Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Maastricht, 23 de Abril de 2002

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak23 de Abril de 2002
Uitgevende instantie:Rechtbank Maastricht

Parketnummer: 03/008005-02

Datum uitspraak: 23 april 2002

RECHTBANK MAASTRICHT

VONNIS

op tegenspraak gewezen door de meervoudige kamer voor strafzaken in de zaak tegen

[naam verdachte],

geboren te [geboortedatum/plaats],

wonende te [adres verdachte],

thans gedetineerd in de het P.I. "Overmaze" te Maastricht.

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 9 april 2002.

De tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat

  1. hij in of omstreeks de periode van 4 tot en met 5 januari 2002 te Elsloo, althans in de gemeente Stein, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een postkantoor/postagentschap (Stationsstraat 112) heeft weggenomen pakketjes met (onder meer) postzegels en/of strippenkaarten en/of telefoonkaarten en/of Boncadeau-bonnen (met een totale waarde van (ongeveer) EUR 50.000,00) en/of een jute postzak en/of twee metalen kisten met inhoud (te weten een totale waarde van (ongeveer) EUR 5.907,50 aan munten), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Postkantoren BV, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;

  2. hij op of omstreeks 5 januari 2002 in de gemeente Maastricht opzettelijk aanwezig heeft gehad (ongeveer) 20 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en/of MDA en/of N-ethyl MDA en/of amfetamine, zijnde MDMA, MDA, N-ethyl MDA en amfetamine een middel vermeld op de bij de Opiumwet

    behorende lijst I;

  3. hij op of omstreeks 22 november 2000 in de gemeente Maastricht, in elk geval in het arrondissement Maastricht, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 51,1 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA, zijnde MDMA een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;

  4. hij op of omstreeks 22 november 2000 in de gemeente Maastricht munitie van categorie III, te weten

    - een patroon (merk S&B)

    - een patroon (merk GECO)

    - zeven patronen (merk PMC),

    voorhanden heeft gehad.

    De ontvankelijkheid van de officier van justitie in de vervolging

    De raadsman heeft -kort gezegd- gesteld dat het bevel ex artikel 126g van het Wetboek van Strafvordering (Sv) niet terecht is gegeven nu ten tijde van de afgifte daarvan geen sprake was van een verdenking van een misdrijf dan wel, zoals bedoeld in artikel 126o Sv, van een in samenwerking gepleegde beraming daartoe. De raadsman heeft op grond van zijn stelling -zo begrijpt de rechtbank- geconcludeerd dat de met toepassing van technische hulpmiddelen verrichte observaties onrechtmatig waren en dat op grond daarvan primair de officier van justitie in de vervolging niet-ontvankelijk moet worden verklaard.

    De...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT