Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Gelderland, 18 de Junio de 2013
Spreker | gepubliceerd |
Datum uitspraak | 18 de Junio de 2013 |
Uitgevende instantie: | Rechtbank Gelderland |
RECHTBANK GELDERLAND
team strafrecht
zittingsplaats Zutphen
politierechter
parketnummer: 06/922016-11
datum uitspraak: 17 juni 2013
tegenspraak
VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren: [geboortedatum],
wonende: [adres].
Raadsman: mr. Bénard, advocaat te Apeldoorn.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 5 november 2012 en 3 juni 2013.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 16 november 2009 tot
en met 18 juni 2012 te Apeldoorn althans elders in Nederland, tezamen en in
vereniging met één of meer andere rechtspersonen en/of natuurlijke personen,
althans alleen, opzettelijk een Mercedes-Benz B170 met het kenteken [x]
en/of een Mercedes-Benz C270 CDI met het kenteken [x], waarop door [belastingdeurwaarder], belastingdeurwaarder van de Belastingdienst Randmeren/kantoor
Apeldoorn, op 16 november 2009, op grond van de Invorderingswet 1990, in elk
geval krachtens de wet, beslag was gelegd ([x]), aan dat beslag heeft
onttrokken;
art 198 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Overwegingen ten aanzien van het bewijs
Aanleiding tot het onderzoek
Bij brief van 24 november 2010 heeft belastingdeurwaarder [belastingdeurwaarder] (hierna: de belastingdeurwaarder) aangifte gedaan als bedoeld in artikel 162 van het Wetboek van Strafvordering van vermoedelijke overtreding van artikel 198 van het Wetboek van Strafrecht. De belastingdeurwaarder heeft daarin naar voren gebracht dat hij op 23 november 2010 wilde overgaan tot executoriale verkoop van twee onder de belastingschuldige [be[belastingschuldige]ge] in beslag genomen personenauto’s ? de in de tenlastelegging aangeduide auto’s; hierna: de auto’s ? en dat hij heeft vastgesteld dat die niet voor de verkoop ter beschikking waren gesteld. De verdachte, directeur grootaandeelhouder van de BV, die volgens de belastingdeurwaarder als bewaarder was aangesteld, had aangegeven dat de auto’s niet aanwezig waren omdat zij niet in beslag zouden zijn genomen. Vervolgens is onder leiding van de officier van justitie door de fiscale recherche (FIOD) een strafrechtelijk onderzoek tegen de verdachte naar vermoedelijke onttrekking van de auto’s aan het beslag ingesteld.
Standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot bewezenverklaring van het tenlastegelegde. Ter terechtzitting heeft de officier van justitie de bewijsmiddelen opgesomd en toegelicht.
Standpunt van de verdachte/de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat de verdachte van het hem ten laste gelegde feit dient te worden vrijgesproken. Er lag geen beslag op de auto’s, omdat de auto’s niet rechtsgeldig in beslag waren genomen. De verdachte kan de auto’s dan ook niet aan het beslag hebben onttrokken. Niet alleen heeft de belastingdeurwaarder vanuit de woning hooguit het kenteken van één van de auto’s gezien, omdat één van de auto’s op dat moment in de garage stond, maar ook is het aannemelijk dat het exploot, zoals zich dat als bijlage D06 bij de processtukken bevindt, niet aan de verdachte is uitgereikt. Achter dat stuk bevinden zich in het procesdossier HSB prints met als peildatum 17 november 2011, terwijl de uitreiking van het exploot een dag daarvoor al zou...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT