Rijkswet van 13 december 1996, houdende wijziging van de Belastingregeling voor het Koninkrijk in verband met maatregelen met het oog op het tegengaan van misbruik en oneigenlijk gebruik alsmede in verband met enige technische aanpassingen

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 1996

644

Rijkswet van 13 december 1996, houdende wijziging van de Belastingregeling voor het Koninkrijk in verband met maatregelen met het oog op het tegengaan van misbruik en oneigenlijk gebruik alsmede in verband met enige technische aanpassingen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de regeringen van Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba het wenselijk achten vooruitlopend op een integrale aanpassing van de Belastingregeling voor het Koninkrijk aan ontwikkelingen in de belastingwetgeving van de landen van het Koninkrijk, maatregelen te treffen om misbruik en oneigenlijk gebruik van de Belastingregeling voor het Koninkrijk, waaronder emigratie tussen de landen waarbij het behalen van fiscale voordelen voorop staat, tegen te gaan alsmede enige technische aanpassingen in de Belastingregeling voor het Koninkrijk aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Belastingregeling voor het Koninkrijk1 worden de volgende wijzigingen aangebracht.

A.1. In artikel 1, eerste lid, vervalt «en niet volgens het eigen recht opgerichte lichamen». Voorts vervalt «onderscheidenlijk volgens het eigen recht opgerichte lichamen».

A.2. Onder vernummering van het tweede lid in derde lid, wordt na het eerste lid ingevoegd: 2. Een lichaam dat is opgericht naar het recht van een land van het Koninkrijk wordt in een ander land van het Koninkrijk niet aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen, waaraan lichamen die naar het recht van het andere land zijn opgericht onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.

Staatsblad 1996 644 1

  1. In artikel 4, tweede lid, vervalt onderdeel b en wordt onderdeel c vernummerd in onderdeel b.

  2. In artikel 11 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

    C.1. In het derde lid, eerste volzin, wordt «Het tarief van de in het tweede lid bedoelde belasting gaat» vervangen door: Het tarief van de in het tweede lid bedoelde belasting gaat onder nader te stellen voorwaarden ter verzekering van een juiste toepassing van dit artikel zowel naar doel als naar strekking.

    C.2. In de tweede volzin wordt «Het tarief bedraagt in het in de vorige volzin bedoelde geval» vervangen door: Het tarief bedraagt onder nader te stellen voorwaarden ter verzekering van een juiste toepassing van dit artikel zowel naar doel als naar strekking in het in de vorige volzin bedoelde geval.

    C.3. De laatste volzin vervalt. Aan het artikel wordt toegevoegd: 4. De Minister van Financiën van het land van inwoning van de schuldenaar van een dividend stelt na overleg met de Ministers van Financiën van de andere landen vast onder welke voorwaarden de vermindering via een teruggaaf dan wel via een vrijstelling wordt verleend. De in de vorige volzin bedoelde Minister kan deze voorwaarden niet wijzigen dan nadat hij overleg heeft gepleegd met de andere Ministers. Een na vorenbedoeld overleg totstandgekomen wijziging vindt toepassing: a. indien zij in werking treedt voor 1 juli van enig kalenderjaar: met ingang van 1 januari van het daaropvolgende kalenderjaar; b. indien zij in werking treedt na 1 juli van enig kalenderjaar: met ingang van 1 januari van het tweede daaropvolgende kalenderjaar; c. indien de bedoelde Ministers zulks overeenkomen: met ingang van

    de datum van inwerkingtreding.

    D.1. In artikel 12, eerste lid, wordt «Inkomsten» vervangen door: Voordelen.

    D.2. In het tweede lid, wordt «Het eerste lid laat onverlet de heffing van belasting in een van de landen van inkomsten» vervangen door: Het bepaalde in het eerste lid tast niet aan het recht van elk van de landen overeenkomstig zijn eigen wetgeving belasting te heffen op voordelen die voortvloeien.

    Voorts vervalt aan het slot: «met dien verstande dat het tarief 20 percent niet te boven gaat».

  3. In artikel 13 vervalt het derde lid.

  4. Aan artikel 15 wordt...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT