Wet van 25 mei 1998, houdende regels over tegemoetkoming in de schade en de kosten in geval van overstromingen door zoet water, aardbevingen of andere rampen en zware ongevallen (Wet tegemoetkoming schade bij rampen en zware ongevallen)

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 1998

325

Wet van 25 mei 1998, houdende regels over tegemoetkoming in de schade en de kosten in geval van overstromingen door zoet water, aardbevingen of andere rampen en zware ongevallen (Wet tegemoetkoming schade bij rampen en zware ongevallen)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regels te stellen inzake een tegemoetkoming door het Rijk aan gedupeerden in de schade en de kosten in geval van een overstroming door zoet water, een aardbeving dan wel een andere ramp of een ander zwaar ongeval;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: a. Onze Minister: Onze Minister van Binnenlandse Zaken; b. overstroming door zoet water: een overstroming die een ramp of een zwaar ongeval is als bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet rampen en zware ongevallen en die inhoudt:

  1. hoge waterstanden, veroorzaakt door een rivierafvoer met een gemiddelde kans van voorkomen van minder dan 1/50 per jaar, voor zover het gaat om het gedeelte van de Maas waar geen primaire waterkeringen als bedoeld in de Wet op de waterkering of anderszins gereglementeerde waterkeringen aanwezig zijn,

  2. het buiten de oevers treden van andere wateren binnen Nederland waar geen primaire of anderszins gereglementeerde waterkeringen aanwezig zijn, of

  3. het overlopen of bezwijken van primaire waterkeringen, dan wel het overlopen of bezwijken van anderszins gereglementeerde waterkeringen die binnen een door primaire waterkeringen beschermd gebied liggen, met dien verstande dat het overlopen of bezwijken van primaire waterkeringen langs de Noordzee, de Waddenzee en de Westerschelde tot de stormvloedkeringen in de Nieuwe Waterweg en de Oosterschelde, met inbegrip van deze stormvloedkeringen, en als direct gevolg daarvan het overlopen of bezwijken van andere primaire waterkeringen, niet wordt aangemerkt als overstroming door zoet water; c. aardbeving: een ramp of een zwaar ongeval als bedoeld in artikel 1,

Staatsblad 1998 325 1

onder b, van de Wet rampen en zware ongevallen, die wordt veroorzaakt door een trilling aan het aardoppervlak als gevolg van een plotselinge beweging in de aardkorst, met een magnitude van minimaal 4,5 op de schaal van Richter, gemeten door het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut; d. schadegebied: het bij ministeriële regeling vastgestelde, in Nederland gelegen gebied waarin een overstroming door zoet water, een aardbeving dan wel een ramp of een zwaar ongeval waarop deze wet ingevolge artikel 3 van toepassing is verklaard, heeft plaatsgevonden en waarin als gevolg daarvan schade is geleden dan wel kosten zijn gemaakt als bedoeld in artikel 4, eerste of tweede lid; e. gedupeerde: degene die schade heeft geleden dan wel kosten heeft gemaakt als bedoeld in artikel 4, eerste of tweede lid.

Artikel 2

In de periode dat de in het Deltaplan grote rivieren bedoelde werkzaamheden ter bescherming tegen hoogwater langs de Maas nog niet volledig ten uitvoer zijn gelegd wordt, in afwijking van het bepaalde in artikel 1, onder b, onderdeel 1°, onder hoge waterstanden verstaan: hoge water-standen, veroorzaakt door een rivierafvoer met een gemiddelde kans van voorkomen van minder dan 1/10 per jaar...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT