Besluit van 2 maart 2021, houdende aanpassing van het Bouwbesluit 2012 en het Besluit bouwwerken leefomgeving in verband met het regelen van de veiligheidscoördinator directe omgeving en enkele andere wijzigingen

Besluit van 2 maart 2021, houdende aanpassing van het Bouwbesluit 2012 en het Besluit bouwwerken leefomgeving in verband met het regelen van de veiligheidscoördinator directe omgeving en enkele andere wijzigingen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 28 september 2020, nr. 2020-0000549767, Directie Constitutionele Zaken en Wetgeving; Gelet op de artikelen 4.3 en 5.1, eerste lid, van de Omgevingswet en artikel 2 van de Woningwet; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 oktober 2020, no. W04.20.0350/I); Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 25 februari 2021, nr. 2020-0000660346, Directie Constitutionele Zaken en Wetgeving; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit bouwwerken leefomgeving wordt als volgt gewijzigd:AArtikel 2.6 komt te luiden:

Artikel 2.6

(specifieke zorgplicht: bouwwerkinstallatie).

De eigenaar van het bouwwerk of degene die uit anderen hoofde bevoegd is tot het treffen van voorzieningen aan dat bouwwerk draagt er zorg voor dat een krachtens de wet aanwezige bouwwerkinstallatie: a. functioneert in overeenstemming met de op die installatie van toepassing zijnde regels; b. adequaat wordt beheerd, onderhouden en gecontroleerd; en c. zodanig wordt gebruikt dat geen gevaar voor de gezondheid of de veiligheid ontstaat of voortduurt. BNa artikel 2.10 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.10

a (waterkerende bouwwerken).

De paragrafen 3.2.1, 4.2.1 en artikel 5.9 zijn niet van toepassing voor zover de eisen betrekking hebben op de mate van waterkerendheid van het bouwwerk of een onderdeel daarvan. CArtikel 2.15f, onderdeel p, onder 4°, komt te luiden:4°. ondergrondse buis- en leidingstelsels, met inbegrip van ondergrondse faunapassages en met uitzondering van: i. een buisleiding als bedoeld in artikel 3.101, eerste lid, aanhef en onder a tot en met e, van het Besluit activiteiten leefomgeving; en ii. een buisleiding voor warm water of stoom anders dan een buisleiding als bedoeld onder i; DTabel 3.83 komt te luiden:Tabel 3.83

gebruiksfunctie

leden van toepassing

energiebesparende maatregelen

gegevens en bescheiden

energiebesparende maatregelen

overgangsrecht energiebesparende

maatregelen

uitvoering van aanbevelingen bij het

energielabel

afbakening maatwerkvoorschriften

energiebesparende maatregelen

labelverplichting kantoorgebouw

uitzondering labelverplichting

kantoorgebouw

artikel

3.84

3.84a

3.84b

3.85

3.86

3.87

3.87a

lid

1

2

3

4

5

1

2

3

4

1

2

*

*

1

2

3

4

5

*

1

Woonfunctie

6

Kantoorfunctie

1

2

3

4

5

1

2

3

4

1

2

*

*

1

2

3

4

5

*

12

Bouwwerk geen gebouw zijnde

Alle niet hierboven genoemde gebruiksfuncties

1

2

3

4

5

1

2

3

4

1

2

*

*

–EAan artikel 3.84 wordt een lid toegevoegd, luidende:5. De terugverdientijd, bedoeld in het eerste lid, wordt bepaald volgens de bij ministeriële regeling vastgestelde rekenmethode. FNa artikel 3.84 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 3.84

a (gegevens en bescheiden energiebesparende maatregelen).

  1. Uiterlijk op 1 juli 2023 en daarna eenmaal per vier jaar worden aan het bevoegd gezag de volgende gegevens en bescheiden verstrekt: a. de adresgegevens van de gebruiksfunctie, bedoeld in artikel 3.84, eerste lid; b. de naam en het registratienummer van de Kamer van Koophandel van degene die de activiteit, bedoeld in artikel 3.1, verricht, als diegene is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel; c. de contactgegevens van degene die de activiteit, bedoeld in artikel 3.1, verricht en, als de gegevens en bescheiden worden verstrekt namens diegene die de activiteit verricht, van degene die de gegevens en bescheiden verstrekt; d. een overzicht van de energiebesparende maatregelen, bedoeld in artikel 3.84, vierde lid, die zijn getroffen; e. een overzicht van de energiebesparende maatregelen, bedoeld in artikel 3.84, vierde lid, die niet van toepassing zijn omdat de gebruiksfunctie niet voldoet aan de randvoorwaarden, omschreven in die maatregelen; f. als niet alle van toepassing zijnde energiebesparende maatregelen als bedoeld in artikel 3.84, vierde lid, zijn getroffen: een beschrijving van de andere energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van ten hoogste vijf jaar die zijn getroffen; en g. het energiegebruik van de gebruiksfunctie: 1°. uitgedrukt in kilowattuur elektriciteit en kubieke meters aardgasequivalent; 2°. bepaald met inbegrip van energie die in de gebruiksfunctie wordt opgewekt en gebruikt; en 3°. gemeten over het voorafgaande kalenderjaar. 2. In afwijking van het eerste lid worden, als de activiteit, bedoeld in artikel 3.1, wordt verricht door een onderneming als bedoeld in artikel 8 van de richtlijn energie-efficiëntie, de gegevens en bescheiden verstrekt voor de eerste maal op uiterlijk 5 december 2023 en daarna eenmaal per vier jaar. 3. In afwijking van het eerste en tweede lid worden, als diegene die de activiteit, bedoeld in artikel 3.1, op 1 juli 2019 was toegetreden tot de meerjarenafspraak energie-efficiëntie, de gegevens en bescheiden verstrekt voor de eerste maal op uiterlijk 5 december 2023 en daarna eenmaal per vier jaar. 4. De gegevens en bescheiden worden verstrekt met gebruikmaking van een formulier dat door Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat beschikbaar wordt gesteld.

Artikel 3.84

b (overgangsrecht energiebesparende maatregelen).

  1. Als voor de inwerkingtreding van dit besluit gegevens en bescheiden zijn verstrekt of hadden moeten worden verstrekt als bedoeld in artikel 2.15, tweede of tiende lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, blijft artikel 2.15 van dat besluit, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, en de regels die bij of krachtens dat artikel in samenhang met artikel 1.7, eerste lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, zijn gesteld, tot 1 juli 2023 van toepassing 2. Als voor de inwerkingtreding van dit besluit gegevens en bescheiden zijn verstrekt of hadden moeten worden verstrekt als bedoeld in artikel 2.15, elfde lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, blijft artikel 2.15 van dat besluit, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, en de regels die bij of krachtens dat artikel in samenhang met artikel 1.7, eerste lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer, zijn gesteld, tot 5 december 2023 van toepassing. GArtikel 3.97, eerste lid, komt te luiden:1. Een bouwwerk met een toegankelijkheidssector, een woonfunctie als bedoeld in artikel 4.182, tweede lid, en een gebouw zonder toegankelijkheidssector als bedoeld in artikel 4.182, vijfde lid, zijn vanaf de openbare weg voldoende toegankelijk voor personen met een functiebeperking. HIn artikel 3.98, eerste lid, wordt na «van een toegankelijkheidssector van een gebouw» ingevoegd «, een woonfunctie als bedoeld in artikel 4.182, tweede lid, of een gebouw zonder toegankelijkheidssector als bedoeld in artikel 4.182, vijfde lid, ». IIn afdeling 3.6 wordt na artikel 3.98 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3.98

a (overgangsrecht: bereikbaarheid van een gebouw).

  1. Op een route vanaf de openbare weg naar een bouwwerk als bedoeld in artikel 3.98 die is aangelegd voor de inwerkingtreding van de wet of waarvoor voor de inwerkingtreding van de wet een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit is verleend, zijn de artikelen 3.97 en 3.98 niet van toepassing. 2. Op een bouwwerk met een toegankelijkheidssector blijven de artikelen 6.48 en 6.49 van het Bouwbesluit 2012 van toepassing. JTabel 3.114 komt te luiden:Tabel 3.114

gebruiksfunctie

leden van toepassing

brandmeldinstallatie

melding en doormelding

rookmelders

artikel

3.115

3.116

3.117

lid

1

2

3

4

1

2

1

2

3

4

5

6

1

Woonfunctie

a.

zorgclusterwoning in een woongebouw

1

2

1

2

b.

zorgclusterwoning niet in een woongebouw

1

2

c.

groepszorgwoning voor 24-uurs zorg

1

2

1

2

d.

groepszorgwoning niet voor 24-uurs zorg

1

2

1

e.

voor kamergewijze verhuur

2

3

5

f.

andere woonfunctie

1

2

Bijeenkomstfunctie

a

voor het aanschouwen van sport

3

b

voor kinderopvang voor kinderen jonger dan 4 jaar

1

2

3

4

2

4

5

c

andere bijeenkomstfunctie

1

2

3

3

Celfunctie

1

2

3

2

4

Gezondheidszorgfunctie

1

2

3

2

5

Industriefunctie

a

lichte industriefunctie

b

andere industriefunctie

1

2

3

6

Kantoorfunctie

1

2

3

7

Logiesfunctie

a.

in een logiesgebouw met 24-uurs bewaking

1

2

3

4

5

6

b.

in een logiesgebouw zonder 24-uurs bewaking

1

2

3

2

4

5

c.

andere logiesfunctie

8

Onderwijsfunctie

1

2

3

9

Sportfunctie

1

2

3

10

Winkelfunctie

1

2

3

11

Overige gebruiksfunctie

a

voor het stallen van motorvoertuigen

1

2

3

b

voor het personenvervoer

1

2

3

c

andere overige gebruiksfunctie

12

Bouwwerk geen gebouw zijnde

–KArtikel 3.117 wordt als volgt gewijzigd:1. Onder vernummering van het eerste tot en met vijfde lid tot tweede tot en met zesde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende: 1. Een woonfunctie heeft op iedere bouwlaag met een verblijfsruimte of...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT