Uitspraak Nº 20/00782. Hoge Raad, 2020-07-17
ECLI | ECLI:NL:HR:2020:1302 |
Docket Number | 20/00782 |
Date | 17 Julio 2020 |
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 20/00782
Datum 17 juli 2020
ARREST
in de zaak van
[X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 28 januari 2020, nr. SGR 19/3948 V, op het verzet van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank van 3 oktober 2019.
De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij aangetekende brief van 16 april 2020 gewezen op de verschuldigdheid van griffierecht en voor de betaling daarvan een termijn van vier weken gesteld. Deze brief is volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres. Het griffierecht is niet voldaan.
De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende bij brief van 19 mei 2020 in de gelegenheid gesteld mee te delen waarom het griffierecht niet tijdig is betaald. Hetgeen belanghebbende in haar brief van 12 juni 2020 aanvoert, vormt geen grond voor het oordeel dat belanghebbende niet in verzuim is geweest.
Het beroep in cassatie moet daarom op grond van artikel 8:41, lid 6, Awb niet-ontvankelijk worden verklaard.
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT