Voorlopige voorziening van Council of State (Netherlands), Voorzitter, 31 de Mayo de 2013

Datum uitspraak31 de Mayo de 2013
Uitgevende instantie:Voorzitter

201302796/2/R2.

Datum uitspraak: 31 mei 2013

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:

[verzoekster], gevestigd te Zeist,

verzoekster,

en

de raad van de gemeente Ermelo,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 31 januari 2013 met kenmerk 12077199 heeft de raad het bestemmingsplan "Kom Ermelo" (hierna: het plan) vastgesteld.

Tegen dit besluit heeft onder meer [verzoekster] beroep ingesteld.

[verzoekster] heeft de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 16 mei 2013, waar [verzoekster], vertegenwoordigd door [gemachtigde] en bijgestaan door mr. I.O. den Hollander, advocaat te Amsterdam, en de raad, vertegenwoordigd door mr. J.L.D. Koning-van As en mr. R.A. Oosterveer, beiden werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.

Overwegingen

  1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

  2. [verzoekster] vreest dat door de inwerkingtreding van het plan haar verzoek om handhavend op te treden tegen de niet vergunde onderdelen van het bouwwerk op het voor haar naburig gelegen perceel aan de [locatie] bij een door het college van burgemeester en wethouders opnieuw te nemen besluit op bezwaar afgewezen zal worden. [verzoekster] verwijst hiervoor naar de uitspraak van de Afdeling van 27 februari 2013 in zaak nr. 201208033/1/A1 waarin het hoger beroep van het college van burgemeester en wethouders van Ermelo tegen de uitspraak van de rechtbank Zutphen van 4 juli 2012, waarbij het beroep van [verzoekster] tegen een besluit op bezwaar tot afwijzing van haar verzoek om handhavend tegen de niet vergunde onderdelen van het bouwwerk op te treden gegrond is verklaard, ongegrond is verklaard. De Afdeling heeft in dit verband geoordeeld dat de rechtbank terecht heeft overwogen dat de uitbreiding van het bouwwerk in strijd is met het geldende bestemmingsplan "Kom Ermelo 1998, herziening 2002", dat die uitbreiding niet omgevingsvergunningvrij is en voor de realisering ervan derhalve een omgevingsvergunning is vereist en dat, nu over een zodanige vergunning niet wordt beschikt, het college van burgemeester en wethouders bevoegd is handhavend op te treden. [verzoekster] vreest dat door de inwerkingtreding van het plan de uitbreiding...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT