Uitspraak Nº 09/096037-22. Rechtbank Den Haag, 2022-10-31

ECLIECLI:NL:RBDHA:2022:11266
Docket Number09/096037-22
Date31 Octubre 2022
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)
Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht

Meervoudige kamer

Parketnummer: 09/096037-22

Datum uitspraak: 31 oktober 2021

Tegenspraak

(Promisvonnis)

De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de meervoudige kamer verwezen zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:

[verdachte] ,

geboren op [geboortedag] 1992 te [geboorteplaats] ,

BRP- [adres 1] .

1 Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden op de terechtzitting van 17 oktober 2022.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie

mr. M. van Empelen en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. A.A. Boersma naar voren is gebracht.

2 De tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:

1.
hij op of omstreeks 15 april 2022 te Voorburg, gemeente Leidschendam-Voorburg, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 1] , opzettelijk van het leven te beroven,
- met een bestelbus met hoge snelheid, althans met aanzienlijke snelheid, in de richting van [slachtoffer 1] te rijden en/of
- (vervolgens) met die bestelbus tegen [slachtoffer 1] aan te rijden (tengevolge waarvan [slachtoffer 1] (hard) tegen/op de motorkap en/of voorruit van die bestelbus en vervolgens op de grond is terecht gekomen)
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:

hij op of omstreeks 15 april 2022 te Voorburg, gemeente Leidschendam-Voorburg, in elk geval in Nederland, aan [slachtoffer 1] , opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten onder meer een gebroken schouder en/of een schouder uit de kom en/of een kneuzing in het been en/of gekneusde ribben en/of een scheur in de wenkbrauw, heeft toegebracht door
- met een bestelbus met hoge snelheid, althans met aanzienlijke snelheid, in de richting van [slachtoffer 1] te rijden en/of
- (vervolgens) met die bestelbus tegen [slachtoffer 1] aan te rijden (tengevolge waarvan [slachtoffer 1] (hard) tegen/op de motorkap en/of voorruit van die bestelbus en vervolgens op de grond is terecht gekomen);

meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:

hij op of omstreeks 15 april 2022 te Voorburg, gemeente Leidschendam-Voorburg, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
- met een bestelbus met hoge snelheid, althans met aanzienlijke snelheid, in de richting van [slachtoffer 1] te rijden en/of
- (vervolgens) met die bestelbus tegen [slachtoffer 1] aan te rijden, (tengevolge waarvan [slachtoffer 1] (hard) tegen/op de motorkap en/of voorruit van die bestelbus en vervolgens op de grond is terecht gekomen),
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

2
hij op of omstreeks 15 april 2022 te Voorburg, gemeente Leidschendam-Voorburg, in elk geval in Nederland, [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 1] , heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door
- met een bestelbus met hoge snelheid, althans met aanzienlijke snelheid, door een straat te rijden (waar ook voornoemde [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 1] zich bevonden) en/of
- (ondertussen) dreigend de woorden te uiten "Ik rijd jullie allemaal dood" en/of "Ik vermoord jullie" en/of "Jullie gaan er ook zo aan", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking, en/of
- (nadat voornoemde [slachtoffer 1] aan was gereden) dreigend de woorden te uiten "Dat is een" en/of "Het had alleen [slachtoffer 2] moeten wezen", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking.
3 De bewijsbeslissing
3.1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gerekwireerd tot vrijspraak van het onder 1 primair ten laste gelegde en tot bewezenverklaring van het onder 1 subsidiair en onder 2 ten laste gelegde.

3.2

Het standpunt van de verdediging

De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat maar beperkte bewijswaarde kan worden toegekend aan de verklaringen van [slachtoffer 2] , [slachtoffer 1] , [naam 1] en [naam 2] omdat de verklaringen onderling tegenstrijdig zijn en afwijken van hetgeen op de camerabeelden is te zien. De raadsman heeft zich ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.

3.3

De beoordeling van de tenlastelegging1

3.3.1.

Het oordeel van de rechtbank met betrekking tot feit 1

Vaststelling van de feiten

Op 15 april 2022 vond op [adres 2] in Voorburg een confrontatie plaats tussen de verdachte enerzijds en vier mannen anderzijds, waaronder [slachtoffer 2] (hierna: [slachtoffer 2] ), [naam 2] (hierna: [naam 2] ) en [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ).2 Er was een conflict tussen de verdachte en [slachtoffer 2] , zijn ex-stiefvader, over het recht van bewoning van het huis op [adres 2] . De vier mannen gingen naar de woning waar de verdachte en zijn vriendin destijds verbleven, om de sloten te vervangen.3 Zowel in het cilinderslot van de voordeur als van de achterdeur is geboord. Op dat moment was alleen de vriendin van de verdachte aanwezig in de woning. Nadat zij het geluid aan de deuren van de woning hoorde, heeft zij de verdachte gebeld.4 Toen de verdachte bij de woning aankwam, hebben de vier mannen zich verplaatst naar de overkant van de straat om de komst van de politie af te wachten.5 De verdachte is toen in zijn auto gaan zitten en is rondjes in de buurt gaan rijden. Vervolgens is hij lange tijd stil blijven staan voor de woning.6 De verdachte hing uit het raam aan de bestuurderszijde en heeft naar de mannen geroepen en bedreigingen geschreeuwd. Op een gegeven moment heeft de verdachte geroepen: ‘Ik doe maar één ding. Ik rijd jullie alle vier voor jullie kankerpoten, jullie gaan dood, alle vier, kom maar.’ Daarop liepen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] met versnelde pas richting de verdachte in de bestelbus.7 De verdachte heeft verklaard dat hij doodsangsten heeft uit gestaan toen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] op hem afkwamen en dat hij aan de beurt zou zijn geweest als hij was blijven staan.8 De verdachte reed een paar meter naar achteren tot hij niet verder kon omdat een auto achter hem stond.9 Vervolgens gaf de verdachte veel gas en trok hij met slippende banden op richting [slachtoffer 1] . De verdachte reed tegen [slachtoffer 1] aan waardoor [slachtoffer 1] op de motorkap en voorruit van de bestelbus terecht kwam en vervolgens op de grond viel. De verdachte reed na de aanrijding de straat uit. Een kort moment later komt de verdachte terug in zijn bestelauto en riep hij: ‘En dat is één, de volgende komt.’10

De rechtbank moet de vraag beantwoorden of het handelen van de verdachte kan worden gekwalificeerd als poging doodslag, zware mishandeling of poging zware mishandeling.

Poging doodslag

De rechtbank overweegt dat de kans dat een voetganger als gevolg van een aanrijding door een auto zal komen te overlijden, in belangrijke mate wordt bepaald door de snelheid waarmee de aanrijding plaatsvindt. Het dossier bevat hier geen objectieve informatie over. Uit de beschrijving van de camerabeelden blijkt dat de auto vanuit stilstand optrok. De afstand van vertrek tot het punt waarop de aanrijding plaatsvond is niet berekend, maar zal niet langer zijn circa 30 meter (de auto reed langs vier of vijf tussenwoningen). Omdat de botssnelheid niet kan worden vastgesteld, is de rechtbank van oordeel dat op grond van het dossier niet kan worden vastgesteld dat sprake was van een aanmerkelijke kans op de dood.

Gelet hierop acht de rechtbank de primair tenlastegelegde poging tot doodslag niet wettig en overtuigend bewezen en zal zij verdachte daarvan vrijspreken.

Zwaar lichamelijk letsel

De volgende vraag is of het letsel van [slachtoffer 1] kan worden gezien als zwaar lichamelijk letsel. Op grond van artikel 82 van het Wetboek van Strafrecht wordt daaronder onder andere begrepen: ziekte die geen uitzicht op volkomen genezing overlaat, voortdurende ongeschiktheid tot uitoefening van ambts- of beroepsbezigheden. Ook buiten deze gevallen kan lichamelijk letsel als zwaar worden beschouwd indien dat naar gewoon spraakgebruik als zodanig kan worden aangeduid. Daarbij kan betekenis toekomen aan de aard van het letsel...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT