Uitspraak Nº 200.226.514/01. Gerechtshof Amsterdam, 2019-10-22

ECLIECLI:NL:GHAMS:2019:3833
Date22 Octubre 2019
Docket Number200.226.514/01
CourtGerechtshof Amsterdam (Nederland)
GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I

zaaknummer : 200.226.514/01

zaaknummer rechtbank Amsterdam : 5674083 EA VERZ 17-69

arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 oktober 2019

inzake

[appellant] ,

wonende te [woonplaats] (Jordanië),

appellant,

advocaat: mr. A.C. Soetens te Eindhoven,

tegen

SECURITAS BEVEILIGING B.V.,

gevestigd te Amsterdam,

geïntimeerde,

advocaat: mr. D.M. Gouweloos te Amsterdam.

1 Het geding in hoger beroep

Partijen worden hierna [appellant] en Securitas genoemd.

[appellant] is bij dagvaarding van 26 oktober 2017 in hoger beroep gekomen van de beschikking in deelgeschil van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam (hierna: de kantonrechter) van 26 juli 2017, onder bovengenoemd zaaknummer gewezen tussen [appellant] als verzoeker en Securitas als verweerder. Bij vonnis van 12 februari 2018 met zaaknummer 6455783 CV EXPL 17-25645 heeft de kantonrechter met toepassing van het bepaalde in artikel 1019cc, derde lid onder a, Rv voor [appellant] de mogelijkheid tot het instellen van zodanig hoger beroep geopend.

Voor het verloop van de procedure in hoger beroep tot dusverre wordt verwezen naar het tussenarrest van dit hof van 14 augustus 2018.

Securitas heeft bij incidentele vordering gevorderd, kort samengevat, veroordeling van [appellant] tot het stellen van zekerheid voor de proceskosten tot betaling waarvan

[appellant] veroordeeld zou kunnen worden. [appellant] heeft hiertegen verweer gevoerd. Bij bovengenoemd tussenarrest is [appellant] bevolen zekerheid te stellen voor een bedrag van € 3.398,- ter zake van de proceskosten waarin hij in hoger beroep veroordeeld zou kunnen worden, in de vorm van een bankgarantie zoals in dat arrest omschreven.

Securitas heeft na het tussenarrest in de hoofdzaak een memorie van antwoord, met producties, ingediend.

Partijen hebben de zaak ter zitting van 12 juli 2019 doen bepleiten door hun voornoemde advocaten, ieder aan de hand van pleitnotities die zijn overgelegd. Beide partijen hebben nog nadere producties in het geding gebracht. De zitting was aanvankelijk bepaald als een comparitie van partijen maar is ter zitting met instemming van partijen gewijzigd in - in plaats daarvan te houden - pleitzitting.

[appellant] heeft geconcludeerd dat het hof de bestreden beschikking zal vernietigen en - uitvoerbaar bij voorraad - alsnog zal verklaren voor recht dat Securitas aansprakelijk is voor de door [appellant] geleden en nog te lijden schade ten gevolge van het door hem gestelde, hieronder nader te bespreken (arbeids)ongeval dat heeft plaatsgevonden in de nacht van 20 op 21 april 2009, rond 03.00 uur, en Securitas zal veroordelen tot betaling aan [appellant] van schadevergoeding op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, met veroordeling van Securitas tot vergoeding van de buitengerechtelijke kosten en de kosten van de procedure in beide instanties, met nakosten en wettelijke rente.

Securitas heeft geconcludeerd tot bekrachtiging van de bestreden beschikking, met - uitvoerbaar bij voorraad - veroordeling van [appellant] in de kosten van het geding in hoger beroep, met nakosten en wettelijke rente.

Beide partijen hebben in hoger beroep bewijs van hun stellingen aangeboden.

Ten slotte is arrest gevraagd.

2 Feiten

De kantonrechter heeft in de bestreden beschikking de feiten vastgesteld die hij tot uitgangspunt heeft genomen. Met grief 1 betoogt [appellant] dat de vaststelling van de feiten door de kantonrechter onvolledig en deels onjuist is. Het hof zal bij de vaststelling van de feiten en de beoordeling van de zaak hiermee rekening houden. Het gaat in deze zaak om het volgende.

2.1

[appellant] is in dienst van Securitas werkzaam geweest als beveiligingsmedewerker.

2.2

In de nacht van 20 op 21 april 2009 rond 03:00 uur heeft zich een incident voorgedaan op de Gelderse Rooslaan in Arnhem waarbij [appellant] betrokken is geweest (hierna: het incident).

2.3

[appellant] heeft aangifte gedaan bij de Politieregio Gelderland Midden, District Arnhem Veluwezoom, Unit Arnhem Zuid, van openlijk geweld met vereende krachten en mishandeling op de openbare weg/plaats gepleegd tussen dinsdag 21 april 2009 04:45 uur en dinsdag 21 april 2009 05:00 uur, waarvan proces-verbaal is opgemaakt door [X] , hoofdagent van politie, onder nummer [nummer] . In dit proces-verbaal is als verklaring van [appellant] het volgende opgenomen, voor zover hier van belang: “Vandaag dinsdag 21 april 2009 was ik aan het werk als beveiligingsbeambte bij Securitas. Ik reed de mobiele surveillancedienst. Omstreeks 04.45 uur reed ik op de Hazelaarstraat in Arnhem. Tegenover de garage die daar gelegen is, zijn enkele parkeerplaatsen. Ik zag daar meerdere auto’s staan. Ik denk dat het er ongeveer 6 waren. Toen ik met de opvallende surveillance-auto van Securitas langs deze auto’s reed, zag ik dat er van een auto de knipperlichten knipperen. Ik ben vervolgens ongeveer 50 meter van deze auto vandaan stil gaan staan.

Nadat ik ongeveer 5 minuten stilgestaan had met de auto, ben ik met de auto de parkeerplaats opgereden. Vlak bij de auto met de knipperende lichten ben ik stil gaan staan. Ik deed dit omdat ik dacht dat iemand bij...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT