Wet van 3 april 1999 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, houdende aanpassingen in het systeem van selectie voor opleidingen waarvoor een toelatingsbeperking is vastgesteld

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 1999

170

Wet van 3 april 1999 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, houdende aanpassingen in het systeem van selectie voor opleidingen waarvoor een toelatingsbeperking is vastgesteld

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de selectie voor opleidingen waarvoor toelatingsbeperkingen van kracht zijn, zodanig te wijzigen dat gegadigden voor deze opleidingen meer dan voorheen in staat zullen zijn zelf hun kans op toelating te vergroten, en dat het wenselijk is het aantal malen dat gegadigden aan de selectieprocedure kunnen deelnemen, te beperken;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

A

Aan artikel 7.29, derde lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende: Van die leeftijdsgrens kan het instellingsbestuur ook afwijken, indien in bijzondere gevallen geen diploma kan worden overgelegd.

B

In artikel 7.34, eerste lid, onder a, wordt «7.53, tweede lid» vervangen door: 7.53, derde lid.

C

Het tweede tot en met achtste lid van artikel 7.53 worden vervangen door vier nieuwe leden, luidende: 2. Indien uit de gegevens betreffende de aanmelding, bedoeld in artikel 7.37, derde lid, blijkt dat het aantal eerste aanmeldingen van studenten voor de propedeutische fase van een opleiding meer bedraagt dan het

Staatsblad 1999 170 1

aantal plaatsen dat het instellingsbestuur op grond van het eerste lid heeft vastgesteld, doet de Informatie Beheer Groep daarvan voor 1 april mededeling aan het instellingsbestuur. Het instellingsbestuur deelt de Informatie Beheer Groep voor 1 mei mee of het aanleiding ziet het aantal plaatsen te verhogen. 3. Indien ook na toepassing van het tweede lid bij een of meer instellingen die de desbetreffende opleiding verzorgen, het aantal aanmeldingen op 1 mei het aantal plaatsen overtreft, stelt de Informatie Beheer Groep vast dat een toelatingsbeperking van kracht is, waarna paragraaf 4a van deze titel wordt toegepast. 4. Indien het instellingsbestuur in de verwachting verkeert dat het aantal inschrijvingen voor een opleiding meer zal bedragen dan het aantal plaatsen dat het instellingsbestuur op grond van het eerste lid heeft vastgesteld, is, in afwijking van de procedure van het tweede en derde lid, eveneens een toelatingsbeperking op die opleiding van kracht en wordt vervolgens paragraaf 4a van deze titel toegepast, mits het instellingsbestuur die opleiding daartoe voor 1 mei heeft aangemeld bij de Informatie Beheer Groep. 5. Indien een besluit ingevolge artikel 7.56 of artikel 7.56a van toepassing is op de opleiding, blijft dit artikel buiten toepassing.

D

Artikel 7.54

a wordt vernummerd tot artikel 7.54.

E

Artikel 7.56

tweede lid, komt te luiden: 2. Indien op grond van het eerste lid een toelatingsbeperking is vastgesteld, wordt paragraaf 4a van deze titel toegepast.

F

Artikel 7.57

eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

  1. In de eerste volzin wordt het zinsdeel «van deze paragraaf gelden» vervangen door: van deze paragraaf en de artikelen 7.57d, 7.57f, derde lid, en 16.9a, vierde lid, gelden.

  2. In de tweede volzin wordt het zinsdeel «van artikel 7.56 gelden» vervangen door: van de artikelen 7.56, 7.57d, 7.57f, derde lid, en 16.9a, vierde lid, gelden.

G

Artikel 7.57

a wordt vernummerd tot artikel 7.57h. Na artikel 7.57 wordt een paragraaf 4a ingevoegd, luidende:

Paragraaf 4a. Regels voor de selectie van studenten voor opleidingen met een toelatingsbeperking

Artikel 7.57

a. Algemeen.

  1. De eerste inschrijving van een student voor de propedeutische fase van een opleiding, verbonden aan een universiteit of een hogeschool, waarvoor op grond van paragraaf 4 van deze titel een toelatingsbeperking van kracht is, geschiedt slechts met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens deze paragraaf, onverminderd het bepaalde bij of krachtens titel 2 van dit hoofdstuk. 2. De inschrijving geschiedt niet dan na overlegging van een door de

Staatsblad 1999 170 2

Informatie Beheer Groep afgegeven bewijs van toelating, tenzij bij of krachtens deze paragraaf anders is bepaald. 3. In deze paragraaf wordt verstaan onder: a. selectieprocedure: de procedure, beschreven in de artikelen 7.57b tot en met 7.57e; b. lotingsprocedure: de procedure, beschreven in de artikelen 7.57b, eerste lid, tweede lid, aanhef en onder c tot en met f, derde en vierde lid, en 7.57c, tweede tot en met vierde lid. 4. Bij ministeriële regeling worden voorschriften vastgesteld in verband met de afgifte en de geldigheidsduur van het bewijs van toelating.

Artikel 7.57

b. Voorbereiding afgifte bewijzen van toelating.

  1. De Informatie Beheer Groep deelt degenen die op grond van artikel 7.24, eerste of tweede lid, inschrijving verlangen voor een...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT