Besluit van 17 december 2010, houdende wijziging van het Besluit bekostiging financieel toezicht

Besluit van 17 december 2010, houdende wijziging van het Besluit bekostiging financieel toezicht

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 15 november 2010, FM/2010/17549 M, Generale Thesaurie, directie Financiële Markten, afdeling Algemeen en Internationaal; Gelet op artikel 1:40, vijfde lid, van de Wet op het financieel toezicht;De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 1 december 2010, no. W06.10.0520/III);Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 15 december 2010, FM/2010/23725 U;Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit bekostiging financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:AArtikel 2 wordt als volgt gewijzigd:1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «2:93 of 3:4, eerste lid, 5:26, eerste lid, van de wet» vervangen door: 2:96, 3:4, eerste lid, of 5:26, eerste lid, van de wet. 2. Het eerste lid, onderdeel b, komt te luiden: b. een ontheffing als bedoeld in artikel 2:23, tweede lid, 2:55, tweede lid, 2:60, tweede lid, 2:65, derde lid, 2:75, tweede lid, 2:80, tweede of derde lid, 2:86, tweede lid, 2:92, tweede lid, 2:96, tweede lid, 3:5, vierde lid, 3:6, vierde lid, 3:7, vierde lid, 4:3, vierde lid, of 5:26, derde lid, van de wet;. 3. Het eerste lid, onderdeel c, komt te luiden: c. een verklaring van geen bezwaar als bedoeld in artikel 3:95, artikel 3:96, of artikel 5:32d, eerste lid, van de wet of een mededeling als bedoeld in artikel 3:108, vierde lid, van de wet;. 4. Het tweede lid komt te luiden: 2. Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, wordt vermeerderd met een bedrag ter vergoeding van kosten van een toetsing van de deskundigheid of betrouwbaarheid van een beleidsbepaler, medebeleidsbepaler, houder van een gekwalificeerde deelneming, of persoon als bedoeld in artikel 3:9, eerste lid, tweede volzin, of persoon als bedoeld in artikel 4:9, eerste lid, van de wet, of persoon als bedoeld in artikel 4:10, eerste lid, tweede volzin, van de wet, voor zover deze kosten niet reeds op grond van het eerste lid in rekening worden gebracht. 5. Het derde lid komt te luiden: 3. De toezichthouder brengt eenmalig een bedrag in rekening aan een aanvrager of een verzoeker ter vergoeding van kosten van een toetsing van de deskundigheid of betrouwbaarheid van een beleidsbepaler, medebeleidsbepaler, houder van een gekwalificeerde deelneming, of persoon als bedoeld in artikel 3:9, eerste lid, tweede volzin, of persoon als bedoeld in artikel 4:9, eerste lid, van de wet, of persoon als bedoeld in artikel 4:10, eerste lid, tweede volzin...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT