Besluit van 29 november 2005, houdende wijziging van het Besluit EOS: demo en transitie-experimenten in verband met het openstellen van het besluit voor ondernemers in de landbouwsector

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 2005

615

Besluit van 29 november 2005, houdende wijziging van het Besluit EOS: demo en transitie-experimenten in verband met het openstellen van het besluit voor ondernemers in de landbouwsector

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 6 juli 2005, nr. WJZ 5041547;

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet EZ-subsidies;

De Raad van State gehoord (advies van 9 september 2005, nr. W10.05.0343/II);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken van 23 november 2005, nr. WJZ 5716207;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit EOS: demo en transitie-experimenten wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1

eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

  1. De onderdelen b tot en met g worden geletterd c tot met h.

  2. Er wordt een onderdeel ingevoegd, luidende: b. ondernemer in de landbouwsector: een ondernemer die activiteiten verricht op het gebied van de productie, verwerking en afzet van landbouwproducten als bedoeld in bijlage 1 bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met uitzondering van ondernemers in de visserij- en aquacultuursector en in de bosbouwsector;.

B

Artikel 2

wordt als volgt gewijzigd:

Staatsblad 2005 615 1

  1. Aan het vierde lid wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien een of meerdere van de deelnemers in een samenwerkingsverband ondernemers in de landbouwsector zijn, geschiedt verstrekking en betaling van de subsidie op een bij ministeriële regeling vast te stellen wijze.

  2. Na het vijfde lid worden drie nieuwe leden toegevoegd, luidende: 6. Aan een ondernemer in de landbouwsector wordt slechts subsidie verstrekt indien deze: a. aan de hand van een beoordeling van de vooruitzichten kan aantonen dat het landbouwbedrijf economisch levensvatbaar is; b. voldoet aan de normen gesteld bij of krachtens de Wet milieubeheer, de Wet verontreiniging oppervlaktewater, de Meststoffenwet, de Wet bodembescherming, de Bestrijdingsmiddelenwet 1962, de Gezondheidsen welzijnswet voor dieren, de Diergeneesmiddelenwet en de Plantenziektewet, en c. over voldoende vakbekwaamheid en deskundigheid beschikt, hetgeen blijkt uit:

  1. het bezit van een getuigschrift van een erkende landbouwkundige opleiding of van een opleiding van een hiermee gelijkwaardig niveau, of

  2. de omstandigheid dat de ondernemer ten minste drie jaren op een landbouwonderneming werkzaam is geweest. 7. Aan een ondernemer in de landbouwsector wordt geen subsidie verstrekt indien de investeringen zijn gericht op een productieverhoging waarvoor op de markt geen normale afzetmogelijkheden bestaan. Evenmin zal een subsidie worden verstrekt indien de productie door de investeringen verder stijgt dan op grond van productiebeperkingen of beperkingen t.a.v. communautaire steunverlening is toegestaan. 8. Indien de voordelen van de subsidie geheel of gedeeltelijk ten goede komen aan ondernemers in de landbouwsector die niet zelf de aanvrager van de subsidie zijn, geschiedt verstrekking en betaling van de subsidie op een bij ministeriële regeling vast te stellen wijze.

C

Aan artikel 3 worden twee nieuwe leden toegevoegd, luidende: 5. Indien de subsidie-ontvanger een ondernemer in de landbouwsector is, werkzaam in een bij regeling van Onze Minister aangewezen specifieke sector, bedraagt de subsidie, in afwijking van het eerste tot en met het vierde lid, ten hoogste het in die regeling genoemde percentage dat niet hoger is dan 60% en het in die regeling genoemde bedrag. 6. Indien de subsidie-ontvanger een ondernemer in de landbouwsector is en een kleine of middelgrote onderneming in stand houdt als bedoeld in het tweede lid, is de verhoging, bedoeld in het tweede lid, niet van toepassing voorzover de projectkosten betrekking hebben op investeringen waardoor de productiecapaciteit zal toenemen.

D

Artikel 4

wordt als volgt gewijzigd:

  1. Het derde...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT