hof.

    2.2 Bij aangetekende brief van 30 september 2011, gericht aan het door belanghebbende in zijn hogerberoepschrift...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT