Uitspraak Nº 17/00357 tm 17/00370. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2019-01-29

ECLIECLI:NL:GHARL:2019:734
Docket Number17/00357 tm 17/00370
Date29 Enero 2019
CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN

locatie Leeuwarden

nummers 17/00357 tot en met 17/00370

uitspraakdatum: 29 januari 2019

Beslissing van de eerste meervoudige belastingkamer

op het verzoek op grond van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) van

de inspecteur van de Belastingdienst/Midden- en kleinbedrijf/Kantoor Hoorn (hierna: de Inspecteur)

in het geding tussen de Inspecteur en

[X] te [Z]

(hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 14 februari 2017, nummers AWB 12/6189 tot en met 12/6200, 12/6413 en 12/6415.

1 Ontstaan en loop van het geding
1.1.

Aan belanghebbende zijn over de jaren 1997 en 1999 tot en met 2009 (navorderings)aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en over de jaren 1998 en 2000 navorderingsaanslagen in de vermogensbelasting opgelegd. Bij beschikkingen is heffingsrente berekend en zijn een verhoging en boeten opgelegd.

1.2.

De Inspecteur heeft uitspraken op bezwaar gedaan.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank).

1.4.

De Inspecteur heeft hangende de beroepsprocedure bij brief van 10 juni 2013 stukken aan de Rechtbank overgelegd (de hierna te noemen bijlagen A1 en B1 tot en met B12) en daarbij een verzoek om (gedeeltelijke) geheimhouding als bedoeld in artikel 8:29 van de Awb gedaan. De set geschoonde stukken zijn ook aan belanghebbende overgelegd.

1.5.

De geheimhoudingskamer van de Rechtbank heeft bij beslissing van 15 januari 2014 geoordeeld dat beperking van de kennisneming van de stukken en geheimhouding van de identiteit van de zogenoemde tipgever gerechtvaardigd is.

1.6.

De Rechtbank heeft op 14 februari 2017 uitspraak gedaan.

1.7.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.8.

De Inspecteur heeft een verzoek ingediend, waarin hij voor bepaalde stukken het standpunt inneemt dat kennisneming van delen van deze stukken is voorbehouden aan het Hof (beperking kennisneming) als bedoeld in artikel 8:29, eerste lid, van de Awb. Ten aanzien van de in de stukken opgenomen persoonsgegevens van de tipgever heeft de Inspecteur een beroep gedaan op volledige geheimhouding. Daarbij heeft de Inspecteur afschriften van de – afgezien van de gegevens inzake de tipgever – ongeschoonde versie van deze stukken in een gesloten enveloppe aan het Hof gestuurd. Voor de geschoonde versie heeft de Inspecteur verwezen naar de reeds in de beroepsfase (bij brief van 10 juni 2013) overgelegde stukken. De Inspecteur heeft bij brief van 7 augustus 2018 van een aantal eerder ingediende geschoonde stukken een minder geschoonde versie (de hierna te noemen bijlagen B1 tot en met B4 en B6 tot en met B8) ingebracht en daarnaast afschriften van twee nieuwe geschoonde stukken (de hierna te noemen bijlagen B14 en B15) ingebracht met het verzoek om beperking van de kennisneming van deze stukken. De set met geschoonde stukken is aan belanghebbende doorgestuurd. De ongeschoonde versie van deze nieuwe stukken is in een gesloten enveloppe aan het Hof gestuurd. Tevens heeft de Inspecteur een (ongeschoond) afschrift van een notariële akte van 15 juni 2017 (aangeduid als bijlage B13), waarin een verklaring van de tipgever is opgenomen, overgelegd. In deze notariële akte zijn de personalia van de tipgever door de notaris niet opgenomen.

1.9.

Belanghebbende heeft bij brief van 17 september 2018 nadere stukken ingediend.

1.10.

Het verzoek van de Inspecteur is ter zitting, gelijktijdig met de verzoeken inzake [A] en de erven [B] , behandeld op 25 september 2018. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Overwegingen
2.1.

Het Hof stelt voorop dat de kamer die de hoofdzaken zal behandelen, zal beslissen over de vraag of de hierna te beoordelen stukken op de zaken betrekking hebbende stukken zijn zoals bedoeld in artikel 8:42 van de Awb. Het Hof beperkt zich tot de beslissing of geheimhouding of beperking van de kennisneming van (delen van) deze stukken gerechtvaardigd is.

2.2.

Op de voet van artikel 8:29, eerste lid, van de Awb kan de inspecteur, indien daarvoor gewichtige redenen zijn, weigeren stukken, of gedeelten daarvan, over te leggen dan wel deze alleen aan de rechter ter kennis brengen. Het Hof stelt voorop dat bij de toepassing van dit artikellid de grootst mogelijke terughoudendheid dient te worden betracht. Slechts indien de door de Inspecteur voor geheimhouding of beperkte kennisneming aangevoerde redenen aanzienlijk zwaarder wegen dan het belang van belanghebbende bij onbeperkte kennisneming van (delen van) de op de zaak betrekking hebbende stukken, is sprake van gewichtige redenen die geheimhouding of beperkte kennisneming rechtvaardigen.

2.3.

De Inspecteur stelt zich op het standpunt dat voor de onderstaande stukken kennisneming van delen van deze stukken is voorbehouden aan het Hof (beperkte kennisneming) als bedoeld in artikel 8:29, eerste lid, van de Awb. Ten aanzien van de in de stukken opgenomen persoonsgegevens van de tipgever heeft de Inspecteur een beroep gedaan op volledige geheimhouding, dus ook geheimhouding jegens het Hof. Het Hof gaat daarbij uit van de laatste – minst geschoonde – versie.

Nr

Titel/inhoud

Geschoonde versie

A1

Map met door de tipgever aangeleverde stukken inzake diverse belastingplichtigen, genummerd D-01 t/m D-27 met ambtsedige verklaring

Bij brief Inspecteur van 10 juni 2013 aan Rechtbank

B1

Memo ‘Tipgever Luxemburg’ d.d. 2 juli 2009. Onderzoek naar de inhoudelijke relevantie en de bewijskracht van de informatie

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B2

Overeenkomst met de tipgever d.d. 16 september 2009

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B3

Proces-verbaal, AH-4, d.d. 1 oktober 2009 ‘Identiteit’

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B4

Ambtsedige verklaring, gespreksverslag, algemeen gedeelte G1-01, d.d. 1 oktober 2009, ‘Aanleiding gesprek en identiteit gesprekspartner’

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B5

Verklaring tipgever, d.d. 1 oktober 2009

Bij brief Inspecteur van 10 juni 2013 aan de Rechtbank

B6

Ambtsedige verklaring, Gespreksverslag AH-2 d.d. 1 oktober 2009

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B7

Plan van aanpak, “Derde Categorie” 5 oktober 2009

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B8

Power-point-presentatie, project Derde Categorie. Ten behoeve van de kick-off op 8 oktober 2009

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B9

Memo ‘Dubbele beboeting buitenlandse bankrekeningen’ d.d. 6 november 2009

Bij brief Inspecteur van 10 juni 2013 aan de Rechtbank

B10

Memo ‘Redelijke schatting’ d.d. 11 november 2009

Bij brief Inspecteur van 10 juni 2013 aan de Rechtbank

B11

Memo ‘Toerekening vermogensbestanddelen en gevolgen voor vergrijpboete’ d.d. 11 november 2009

Bij brief Inspecteur van 10 juni 2013 aan de Rechtbank

B12

Memo ‘Omkering bewijslast en matiging boete’ d.d. 24 november 2009

Bij brief Inspecteur van 10 juni 2013 aan de Rechtbank

B14

Gegevens project Bank zonder Naam

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

B15

Memo ‘Voorbereiding project Derde Categorie’ d.d. 11 april 2011

Bij brief Inspecteur van 7 augustus 2018 aan Hof

2.4.

Het Hof beschikt voor de onderhavige beoordeling over een set – afgezien van de hierna te noemen gegevens inzake de tipgever – ongeschoonde exemplaren van deze stukken. De bijlagen B2, B3, B5 en B14 zijn niet geheel ‘ongeschoond’ overgelegd, omdat de persoonsgegevens, waaronder (voor B14 ook) het fiscaalnummer, het dossiernummer en een bankrekeningnummer, van de tipgever zijn weggelakt.

2.5.

De Inspecteur heeft voor het schonen van passages in de stukken diverse soorten ‘gewichtige redenen’ aangevoerd. De geschoonde passages zijn zwartgemaakt of weggelakt en voorzien van een letter, die verwijst naar de volgens de Inspecteur van toepassing zijnde gewichtige reden. In hoger beroep heeft de Inspecteur de volgende soorten gewichtige redenen genoemd, waarbij dient te worden opgemerkt dat de Inspecteur in zijn brief van 7 augustus 2018 heeft vermeld dat hij ten aanzien van de minder geschoonde en nieuwe stukken de onderverdeling A1/A2 (thans A) en D1/D2/E (thans D) niet meer maakt:

A

1

Privacy tipgever direct

2

Privacy tipgever indirect

B

Privacy derden

C

Privacy (groepen) ambtenaren

D

1

(Controle-)strategische overwegingen, beschrijving aard info

2

(Controle-)strategische overwegingen, beschrijving werkproces

E

Voorkomen calculerend gedrag

F

Staatsbelang, voorkoming...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT