Wet van 1 juni 2006, houdende wijziging van de Wet op het primair onderwijs en de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 in verband met overblijven in het basisonderwijs

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 2006

291

Wet van 1 juni 2006, houdende wijziging van de Wet op het primair onderwijs en de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 in verband met overblijven in het basisonderwijs

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben dat de verantwoordelijkheid voor het overblijven in het basisonderwijs bij de bevoegde gezagsorganen behoort te liggen en dat de wijze waarop de overblijfmogelijkheid wordt geregeld onder de instemmingsbevoegdheid van de oudergeleding in de medezeggenschapsraad dient te worden gebracht; dat daartoe de Wet op het primair onderwijs en de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 dienen te worden gewijzigd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Wet op het primair onderwijs worden de volgende wijzigingen aangebracht:

A

In artikel 13, eerste lid, wordt de punt aan het slot vervangen door een komma, en wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidend: j. de wijze waarop de overblijfmogelijkheid, bedoeld in artikel 45, wordt georganiseerd.

B

Artikel 45

wordt gewijzigd als volgt:

  1. De eerste volzin wordt vervangen door: Het bevoegd gezag draagt zorg voor een voorziening voor leerlingen om de middagpauze onder toezicht door te brengen, indien ouders hierom verzoeken. Ingeval de voorziening, bedoeld in de eerste volzin, tot stand komt, draagt het bevoegd gezag er zorg voor dat: a. er een overblijfaanpak tot stand komt,

    Staatsblad 2006 291 1

    1. overleg over de overblijfaanpak tot stand komt met degenen die met het toezicht op de leerlingen worden belast, en met de ouders, c. het overblijven plaats vindt in een veilige en kindvriendelijke ruimte, en d. met ingang van 1 augustus 2011 ten minste de helft van degenen die met het toezicht op de leerlingen worden belast, een scholing heeft gevolgd op het gebied van het overblijven.

  2. De derde volzin vervalt.

  3. De vierde volzin wordt vervangen door: Indien de leerlingen van de voorziening, bedoeld in de eerste volzin, gebruik maken, draagt het bevoegd gezag er zorg voor dat degene, die met het toezicht op de leerlingen wordt belast, voor wettelijke aansprakelijkheid verzekerd is.

ARTIKEL II

In...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT