Wet van 24 april 2002, houdende wijziging van een aantal bepalingen van de Flora- en faunawet in verband met een verbod op de drijfjacht

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 2002

236

Wet van 24 april 2002, houdende wijziging van een aantal bepalingen van de Flora- en faunawet in verband met een verbod op de drijfjacht

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is nadere regels te stellen omtrent de methode van doden van hoefdieren in het kader van beheer en schadebestrijding en dat voor de goede werking en uitvoering van de Flora- en faunawet enige wijzigingen van deze wet en andere regelgeving noodzakelijk zijn;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Flora- en faunawet1 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 38, eerste lid, onderdeel a, wordt «een geldige jachtakte» vervangen door: een geldige jachtakte, voorzover het betreft het jagen met een geweer.

B

In artikel 50, eerste lid, onderdeel d, wordt «eendenkooien» vervangen door: geregistreerde eendenkooien als bedoeld in artikel 56.

C

In artikel 70 wordt «In afwijking van de artikelen 46, vijfde lid, 67 en 68» vervangen door: In afwijking van de artikelen 29, 30, 46, vijfde lid, 67, 68 en 74a, tweede lid».

D

In artikel 72, zesde lid, wordt «is het bepaalde in de artikelen 54 en 55» vervangen door: is het bepaalde bij of krachtens de artikelen 54 en 55.

Staatsblad 2002 236 1

E

Artikel 74

wordt als volgt gewijzigd:

  1. In het eerste lid worden de onderdelen b en c geletterd c en d.

  2. Er wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende: b. door middel van drijven, voorzover het edelherten, damherten, reeën of wilde zwijnen betreft;

  3. Onder vernummering van het tweede lid tot derde lid, wordt een tweede lid ingevoegd, luidende: 2. In afwijking van het eerste lid, onderdeel b, is het doden van wilde zwijnen toegestaan, voorzover bepaald bij algemene maatregel van bestuur, door middel van een methode, waarbij één persoon wilde zwijnen opzettelijk verontrust met het oogmerk bedoelde dieren binnen het schootsveld van één geweerdrager te drijven opdat deze de dieren kan doden en voorzover hierbij geen hond wordt ingezet.

F

Artikel 109

vervalt.

G

Artikel 112

wordt als volgt gewijzigd:

  1. Het eerste tot en met vierde lid worden vernummerd tot tweede tot en met vijfde lid.

  2. Er wordt een nieuw eerste lid ingevoegd, luidende: 1. Onze Minister is bevoegd tot toepassing van bestuursdwang ter handhaving van het bij of krachtens deze wet bepaalde.

  3. In het tweede lid wordt «Onverminderd het bepaalde in artikel 117 van het Wetboek van Strafvordering kan Onze Minister bepalen» vervangen door: Onverminderd het bepaalde in...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT