Uitspraak Nº 03/995002-12. Rechtbank Limburg, 2016-06-15

ECLIECLI:NL:RBLIM:2016:5245
Docket Number03/995002-12
Date15 Junio 2016
RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht

Strafrecht

Parketnummer: 03/995002-12

Tegenspraak (gemachtigd raadsman)

Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 15 juni 2016

in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,

wonende te [adresgegevens verdachte] .

De verdachte wordt bijgestaan door mr. J.L.E. Marchal, advocaat kantoorhoudende te Maastricht.

1 Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 1 juni 2016. De verdachte is niet verschenen. Wel is verschenen zijn raadsman, die laat weten door zijn cliënt gemachtigd te zijn. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2 De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:

Feit 1: samen met een ander of anderen belastingfraude heeft gepleegd door op naam van anderen onjuiste aangiften voor de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen te doen, dan wel samen met een ander of anderen opzettelijk gebruik heeft gemaakt van deze valse of vervalste aangiften, dan wel samen met een ander aan een van deze feiten medeplichtig is geweest;

Feit 2: samen met een ander of anderen geld heeft witgewassen.

3 De beoordeling van het bewijs1

3.1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie acht de feiten 1 primair en 2 bewezen.

Ten aanzien van feit 1 primair

De officier van justitie acht bewezen dat de verdachte dit feit heeft gepleegd tezamen en in vereniging met medeverdachte [medeverdachte 1] . Zij heeft onder meer gewezen op de ingediende valse belastingaangiften, de verklaringen van diverse getuigen over deze valse aangiften en het aantreffen in de woning van de verdachten van een trolleytas met daarin documenten op naam van onder meer de personen op naam van wie valse aangifte is gedaan met daarop aantekeningen die terug te vinden zijn in die aangiften.

De officier van justitie heeft voorts naar voren gebracht dat het door de verdachten aangedragen alternatieve scenario dat ene [medeverdachte 2] de onjuiste aangiften heeft ingevuld, niet nader onderbouwd is.

Ten aanzien van feit 2

De officier van justitie acht bewezen dat de verdachte dit feit heeft gepleegd tezamen en in vereniging met medeverdachte [medeverdachte 1] . Het witgewassen bedrag bestaat volgens de officier van justitie uit stortingen van de Belastingdienst naar aanleiding van de onjuiste eigen belastingaangiften, stortingen van de Belastingdienst naar aanleiding van de onjuiste belastingaangiften op naam van derden en onbekende kasstortingen. Deze onbekende kasstortingen kunnen volgens de officier van justitie niet worden verklaard uit de inkomsten van de verdachten. Het op de rekening van de verdachte gestorte geld is overgeboekt naar personen in Syrië.

3.2

Het standpunt van de verdediging

De verdediging acht de feiten 1 en 2 niet bewezen en heeft verzocht de verdachte hiervan vrij te spreken. Hiertoe heeft de raadsman onder meer het volgende aangevoerd.

Ten aanzien van feit 1 primair

De raadsman heeft aangevoerd dat van medeplegen geen sprake kan zijn.

In de eerste plaats is er met betrekking tot de tenlastegelegde belastingaangiften, met uitzondering van de aangifte ten name van [naam belastingaangifte 8] , geen bewijs voor uitvoeringshandelingen van de verdachte. Uit het vergelijkend handschriftonderzoek blijkt immers dat deze aangiften niet zijn ingevuld door verdachte of zijn broer. Weliswaar bestaat de mogelijkheid dat de verdachte de handtekening gezet heeft op de aangifte van [naam belastingaangifte 8] , maar daadwerkelijk bewijs hiervoor ontbreekt. Er dient van uitgegaan te worden dat [medeverdachte 2] de valse aangiften heeft ingevuld.

In de twee plaats is er geen bewijs dat sprake is geweest van een gezamenlijk plan tussen [medeverdachte 2] en de verdachte. Bovendien verbleef de verdachte in Syrië op het moment dat het geld van de Belastingdienst op zijn rekening is gestort. Toen hij dit geld overdroeg aan [medeverdachte 2] , wist hij niet dat het van de Belastingdienst afkomstig was.

Ten aanzien van feit 2

- Met betrekking tot de belastingteruggave naar aanleiding van eigen aangiften:

Het dossier bevat geen navorderingsaanslag van de Belastingdienst naar aanleiding van de eigen aangiften. Er kan dan ook niet worden vastgesteld of de op de rekening van de verdachte gestorte bedragen zijn voortgekomen uit valse aangiften.

- Met betrekking tot de belastingteruggave naar aanleiding van aangiften van derden:

Op het moment dat het geld door de Belastingdienst werd overgemaakt op de bankrekening van de verdachte, verbleef hij in Syrië. Hij wist niet dat het geld afkomstig was van enig misdrijf; hij hoefde dit eveneens te vermoeden.

- Met betrekking tot de onbekende kasstortingen:

Het feit dat deze bedragen niet kunnen worden verklaard door verdachtes inkomen, betekent niet dat zij van misdrijf afkomstig zijn. Met betrekking tot deze bedragen doet zich niet het geval voor dat het niet anders kan zijn dan dat zij van misdrijf afkomstig zijn.

3.3

Het oordeel van de rechtbank ten aanzien van feit 1 primair

3.3.1

Inleiding

Onder feit 1 primair is tenlastegelegd dat de verdachte, al dan niet samen met een ander of anderen, belastingfraude heeft gepleegd met betrekking tot een aantal aangiften voor de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen. Het zou onder meer gaan om aangiften op naam van [naam belastingaangifte 1] , [naam belastingaangifte 2] , [naam belastingaangifte 3] , [naam belastingaangifte 4] , [naam belastingaangifte 5] , [naam belastingaangifte 6] , [naam belastingaangifte 7] , althans [naam belastingaangifte 8] , en [naam belastingaangifte 9] .

Voordat de vraag aan de orde komt of de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan deze belastingfraude, dient te worden vastgesteld of er voldoende bewijs is dat de in de tenlastelegging genoemde aangifteformulieren onjuist en/of onvolledig zijn ingevuld door, zoals is tenlastegelegd, hierop fictieve dienstbetrekkingen en/of fictieve, althans te hoge bedragen aan loon en/of te hoge bedragen aan loonheffing te vermelden. Nu het openbaar ministerie in de tenlastelegging een niet-limitatieve opsomming van de aangiften heeft opgenomen, zal de rechtbank tevens de aangiften op naam van [naam belastingaangifte 10] en [naam belastingaangifte 11] bespreken.

Indien blijkt dat de belastingaangiften onjuist of onvolledig zijn gedaan, zal de rechtbank op grond van de aanwezige bewijsmiddelen nagaan of de verdachte op enigerlei wijze betrokken is geweest bij deze fraude, en zo ja, waaruit zijn betrokkenheid heeft bestaan.

3.3.2

De bewijsmiddelen (deel 1 – de onjuiste aangiften)

Door de Belastingdienst zijn de hierna te noemen ondertekende aangiften voor de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen ontvangen ten name van de na te noemen personen met hierin de na te noemen gegevens.

Op naam van [naam belastingaangifte 1] , [adres 1] te Maastricht, burgerservicenummer [BSN-nummer 1] :

Aangiftetijdvak

2008

Datum van ondertekening

17 augustus 2009

Rekeningnummer voor teruggave

[rekeningnummer 1]

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

[naam 2] BV

6640 euro

7984 euro

Naam van uitkeringsinstantie

Ingehouden loonheffing

Pensioen of uitkering

Gemeente Kampen

3325 euro

4994 euro2

Aangiftetijdvak

2008

Datum van ondertekening

5 oktober 2009

Rekeningnummer voor teruggave

[rekeningnummer 1]

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

TNT BV Zwolle

4987 euro

6943 euro

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

Webasto Hollandia

5877 euro

7042 euro3

Aangiftetijdvak

2007

Datum van ondertekening

11 oktober 2009

Rekeningnummer voor teruggave

[rekeningnummer 1]

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

Start BV Kampen

5613 euro

7259 euro

Naam van uitkeringsinstantie

Ingehouden loonheffing

Pensioen of uitkering

Gemeente Kampen

4430 euro

5189 euro4

Aangiftetijdvak

2009

Datum van ondertekening

26 februari 2010

Rekeningnummer voor teruggave

[rekeningnummer 2]

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

[naam 2] Kampen

7650 euro

9230 euro

Naam van uitkeringsinstantie

Ingehouden loonheffing

Pensioen of uitkering

Gemeente Kampen

3080 euro

4170 euro5

Op naam van [naam belastingaangifte 1] , [adres 2] te Kampen, burgerservicenummer [BSN-nummer 1] :

Aangiftetijdvak

2010

Datum van ondertekening

27 mei 2011

Rekeningnummer voor teruggave

[rekeningnummer 2]

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

[naam 2] BV

5500 euro

7100 euro

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

Randstad BV

7700 euro

9255 euro6

Op naam van [naam belastingaangifte 2] , [adres 3] te Maastricht, burgerservicenummer [BSN-nummer 2] :

Aangiftetijdvak

2009

Datum van ondertekening

26 april 2010

Rekeningnummer voor teruggave

[rekeningnummer 1]

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

IB Groep

8782 euro

10040 euro

Naam van uitkeringsinstantie

Ingehouden loonheffing

Pensioen of uitkering

GAK Maastricht

3100 euro

4810 euro7

Aangiftetijdvak

2009

Datum van ondertekening

15 juli 2010

Rekeningnummer voor teruggave

[rekeningnummer 2]

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loon

Sappi BV

7950 euro

9200 euro

Naam van werkgever

Ingehouden loonheffing

Loo...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT