Besluit EU-verordeningen Wft

Besluit van 15 maart 2024, houdende regels met betrekking tot de uitvoering en handhaving van EU-verordeningen met betrekking tot de financiële markten of de op die markten werkzame personen (Besluit EU-verordeningen Wft)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 2 januari 2024, 2023-0000276513, directie Financiële Markten; Gelet op de artikelen 1:3a, vierde lid, 1:24, derde lid, 1:25, derde lid, 1:25a, tweede lid, 1:25c, 1:50a, 1:79, eerste lid, onderdeel b, 1:80, onderdeel b, 1:81, derde lid, 1:82, tweede lid, 1:87, vierde lid, 1:94, eerste lid, onderdeel h, 1:97, derde lid, onderdeel b, artikel 3:28a, eerste lid, en 4:27a, derde lid, van de Wet op het financieel toezicht, alsmede de in de bijlagen bij dit besluit aangehaalde EU-verordeningen; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 februari 2024, nr. W06.24.00002/III; Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 14 maart 2023, 2024-0000203083, directie Financiële Markten; Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1 Begripsbepaling

In dit besluit wordt onder wet verstaan: Wet op het financieel toezicht.

Artikel 2 Aanwijzing bevoegde autoriteiten
  1. Als bevoegde autoriteiten, belast met de uitvoering en handhaving van de in de bijlagen bij dit besluit genoemde verordeningen, worden aangewezen de in de desbetreffende bijlagen vermelde bestuursorganen. 2. De Europese Centrale Bank treedt als bevoegde autoriteit in de plaats van de Nederlandsche Bank, indien dit volgt uit de artikelen 4, 5 en 6 van Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (PbEU 2013, L 287). 3. Als afwikkelingsautoriteit wordt, in de gevallen vermeld in de bijlagen, aangewezen de Nederlandsche Bank.

Artikel 3 Handhaving
  1. De bevoegde autoriteit kan, ter handhaving van de in de bijlagen aangegeven voorschriften, een last onder dwangsom of een bestuurlijke boete opleggen wegens overtreding van het bij of krachtens die voorschriften bepaalde. 2. Het opleggen van een bestuurlijke boete geschiedt met inachtneming van de bij het desbetreffende voorschrift vermelde boetecategorie en, indien van toepassing, het krachtens artikel 1:81, derde lid, of 1:82, tweede lid, van de wet geldende boetemaximum of percentage van de netto-omzet. Paragraaf 1 van het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector is van overeenkomstige toepassing. 3. De bevoegde autoriteit beschikt in de gevallen, geregeld in de bijlagen, tevens over: a. de bevoegdheid, bedoeld in artikel 1:87, vierde lid, van de wet, om natuurlijke personen tijdelijk de bevoegdheid te ontzeggen bepaalde functies uit te oefenen; b. de bevoegdheid, bedoeld in artikel 1:94, eerste lid, aanhef en onderdeel i, van de wet, om overtredingen en de namen van overtreders bekend te maken; c. de bevoegdheid, bedoeld in artikel 1:97, derde lid, aanhef en onderdeel b, van de wet, om besluiten tot het opleggen van een bestuurlijke boete ter zake van een overtreding, gerangschikt in de tweede boetecategorie, zo spoedig mogelijk openbaar te maken.

Artikel 4 Buitengerechtelijke geschillenbeslechting

Als orgaan, belast met de in een verordening voorgeschreven buitengerechtelijke geschillenbeslechting, wordt aangewezen het in de desbetreffende bijlage vermelde orgaan.

Artikel 5 Overige bepalingen

De toepassing van een verordening geschiedt met inachtneming van de in de desbetreffende bijlage opgenomen regels: a. over samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten; b. voor de goede uitvoering van de verordening.

Artikel 6 Wijziging Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft

In artikel 108b, derde lid, van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft wordt «Artikel 2b, tweede tot en met vierde lid, van het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten» vervangen door «Bijlage 12, onder 4, tweede en derde lid, van het Besluit EU-verordeningen Wft».

Artikel 7 Wijziging Besluit prudentiële regels Wft
Artikel 32

aa van het Besluit prudentiële regels Wft wordt gewijzigd als volgt:a. In het eerste lid, onderdeel b, wordt «artikel 2a van het Besluit uitvoering EU-verordeningen fianciële markten» vervangen door «Bijlage 5, onder 3, eerste lid, van het Besluit EU-verordeningen Wft». b. In het derde lid, onderdeel c, wordt «artikel 2a Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten» vervangen door «Bijlage 5, onder 3, eerste lid, van het Besluit EU-verordeningen Wft».

Artikel 8 Wijziging Besluit marktmisbruik Wft

Hoofdstuk 2 van het Besluit marktmisbruik Wft vervalt.

Artikel 9 Wijziging Wijzigingsbesluit financiële markten 2023
Artikel VI

van het Wijzigingsbesluit financiële markten 2023 vervalt.

Artikel 10 Intrekken besluiten

De volgende besluiten worden ingetrokken:a. het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten; b. het Besluit uitvoering en handhaving verordening securitisaties en wijzigingsverordening kapitaalvereisten securitisaties; c. het Uitvoeringsbesluit verordening prudentiële vereisten beleggingsondernemingen.

Artikel 11 Overgangsrecht

Op overtredingen van verordeningen als bedoeld in het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten, begaan of aangevangen voor de inwerkingtreding van dit besluit, blijft het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten zoals dat onmiddellijk voor inwerkingtreding van dit besluit luidde van toepassing.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel 13 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit EU-verordeningen Wft.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 15 maart 2024Willem-AlexanderDe Minister van Financiën, S.P.R.A. van Weyenberg

Uitgegeven de vijfentwintigste maart 2024 De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

Bijlage 1. Verordening (EG) nr. 1060/2009 (CRA – ratingbureaus)

Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 inzake ratingbureaus (PbEU 2009, L 302)

  1. Bevoegde autoriteit in de zin van de verordening

    De Autoriteit Financiële Markten: ten aanzien van de gehele verordening, met uitzondering van artikel 4, eerste lid, voor zover het een bank, centrale tegenpartij, herverzekeraar, pensioenfonds, premiepensioeninstelling of verzekeraar betreft, en artikel 5 bis, eerste lid.

    De Nederlandsche Bank: ten aanzien van artikel 4, eerste lid, voor zover het een bank, centrale tegenpartij, herverzekeraar, pensioenfonds, premiepensioeninstelling of verzekeraar betreft, en artikel 5 bis, eerste lid.

  2. Handhaving door middel van last onder dwangsom of bestuurlijke boete

    Last onder dwangsom

    Bestuurlijke boete

    Artikelen

    Artikelen

    Boetecategorie

    4, eerste lid

    4, eerste lid

    2

    5 bis, eerste lid

    5 bis, eerste lid

    2

    8 quater

    8 quater

    2

    8 quinquies

    8 quinquies

    2

    Bijlage 2. Verordening (EU) nr. 583/2010 (KII – essentiële beleggersinformatie)

    Verordening (EU) nr. 583/2010 van de Europese Commissie van 1 juli 2010 tot uitvoering van Richtlijn 2009/65/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft essentiële beleggersinformatie en de voorwaarden waaraan moet worden voldaan als de essentiële beleggersinformatie of het prospectus op een andere duurzame drager dan papier of via een website wordt verstrekt (PbEU 2010, L 176)

  3. Bevoegde autoriteit in de zin van de verordening

    De Autoriteit Financiële Markten.

  4. Handhaving door middel van last onder dwangsom of bestuurlijke boete

    Last onder dwangsom

    Bestuurlijke boete

    Artikelen

    Artikelen

    Boetecategorie

    3, eerste tot en met derde lid

    3, eerste tot en met derde lid

    2

    4, eerste tot en met dertiende lid

    4, eerste tot en met dertiende lid

    2

    5, eerste tot en met derde lid

    5, eerste tot en met derde lid

    2

    6

    6

    2

    7, eerste tot en met vierde lid

    7, eerste tot en met vierde lid

    2

    8, eerste tot en met vijfde lid

    8, eerste tot en met vijfde lid

    2

    9

    9

    2

    10, eerste en tweede lid

    10, eerste en tweede lid

    2

    11, eerste en tweede lid

    11, eerste en tweede lid

    2

    12, eerste tot en met derde lid

    12, eerste tot en met...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT