Besluit van 13 oktober 2012 tot wijziging van het Besluit op de lijkbezorging in verband met een wijziging in de eisen gesteld aan lijkkisten en andere omhulsels en enkele andere wijzigingen

Besluit van 13 oktober 2012 tot wijziging van het Besluit op de lijkbezorging in verband met een wijziging in de eisen gesteld aan lijkkisten en andere omhulsels en enkele andere wijzigingen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 25 juni 2012, 2012-0000358888, CZW/S&B; Gelet op de artikelen 9, eerste lid, 15, 32, 50, eerste lid, 57 en 70 van de Wet op de lijkbezorging; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 18 juli 2012, nr. W04.12.0219/I); Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 9 oktober 2012, nr. 2012-0000574606; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit op de lijkbezorging wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 4 komt te luiden:

Artikel 4
  1. Een kist of ander omhulsel wordt slechts voor begraving gebruikt indien deze is vervaardigd met toepassing van biologisch afbreekbare materialen die het doel van begraving niet belemmeren. 2. Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van materialen die worden gebruikt voor handvatten en ornamenten voor zover die van buitenaf verwijderd kunnen worden en verbindingselementen als lijm, spijkers, schroeven, nieten of klemmen. B Artikel 5, zesde lid, vervalt. C Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd: 1. In de eerste zin wordt na «grafkelders» ingevoegd: , waaronder tevens wordt begrepen een graf in een bovengrondse constructie,. 2. Onder aanduiding van de tekst van het artikel als het eerste lid wordt een lid toegevoegd, luidende: 2. Artikel 5 is niet van toepassing op grafkelders als bedoeld in het eerste lid. D In het opschrift boven de vijfde paragraaf, de artikelen 8, tweede lid, 9, 10, tweede lid, onder b, 11, derde en vijfde lid, 13, 14, eerste en vijfde lid, 15 en 16, eerste lid, wordt «verbranding» telkens vervangen door: crematie. E In de artikelen 8, eerste lid, en 14, eerste lid, wordt «verbrand» vervangen door: gecremeerd. F In artikel 8, tweede lid, wordt «Verbranding» vervangen door: Crematie. G Artikel 8, derde lid, vervalt. H In artikel 10, tweede lid, onder a, wordt «onderscheidelijk» vervangen door: onderscheidenlijk. I In artikel 13 wordt «vijfde dag» vervangen door: zesde werkdag. J Artikel 16 vervalt. K In artikel 18, eerste lid, wordt «onstentenis» vervangen door: ontstentenis. L In bijlage I wordt na «verklaart het lijk persoonlijk te hebben geschouwd;» de volgende zin toegevoegd:

indien de overledene minderjarig is op het tijdstip van overlijden, verklaart overleg te hebben gehad met de gemeentelijke lijkschouwer;.

datum van overleg: ...................

naam gemeentelijke lijkschouwer: ...................

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot ’s-Gravenhage, 13 oktober 2012 Beatrix De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J. W. E. Spies

Uitgegeven de zesentwintigste oktober 2012 De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

  1. Algemeen

    Het Besluit op de lijkbezorging (hierna: het Besluit) wordt gewijzigd met het oog op vereenvoudiging van de eisen die...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT