Uitspraak Nº 09-997145-14. Rechtbank Den Haag, 2019-09-30

ECLIECLI:NL:RBDHA:2019:10320
Date30 Septiembre 2019
Docket Number09-997145-14
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)
Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht

Meervoudige strafkamer

Parketnummer: 09/997145-14

Datum uitspraak: 30 september 2019

Tegenspraak

(Promisvonnis)

De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,

BRP-adres: [adres 1] .

1 Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 18 oktober 2017 (regiezitting) en ter terechtzitting van 2, 3 en 4 september 2019 (inhoudelijk) en is gesloten ter terechtzitting van 23 september 2019.

De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. N. Achahbar en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. R.A. Kaarls naar voren is gebracht.

2 De tenlastelegging

De volledige tekst van de tenlastelegging is opgenomen als bijlage I bij dit vonnis en maakt daarvan deel uit.

3 Bewijsoverwegingen
3.1

Inleiding

In de kern wordt de verdachte onder de feiten 1, 2, 3, 4 en 5 - in verschillende varianten - verweten dat hij feitelijk leiding heeft gegeven aan, dan wel dat hij als medepleger betrokken is geweest bij, faillissementsfraude in de vorm van:

- bedrieglijke bankbreuk, door - kort gezegd - goederen aan de boedel te onttrekken en/of geen deugdelijke administratie te voeren en/of over te dragen

(feit 1, feit 2, 1e cumulatief/alternatief, feit 3 en feit 5);

  • -

    het niet voldoen aan de inlichtingenplicht (feit 2, 2e cumulatief/alternatief);

  • -

    het niet afdragen van loonheffingen (feit 4).

Daarnaast wordt de verdachte (onder feit 6) het bezit van een verboden wapen verweten.

3.2

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat alle feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard. Op haar specifieke standpunten zal hierna - voor zover relevant - nader worden ingegaan.

3.3

Het standpunt van de verdediging

De verdediging heeft integrale vrijspraak bepleit van de feiten 1, 2, 3, 4 en 5. Ten aanzien van feit 6 heeft de verdediging zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Op de specifieke (bewijs)verweren van de verdediging zal hierna - voor zover relevant - nader worden ingegaan.

3.4

De overwegingen van de rechtbank1

3.4.1

Inleiding met betrekking tot de feiten 1 en 2

De rechtbank zal eerst de organisatiestructuur van de rechtspersonen en de positie en de rol van de verdachten in de loop van de tijd hierin vaststellen. Aan de hand van deze uitgangspunten met betrekking tot de organisatie, de positie en de rol van de verdachten, zal de rechtbank vervolgens de tenlastegelegde feiten beoordelen.

De organisatiestructuur en de positie van de verdachten

De rechtbank gaat uit van de volgende door partijen niet weersproken feiten, zoals deze grotendeels uit gegevens van de Kamer van Koophandel (KvK) volgen.2

Schildersbedrijf [bedrijf 5] . ( [KvK-nummer 1] ) 3

  • -

    Schildersbedrijf [bedrijf 5] . (hierna: [bedrijf 5] ) is opgericht op 30 oktober 1981 en met ingang van 8 februari 2011 in staat van faillissement verklaard.

  • -

    Van 1 januari 1988 tot 16 oktober 2006 was de verdachte [verdachte] (hierna ook: [verdachte] ) directeur/bestuurder.

  • -

    De verdachte [medeverdachte 1] (hierna: [medeverdachte 1] ) was van 16 oktober 2006 tot 1 juli 2010 commercieel directeur/bestuurder. De verdachte [medeverdachte 2] (hierna: [medeverdachte 2] ) was vanaf 16 oktober 2006 directeur/bestuurder.

  • -

    De bevoegdheid van de directeur was telkens: alleen/zelfstandig bevoegd.

  • -

    Van 18 september 1996 tot 16 november 2009 was [bedrijf 1] B.V. ( [KvK-nummer 2] ) enig aandeelhouder.

  • -

    Van 16 november 2009 tot 11 maart 2010 was [bedrijf 6] . ( [KvK-nummer 3] ) enig aandeelhouder.

  • -

    Vanaf laatstgenoemde datum zijn [bedrijf 6] (138 aandelen) en de verdachte [medeverdachte 3] (hierna: [medeverdachte 3] ) (2 aandelen) aandeelhouder.

  • -

    Als handelsnamen zijn onder meer vastgelegd Schildersbedrijf [bedrijf 5] . , [bedrijf 5] en [bedrijf 5] .

  • -

    De vestigingsadressen waren achtereenvolgens [adres 2] (vanaf 1 september 1992), [adres 3] (vanaf 14 mei 1998), [adres 4] (vanaf 18 augustus 2010) en [adres 5] (vanaf 20 januari 2011).

[bedrijf 1] B.V. ( [KvK-nummer 2] ) 4

  • -

    [bedrijf 1] B.V. (hierna: [bedrijf 1] ) is opgericht op 27 december 1984.

  • -

    [verdachte] is vanaf 27 december 1984 directeur/bestuurder.

  • -

    [bedrijf 6] . ( [KvK-nummer 3] ) is vanaf 1 januari 1996 (met uitzondering van 22 februari 2001 tot 17 december 2001) enig aandeelhouder.

[bedrijf 5] ) 5

  • -

    Deze rechtspersoon is onder statutaire- en handelsnaam [bedrijf 5] opgericht op 19 december 1986. Per 12 juli 2010 is de handelsnaam [bedrijf 5] (hierna: [bedrijf 5] )

  • -

    [bedrijf 6] was vanaf 1 januari 1996 tot 1 juli 2010 directeur/bestuurder.

  • -

    [medeverdachte 1] was van 1 juli 2010 tot 20 januari 2014 directeur/bestuurder.

  • -

    De bevoegdheid van de directeur was telkens: alleen/zelfstandig bevoegd.

  • -

    [bedrijf 1] is vanaf 28 december 1995 tot 28 september 2010 enig aandeelhouder.

  • -

    Vanaf laatstgenoemd datum zijn [bedrijf 6] (25%) en [bedrijf 2] (75%) aandeelhouder.

  • -

    Het vestigingsadres was vanaf 14 mei 1998 [adres 3] .

Faillissement van [bedrijf 5] en [bedrijf 1] en aangifte curator

[bedrijf 5] is bij vonnis van de rechtbank Den Haag op 8 februari 2011 in staat van faillissement verklaard. De rechtbank heeft [curator 1] benoemd tot curator.6 [bedrijf 1] is eveneens bij vonnis van de rechtbank Den Haag op 8 februari 2011 in staat van faillissement verklaard. De rechtbank heeft [curator 2] benoemd tot curator.7

De rol van de verdachten in [bedrijf 5] tot eind 2009

Wat betreft de werkzaamheden en de rol van de verdachten in [bedrijf 5] stelt de rechtbank - op grond van hun verklaringen en de bevindingen van het onderzoek - het volgende vast.8

[bedrijf 5] was vanaf het begin een schildersbedrijf van [verdachte] . Tot 16 oktober 2006 was hij directeur/bestuurder en tot aan het faillissement was hij (indirect) aandeelhouder van [bedrijf 5] . Vanaf 16 oktober 2006 zijn [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] op verzoek van [verdachte] directeur/bestuurder van [bedrijf 5] geworden. Aan hun werkzaamheden voor [bedrijf 5] veranderde echter niets en zij bemoeiden zich niet met het beleid van [bedrijf 5] . [verdachte] bepaalde dat. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] hadden geen zeggenschap in de financiële beslissingen en deden niets in de administratie. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] waren de mensen van de werkvloer. Zij hielden zich bezig met de acquisitie: zij haalden opdrachten binnen, hielden contact met de klanten, en stuurden daarnaast personeel aan. Zij regelden alles met aannemers en personeel en maakten calculaties voor projecten. [medeverdachte 2] was algemeen directeur, [medeverdachte 1] was commercieel directeur. Zij konden beslissen over kleinere uitgaven, maar voor grotere uitgaven gingen ze naar [verdachte] en [boekhouder] . [boekhouder] was de boekhouder van [bedrijf 5] en was in dienst bij [bedrijf 1] . Zijn leidinggevende was [verdachte] . Alleen [verdachte] bepaalde wat [boekhouder] moest doen. [boekhouder] deed de administratie, waaronder de loonadministratie, en alle betalingen na overleg met [verdachte] , en maakte de facturen op met de informatie die hij kreeg van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] . [boekhouder] onderhield ook de contacten met de Belastingdienst, stond daar als contactpersoon te boek, en verzorgde de aangiften en dergelijke.

3.4.2

De verdere beoordeling van de tenlastelegging

Voor de verdere beoordeling van feit 1 heeft de rechtbank allereerst acht geslagen op de volgende stukken.

Aangifte faillissementsfraude

De heer [curator 3] heeft op 2 juni 2014 als gemachtigd curator aangifte gedaan van faillissementsfraude met betrekking tot de faillissementen van [bedrijf 5] en [bedrijf 1] . De aangifte is gericht tegen [verdachte] (als feitelijk leidinggever van [bedrijf 5] en bestuurder van [bedrijf 1] ), [medeverdachte 2] (als bestuurder van [bedrijf 5] ) en [medeverdachte 1] (ook als bestuurder van [bedrijf 5] ). In de aangifte verwijst [curator 3] naar gesprekken die zijn gevoerd met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] en hun advocaat en naar correspondentie met [medeverdachte 3] . Ook volgt uit de aangifte dat de curator kort na het faillissement van [bedrijf 5] contact heeft gehad met [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] op het adres van [bedrijf 5] in [adres 5] . [medeverdachte 3] voerde tijdens dat gesprek daar het woord. Enkele dagen later vond een vervolggesprek plaats aan de [adres 3] , het adres van [bedrijf 5] . De curator werd hier weer door [medeverdachte 3] te woord gestaan. De heer [accountant] , een voormalig accountant, is ingeschakeld als deskundige om voor de curator de administratie van [bedrijf 5] te beoordelen. [accountant] heeft [medeverdachte 3] benaderd met het verzoek de administratie beschikbaar te stellen. De administratie is uiteindelijk op professionele wijze beschikbaar gesteld door “de [medeverdachte 3] Groep”, aldus [curator 3] . De conclusie van [accountant] ten aanzien van de administratie van [bedrijf 5] is dat “…deze administratie van failliet ondeugdelijk is en mitsdien onbetrouwbaar (…)”.

Als oorzaken voor het faillissement heeft [curator 3] genoemd dat [bedrijf 5] per 24 mei 2010 de activiteiten van [bedrijf 5] overnam, zonder daar voor te betalen. Het personeel bleef achter in [bedrijf 5] en werd vervolgens door [bedrijf 5] ingeleend, waarvoor structureel te weinig werd betaald. [bedrijf 5] betaalde de netto lonen uit en verrekende dit in rekening-courant met...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT