Uitspraak Nº 17/3734 WIA. Centrale Raad van Beroep, 2019-03-21

ECLIECLI:NL:CRVB:2019:971
Date21 Marzo 2019
Docket Number17/3734 WIA
CourtCentrale Raad van Beroep (Nederland)
17 3734 WIA

Datum uitspraak: 21 maart 2019

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 20 april 2017, 16/6239 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

[appellante] te [woonplaats] (appellante)

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)

PROCESVERLOOP

Namens appellante heeft J.E. Eshuis hoger beroep ingesteld.

Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 februari 2019. Appellante is verschenen, bijgestaan door Eshuis. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. Z. Seyban.

OVERWEGINGEN
1.1.

Het Uwv heeft appellante met ingang van 25 januari 2013 in aanmerking gebracht voor een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Op 22 januari 2016 heeft appellante verzocht om een herkeuring in verband met toegenomen arbeidsongeschiktheid. In verband hiermee is zij op 17 februari 2016 onderzocht door een verzekeringsarts van het Uwv, die een zogeheten Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) heeft opgesteld die geldt vanaf 17 februari 2016. Een arbeidsdeskundige heeft vervolgens vastgesteld dat appellante met ingang van 17 februari 2016 minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Appellante werd met haar beperkingen in staat geacht de functies van productiemedewerker industrie, samensteller elektronische apparatuur, inpakker, medewerker intern transport en medewerker tuinbouw te vervullen. Bij besluit van 2 maart 2016 heeft het Uwv de WIA-uitkering van appellante met ingang van 3 mei 2016 beëindigd.

1.2.

Appellante heeft tegen het besluit van 2 maart 2016 bezwaar gemaakt. Hierbij heeft zij een ongedateerd re-integratieverslag van ArboNed overgelegd en een bericht van De BOSgroep over een intakegesprek dat op 7 maart 2016 heeft plaatsgevonden. Verder heeft de huisarts van appellante bij brief van 15 juli 2016 nadere informatie gegeven. De verzekeringsarts bezwaar en beroep is in het rapport van 29 juli 2016 uitgebreid ingegaan op de ontvangen medische informatie, de al bekende diagnose van CVS/ME en de psychische klachten van appellante. Op grond daarvan is appellante meer beperkt geacht en heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep een aangepaste FML van 29 juli 2016 opgesteld. Een arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft vervolgens vastgesteld dat appellante met ingang...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT