Besluit van 25 april 2005, houdende regelen ter uitvoering van de EG-verordening betreffende detergentia (Besluit detergentia Wms)

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 2005

241

Besluit van 25 april 2005, houdende regelen ter uitvoering van de EG-verordening betreffende detergentia (Besluit detergentia Wms)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 28 februari 2005, nr. MJZ2005021614, Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004, betreffende detergentia (PbEU L 104) en op de artikelen 24 en 39, derde lid, van de Wet milieugevaarlijke stoffen;

De Raad van State gehoord (advies van 7 april 2005, nr. W08.05.0061/V); Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 19 april 2005, nr. MJZ2005025296, Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder verordening: verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004 betreffende detergentia (PbEU L 104).

Artikel 2

Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 3, 6, tweede lid, 7, eerste zin, 9 en 11, tweede tot en met vijfde lid, van de verordening.

Artikel 3

Als autoriteit als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de verordening wordt Onze Minister aangewezen.

Artikel 4

Het Besluit biologische afbreekbaarheid oppervlakte-actieve stoffen in wasmiddelen Wet milieugevaarlijke stoffen wordt ingetrokken.

Staatsblad 2005 241 1

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van 8 oktober 2005.

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit detergentia Wms.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 25 april 2005

Beatrix

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, P. L. B. A. van Geel

Uitgegeven de negentiende mei 2005

De Minister van Justitie, J. P. H. Donner

STB9423 ISSN 0920 - 2064 Sdu Uitgevers 's-Gravenhage 2005

Staatsblad 2005 241 2

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

  1. Inleiding

    Het onderhavige besluit strekt tot omzetting van verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004 betreffende detergentia (PbEU L104) (hierna: verordening). Voorts wordt het Besluit biologische afbreekbaarheid oppervlakteactieve stoffen in wasmiddelen Wet milieugevaarlijke stoffen (hierna: Besluit) ingetrokken. De in het Besluit geïmplementeerde richtlijnen worden namelijk ingetrokken in artikel 17 van de verordening omdat de inhoud van die richtlijnen in de verordening is opgenomen en gemoderniseerd. De verordening treedt in werking op 8 oktober 2005.

    De bestaande richtlijnen (nrs. 73/404/EEG, 73/405/EEG, 82/242/EEG, 82/243/EEG en richtlijn 86/94/EEG) inzake detergentia ten aanzien van de biologische afbreekbaarheid van oppervlakteactieve stoffen en ten aanzien van de milieubescherming worden in deze verordening gemoderniseerd in die zin dat er nieuwe biologische afbreekbaarheidtests zijn opgenomen die zorgen voor een betere bescherming van het milieu. Deze nieuwe tests zijn tevens bruikbaar voor alle soorten oppervlakteactieve stoffen in wasmiddelen.

    In de verordening worden tevens de bepalingen van Aanbeveling nr. 89/542/EEG inzake de etikettering van wasmiddelen en reinigingsmiddelen en de specifieke voorlichting aan de consument over de aanwezigheid van geurstoffen in wasmiddelen bindend gemaakt voor de onder deze verordening vallende producten. Ook deze aanbeveling wordt in artikel 17 van de verordening ingetrokken. Verder is er in de verordening een aparte bepaling opgenomen die de fabrikanten verplicht om op verzoek aan beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg een volledige lijst van bestanddelen ter beschikking te stellen opdat zij kunnen onderzoeken of er een oorzakelijk verband bestaat tussen de ontwikkeling van een allergische reactie en de blootstelling aan een bepaalde chemische stof.

    In het Besluit zijn voorschriften opgenomen ter uitvoering van bovengenoemde richtlijnen. Het gaat dan om de biologische afbreekbaarheid van in wasmiddelen aanwezige oppervlakteactieve stoffen en de controlemethoden met betrekking tot de biologische afbreekbaarheid van anionactieve oppervlakteactieve stoffen (richtlijn nr. 73/404/EEG en richtlijn nr. 73/405/EEG).

    Voor de kationactieve, niet-ionische en amfolitische oppervlakteactieve stoffen is dit geschied door middel van richtlijnen nr. 82/242/EEG en nr. 82/243/EEG.

    Richtlijn nr. 86/94/EEG omvat de verlenging (tot en met 31 december 1989) van de mogelijkheid van een aantal lidstaten om toe te staan dat voor een aantal genoemde specifieke niet-ionische oppervlakteactieve stoffen in bepaalde toepassingen niet wordt voldaan aan het beginsel van een minimale gemiddelde biologische afbreekbaarheid van 90% voor de oppervlakteactieve stoffen in het wasmiddel.

    Door het intrekken van het Besluit komen de technische specificaties, zoals die zijn neergelegd in bovengenoemde...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT