Uitspraak Nº 15.054522.19. Rechtbank Noord-Holland, 2019-06-17

ECLIECLI:NL:RBNHO:2019:5152
Date17 Junio 2019
Docket Number15.054522.19
CourtRechtbank Noord-Holland (Neederland)
RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf

Locatie Alkmaar

Meervoudige strafkamer

Parketnummer: 15.054522.19 (P)

Uitspraakdatum: 17 juni 2019

Tegenspraak

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 3 juni 2019 in de zaak tegen:

[verdachte] ,

[geboortedatum]

ingeschreven in de basisregistratie personen op het [adres 1]

thans gedetineerd in PI Vught, Vosseveld 2 HvB Regulier.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie

mr. F.C.M Weijnen en van hetgeen verdachte en zijn raadsman mr. J.C. Duin, advocaat te Hoorn, naar voren hebben gebracht.

1 Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:

1

hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 29 december 2018 tot en met 19 februari 2019 te Hoofddorp en/of Haarlem en/of Purmerend en/of Zwanenburg en/of Wormer en/of Beverwijk en/of Alkmaar en/of Amsterdam en/of Santpoort-Noord en/of (elders in) regio Noord-Holland en/of Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een geautomatiseerd werk, te weten het [slachtoffer 1] (telecommunicatie)netwerk, is binnengedrongen

a. door het doorbreken van een beveiliging en/of

b. door een technische ingreep en/of

c. met behulp van valse signalen of een valse sleutel en/of

d. door het aannemen van een valse hoedanigheid,

te weten door (telkens)

(na daartoe zich onrechtmatig de toegang toe te hebben verschaft) in [slachtoffer 1] verdeelkast(en)

telefoon(s), welke waren voorzien van een (UTP)kabel met aan het uiteinde van die kabel(s) een draadklem/krokodillenbek, middels (voornoemde) draadklem/krokodillenbek aan te sluiten/te koppelen/te bevestigen aan (rangeerstro(o)k(en)/poort(en) van) (analoge) (particuliere en vaste) telefoonaansluiting(en),

en hij, verdachte, en/of diens mededader(s) vervolgens (al dan niet) (telkens) de gegevens die

zijn opgeslagen, worden verwerkt of worden overgedragen door middel van voornoemd

geautomatiseerd werk waarin hij en of diens mededader(s) zich (telkens) wederrechtelijk

bevond(en) voor zichzelf en/of (een) ander(en) heeft overgenomen, afgetapt en/of opgenomen (immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of diens mededader(s) door het uitvoeren van voornoemde handelingen de (analoge) telefoonlijn(en) van [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] klant(en) overgenomen waarna met voornoemde lijn(en) is gebeld naar betaalnummer(s);

2

hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 29 december 2018 tot en met 19 februari 2019 te Hoofddorp en/of Haarlem en/of Purmerend en/of Zwanenburg en/of Wormer en/of Beverwijk en/of Alkmaar en/of Amsterdam en/of Santpoort-Noord en/of (elders in) regio Noord-Holland en/of Nederland,

(telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,

beltikken en/of belminuten/beltijd en/of een geldelijke waarde/geldbedrag welke wordt

opgebouwd/verhoogd door (een) openstaande belverbinding(en),

in elk geval (telkens) enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of

zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 1] en/of (een) [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2]

(telefonie)abonnee(s), (telkens) heeft weggenomen

met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen beltikken en/of belminuten en/of een geldelijke waarde/geldbedrag welke wordt opgebouwd/verhoogd door een openstaande (telefonie/bel)verbinding, onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of

door middel van een valse sleutel (waarbij voornoemde valse sleutel (telkens) bestond uit het

zonder daartoe gerechtigd te zijn via de (vaste/analoge)telefoonverbinding/lijn van (een) [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] abonnee(s) te bellen naar betaalnummers;

3

hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 29 december 2018 tot en met 19 februari 2019 te Hoofddorp en/of Haarlem en/of Purmerend en/of Zwanenburg en/of Wormer en/of Beverwijk en/of Alkmaar en/of Amsterdam en/of Santpoort-Noord en/of (elders in) regio Noord-Holland en/of Nederland,

(telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk daarvoor niet (volledig) te betalen, door een of meer technische ingrepen en/of met behulp van (een) vals(e) signa(a)l(en), gebruik heeft/hebben gemaakt van een dienst die via telecommunicatie aan het publiek werd aangeboden,

immers heeft/hebben hij, verdachte en/of diens mededader(s) (telkens) zonder daartoe gerechtigd te zijn en/of via een niet aan hem/hen toebehorende/op zijn/hun naam gestelde (vaste en analoge) [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] telefoonaansluiting(en) contact gemaakt/gelegd met:

- het (betaal)telefoonnummer [telefoonnummer 1] (op naam gesteld van [bedrijf 1]

- het (betaal)telefoonnummer [telefoonnummer 2] (op naam gesteld van [bedrijf 2]

en vervolgens specifieke voor de betreffende transacties aan verdachte(n) verstrekte codes

ingetoetst/ingevoerd om (vervolgens) via genoemde belverbinding(en) een telefonieverbinding van langere duur te bewerkstelligen (waarbij per aansluiting/verbinding de kosten voor de tijd welke de telefonieverbinding open staat in rekening wordt gebracht ten laste van voornoemde [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] abonnee(s)), en/of daarmee (online) tegoed(en)/credits/betaalkaart(en) op te waarderen/op te bouwen en/of te verkrijgen.

2 Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3 Beoordeling van het bewijs
3.1.

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten.

3.2.

Standpunt van de verdediging

algehele vrijspraak

De raadsman van verdachte heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte integraal moet worden vrijgesproken van hetgeen hem ten laste is gelegd, nu niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte pleger dan wel medepleger is geweest. Verdachte is niet fysiek bij enig incident betrokken geweest. De betrokkenheid van verdachte is beperkt tot het enkele malen verstrekken van codes aan anderen die de fysieke fraudehandelingen verrichtten. Zijn betrokkenheid zou hoogstens medeplichtigheid kunnen opleveren, wat evenwel niet is ten laste gelegd.

vrijspraak feit 1

Verder heeft de raadsman aangevoerd dat er geen sprake is van een geautomatiseerd werk als bedoeld in artikel 80 sexies Wetboek van Strafrecht. Het dossier rept enkel van inbreuk op een analoge telefonielijn, terwijl het kabelverdeelhuis een op zichzelf staande entiteit lijkt gevoed door kabels met belspanning. De wetgever heeft zich niet uitgelaten over de vraag of een verdeelhuis van de [slachtoffer 1] onder de begripsomschrijving “geautomatiseerd werk” valt. De raadsman is van mening dat de analoge vaste telefonielijnen in de verdeelhuizen niet vallen onder deze begripsomschrijving. Wat het dossier bevat als uitleg van dhr. [werknemer], werknemer van [slachtoffer 1] onderbouwt niet dat sprake zou zijn van een netwerk van telecommunicatievoorzieningen. Dit betekent dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder 1 ten laste gelegde feit. Voor het geval de rechtbank anders oordeelt doet de raadsman voorwaardelijk het verzoek genoemde [werknemer] als getuige te horen.

vrijspraak feit 3

Ook voor het onder 3 ten laste gelegde feit moet vrijspraak volgen, omdat er geen sprake is van een oogmerk om niet (volledig) te betalen voor de verkregen dienst. Er wordt immers wel betaald voor de dienst van [slachtoffer 1] en de betreffende 0906-nummers, namelijk door de persoon van wie de telefoonaansluiting is. Er is dan ook geen sprake van dat een telefoondienst wordt misleid en financieel wordt benadeeld.

3.3

Oordeel van de rechtbank

3.3.1

Redengevende feiten en omstandigheden

De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten op grond van de bewijsmiddelen die in de bijlage bij dit vonnis zijn vervat.

3.3.2

Bewijsmotivering

feit 1: het begrip “geautomatiseerd werk”:

Met betrekking tot het begrip “geautomatiseerd werk” overweegt de rechtbank als volgt.

Onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad d.d. 26 maart 2013 (ECLI:NL:HR:2013:BY9718) geldt het volgende. Een inrichting kan alleen als geautomatiseerd werk worden aangemerkt in de zin van artikelen 80 sexies en138ab Sr indien zij geschikt is om drie functies te vervullen, te weten opslag, verwerking en overdracht van gegevens. Uit die wetsgeschiedenis volgt ook dat het begrip geautomatiseerd werk niet beperkt is tot apparaten die zelfstandig aan deze drievoudige eis voldoen. Ook netwerken bestaande uit computers en/of telecommunicatievoorzieningen heeft de wetgever onder het begrip 'geautomatiseerd werk' willen brengen, terwijl art. 138a (oud) Sr ook toepasselijk is op delen van zulke geautomatiseerde werken.

Van belang is wel dat de inrichting zowel gegevens kan opslaan als deze verwerken én overdragen (Kamerstukken II...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT