Uitspraak Nº 14/52. College van Beroep voor het bedrijfsleven, 2015-12-23

ECLIECLI:NL:CBB:2015:426
Docket Number14/52
Date23 Diciembre 2015
CourtCollege van Beroep voor het bedrijfsleven (Nederland)

uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 14/52

20150

uitspraak van de meervoudige kamer van 23 december 2015 op het hoger beroep van:

[naam 1] , te [plaats 1] , gemeente [gemeente] , appellant, tegen de uitspraak van de accountantskamer van 9 december 2013 gegeven op een klacht, op 3 april 2013 door appellant ingediend tegen [naam 2] (betrokkene).
Procesverloop in hoger beroep

Appellant heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de accountantskamer van 9 december 2013, met nummer 13/719 Wtra AK (www.tuchtrecht.nl, ECLI:NL:TACAKN:2013:68).

Betrokkene heeft een schriftelijke reactie op het hogerberoepschrift gegeven.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 31 augustus 2015. Partijen zijn verschenen, waarbij appellant zich heeft laten bijstaan door [naam 3] .

Grondslag van het geschil
1.1

Voor een uitgebreide weergave van het verloop van de procedure en de in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden, voor zover niet bestreden, wordt verwezen naar de inhoud van de bestreden uitspraak van de accountantskamer, die als hier ingelast wordt beschouwd. Het College volstaat met het volgende.

1.2

Bij beschikking van 9 juni 2010 heeft het gerechtshof ‘s-Gravenhage (gerechtshof) in de boedelscheidingsprocedure tussen appellant en zijn voormalig echtgenote overwogen dat het zich onvoldoende voorgelicht acht over welk bedrag ingevolge de huwelijksvoorwaarden verrekend dient te worden. Het gerechtshof heeft, onder aanwijzing van [naam 4] tot raadsheer-commissaris, vervolgens betrokkene, die op dat moment werkzaam was als openbaar accountant en als partner/maat verbonden aan het accountantskantoor [naam 5] te [plaats 2] , tot deskundige benoemd en hem een aantal vragen voorgelegd.

1.3

Vanaf eind februari 2011 heeft betrokkene te maken gehad met gezondheidsproblemen, waaronder hartfalen en burn-outverschijnselen, als gevolg waarvan hij eerst per september 2011 in staat was zijn werkzaamheden te hervatten. Betrokkene heeft zich bij zijn werkzaamheden ten behoeve van de boedelscheidingsprocedure van appellant laten bijstaan door een aantal werknemers van accountantskantoor [naam 5] . Die medewerkers hebben de werkzaamheden gedurende de periode van ziekte van betrokkene voortgezet.

1.4

Op 11 oktober 2011 heeft betrokkene een eerste conceptrapport aan appellant en zijn voormalig echtgenote gezonden met het verzoek daarop te reageren. Betrokkene heeft na de ontvangst van de reacties met beide partijen een bespreking gehouden. Na die bespreking heeft appellant aan betrokkene een usb-stick met nadere informatie gezonden, samen met zes dozen met stukken aangaande acht bankrekeningen.

1.5

Die nieuwe informatie noopte tot nadere bestudering en aanpassing van het eerste conceptrapport door betrokkene. Van 14 februari 2012 tot 13 september 2012 heeft betrokkene geen werkzaamheden kunnen verrichten vanwege zijn gezondheidstoestand. Op 23 oktober 2012 heeft betrokkene een tweede conceptrapport aan appellant en zijn...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT