Uitspraak Nº 16/127873-22. Rechtbank Noord-Holland, 2022-10-27

ECLIECLI:NL:RBNHO:2022:9625
Docket Number16/127873-22
Date27 Octubre 2022
CourtRechtbank Noord-Holland (Neederland)
RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie & Jeugdrecht

Locatie Alkmaar

Meervoudige kamer jeugdstrafzaken

Parketnummer: 16/127873-22

Uitspraakdatum: 27 oktober 2022

Tegenspraak

verkort strafvonnis (art. 138b Sv)

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting met gesloten deuren van 13 oktober 2022 in de zaak tegen:

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,

ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres

[adres] .

De rechtbank heeft kennisgenomen van

- het standpunt van de officier van justitie, [officier van justitie] , inhoudende dat de rechtbank het tenlastegelegde bewezen zal verklaren en verdachte hiervoor zal veroordelen tot een jeugddetentie voor de duur van 203 dagen met aftrek van het voorarrest, waarvan 60 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden jeugdreclasseringstoezicht, een meldplicht en meewerken aan huisbezoeken en verdachte daarnaast zal veroordelen tot een gedragsbeïnvloedende maatregel (hierna ook: GBM) voor de duur van een jaar met als dadelijk uitvoerbare voorwaarden behandeling bij De Forensische Formatie, wonen bij Inspire, ondersteuning vanuit de IFA-coach, dagbesteding bij School2Care, een locatiegebod en een locatieverbod met elektronische controle;

- wat door verdachte en mr. D.C. van den Heuvel, raadsman van verdachte, naar voren is gebracht, inhoudende dat het tenlastegelegde bewezen kan worden verklaard en dat verdachte hiervoor veroordeeld dient te worden tot een jeugddetentie voor de duur van het voorarrest met aftrek en een GBM. Verdachte kan zich vinden in de door de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad) geadviseerde voorwaarden.

1 Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:

hij op of omstreeks 12 mei 2022 te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening

een geldbedrag (van in totaal ongeveer 200 euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde partij 1] en/of Snackbar [snackbar] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), toebehoorde(n), heeft weggenomen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij 1] en/of [benadeelde partij 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door (tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen)

- vlak voor sluitingstijd voornoemde snackbar te betreden en/of naar de vitrine/toonbank te lopen en/of (vervolgens) te roepen “Overval! Overval!” en/of “Kassa, kassa, snel!”, althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of

- ( daarbij) een of meerdere vuurwapen(s), althans op een vuurwapen gelijkend voorwerp, aan die [benadeelde partij 1] en/of die [benadeelde partij 2] te tonen en/of op die [benadeelde partij 1] en/of die [benadeelde partij 2] te richten en/of op die [benadeelde partij 1] en/of die [benadeelde partij 2] gericht te houden en/of

- ( vervolgens) achter de toonbank te gaan staan en/of (daarbij) te roepen “Doe de kassa open! Doe de kassa open!” en/of

- ( vervolgens) een vuurwapen, althans op een vuurwapen gelijkend voorwerp, tegen het hoofd van die [benadeelde partij 2] te plaatsen en/of een vuurwapen, althans op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in de nek van die [benadeelde partij 1] te plaatsen, nadat die [benadeelde partij 1] had gezegd dat hij geen geld had, en/of

- nadat die [benadeelde partij 1] de kassa had geopend, voornoemd geldbedrag uit de kassalade weg te nemen en/of

- ( vervolgens) hard weg te rennen en/of voornoemde snackbar te verlaten.

2 Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.1

Bewijs

De rechtbank grondt de beslissing dat verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn opgenomen.

De bewijsmiddelen zullen worden uitgewerkt in die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis vereist en zullen dan in een aan dit vonnis te hechten aanvulling worden opgenomen.

3.2.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:

hij op 12 mei 2022 te [plaats] tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening

een geldbedrag (van in totaal ongeveer 200 euro), dat aan [benadeelde partij 1] en/of Snackbar [snackbar] toebehoorde(n), heeft weggenomen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij 1] en [benadeelde partij 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken door (tezamen en in vereniging met een ander)

- vlak voor sluitingstijd voornoemde snackbar te betreden en naar de vitrine/toonbank te lopen en (vervolgens) te roepen “Overval! Overval!” en “Kassa, kassa, snel!” en

- daarbij op vuurwapens gelijkende voorwerpen aan die [benadeelde partij 1] en die [benadeelde partij 2] te tonen en op die [benadeelde partij 1] en die [benadeelde partij 2] te richten en op die [benadeelde partij 1] en die [benadeelde partij 2] gericht te houden en

- vervolgens achter de toonbank te gaan staan en te roepen “Doe de kassa open! Doe de kassa open!” en

- vervolgens een op een vuurwapen gelijkend voorwerp tegen het hoofd van die [benadeelde partij 2] te plaatsen en een op een vuurwapen gelijkend voorwerp in de nek van die [benadeelde partij 1] te plaatsen, nadat die [benadeelde partij 1] had gezegd dat hij geen geld had, en

- nadat die [benadeelde partij 1] de kassa had geopend, voornoemd geldbedrag uit de kassalade weg te nemen en

- vervolgens hard weg te rennen en voornoemde snackbar te verlaten.

Wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. Verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

4 Kwalificatie en strafbaarheid van het feit

Het bewezenverklaarde levert op:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is derhalve strafbaar.

5 Strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is derhalve strafbaar.

6 Motivering van de hoofdstraf

Bij de beslissing over de straf die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT