Uitspraak Nº 200.248.376/01. Gerechtshof Den Haag, 2019-09-10

ECLIECLI:NL:GHDHA:2019:2461
Date10 Septiembre 2019
Docket Number200.248.376/01
CourtGerechtshof Den Haag (Nederland)
GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht

Zaaknummer : 200.248.376/01

Beschikking van 10 september 2019

inzake

Leidos Incorporated,

gevestigd te Reston, Virginia, Verenigde Staten van Amerika,

verzoekster,

nader te noemen: Leidos,

advocaat: mr. K.J. Krzeminski te Rotterdam,

tegen:

Helleense Republiek (Griekenland),

zetelend te Athene, Griekenland,

verweerder,

hierna te noemen: Griekenland,

advocaat: mr. R.P.J.L. Tjittes te Den Haag.

De procedure

Bij verzoekschrift (met producties), ingekomen ter griffie van het hof op 22 oktober 2018, heeft Leidos (primair) verzocht het tussen partijen gewezen arbitraal eindvonnis van 2 juli 2013 te erkennen en haar verlof te verlenen dit arbitraal eindvonnis in Nederland ten uitvoer te leggen.

Bij verweerschrift (met producties), ingekomen ter griffie van het hof op 22 maart 2019, heeft Griekenland het verzoek bestreden.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 23 april 2019. Partijen hebben hun zaak mondeling doen toelichten, Leidos door mr. Meijer voornoemd, mr. B.R.D. van der Plas-Hoebeke, advocaat te Amsterdam, en T. van Roosmalen, advocaat te Rotterdam, en Griekenland door mr. Tjittes voornoemd, mrs. P.J. Tanja en H.J.Th. Kolstee, advocaten te Den Haag. Beide partijen hebben gebruikt gemaakt van spreekaantekeningen die zij hebben overgelegd. Van de mondelinge behandeling is een proces-verbaal opgemaakt. In overleg met partijen is de zaak aangehouden tot 25 juni 2019 in afwachting van de uitspraak van de Griekse Hoge Raad in de in Griekenland aanhangige vernietigingsprocedure, die werd verwacht in mei of juni 2019. Afgesproken is dat indien de Griekse Hoge Raad voor die datum uitspraak heeft gedaan, partijen die uitspraak alsmede een vertaling daarvan zullen overleggen aan het hof.

Bij e-mail van 16 mei 2019 heeft Leidos onder verwijzing naar een bijlage enkele wijzigingen en aanvullingen van het proces-verbaal voorgesteld. Bij e-mail van 21 juni 2019 heeft ook Griekenland onder verwijzing naar een bijlage enkele aanvullingen voorgesteld. Een uitdraai van de e-mails en de bijlagen zijn aan het procesdossier toegevoegd.

Bij e-mail van 25 juni 2019 heeft Griekenland het hof bericht dat partijen gezamenlijk een Engelse vertaling van het arrest van de Griekse Hoge Raad aan het hof zullen zenden en dat Griekenland, in overeenstemming met Leidos, in beginsel wenst te volstaan met te overleggen van de uitspraak zonder dat nog een aktewisseling zal plaatsvinden, tenzij de inhoud van de uitspraak daartoe noopt.

Bij e-mail van 22 juli 2019 heeft Leidos aan het hof een kopie van de uitspraak van de Griekse Hoge Raad in de zaak 716/2019 van 20 juni 2019, alsmede een Engelse vertaling daarvan, gestuurd. Leidos heeft het hof verzocht uitspraak te doen.

Beoordeling van het verzoek

1. Het gaat in deze zaak om het volgende.

1.1.

Op 19 mei 2003 hebben Griekenland en Leidos/Science Applications Internation Corporation (SAIC) een overeenkomst gesloten waarbij Leidos/SAIC zich verbond een beveiligingssysteem (hierna: het C4I-systeem) te ontwikkelen en te leveren voor gebruik door Griekenland tijdens de Olympische zomerspelen in Athene van 2004 en daarna voor permanent gebruik ten behoeve van de Griekse politie, brandweer, kustwacht en ambulancedienst. In artikel 28 van de overeenkomst is een arbitraal beding opgenomen dat luidt:

‘28.3 Any claim or dispute arising from or related to the current Contract or its interpretation is to be finally resolved by Arbitration according to the Rules of Arbitration of the International Chamber of Commerce (ICC) and shall be tried under Greek Law. Arbitration shall take place in Athens, Greece, by three Greek Arbitrators appointed in accordance with the Rules of the International Chamber of Commerce (ICC) and one Arbitrator shall be appointed by the BUYER, the second Arbitrator shall be appointed by the SUPPLIER and the third Arbitrator, acting as Chairman, shall be appointed by the other two appointed Arbitrators, or, in case of disagreement, according to the above mentioned Rules.

28.4

The language of the Arbitration procedure and the decision

shall be Greek.

28.5

According to all the above, each Arbitration decision shall be final and binding to both Parties. The arbitration award shall be declared executable by any competent Court following petition of either Party. Performance of the parts of this present Contract which are not affected by the dispute, being arbitrated, shall not be suspended in the period during which the Arbitration procedure takes place.’

Het C4I-systeem diende opgeleverd te worden op 28 mei 2004. Een groot deel van de werkzaamheden (ongeveer 80%) zou worden uitgevoerd door een onderaannemer van Leidos, te weten Siemens. In verband met de naderende Olympische zomerspelen, die zouden plaatsvinden van 13 tot en met 29 augustus 2004, hebben partijen op 7 juli 2004 een nadere overeenkomst – een Memorandum of Understanding – gesloten die tot een gedeeltelijke oplevering heeft geleid. Ook daarna is de overeenkomst tussen partijen meermalen aangepast. Definitieve acceptatie van het werk door Griekenland heeft niet plaatsgevonden.

1.2.

Naar aanleiding van tussen partijen gerezen geschillen heeft Leidos op 16 juni 2009 overeenkomstig het arbitraal beding een arbitrage aanhangig gemaakt bij de International Chamber of Commerce (hierna: ICC). Zij vorderde een verklaring voor recht dat zij het C4I-systeem rechtsgeldig had opgeleverd, betaling van het nog openstaande gedeelte van de aanneemsom en schadevergoeding ten bedrage van € 122.073.557,--. Bij arbitraal tussenvonnis van 14 juli 2011 heeft het scheidsgerecht zich bevoegd heeft verklaard van het geschil kennis te nemen. Bij arbitraal eindvonnis van 2 juli 2013 (hierna: het arbitraal eindvonnis) heeft het scheidsgerecht Griekenland veroordeeld tot betaling aan Leidos van € 39.818.298,-- in hoofdsom en US$ 162.500,-- aan arbitragekosten, te vermeerderen met de over de hoofdsom verschuldigde rente. Het betrof een meerderheidsbeslissing; een van de drie arbiters had een dissenting opinion. Tegen de arbitrale vonnissen stond geen hoger beroep open. Op 11 juli 2013 heeft Leidos het arbitraal eindvonnis aan Griekenland laten betekenen.

1.3.

Griekenland heeft op 5 september 2013 een procedure tot vernietiging van het arbitraal eindvonnis aanhangig gemaakt bij het gerechtshof Athene op de grond dat dit vonnis lijdt aan een aantal fundamentele gebreken. In dit verband heeft Griekenland aangevoerd dat sprake was van corruptie, fraude en omkoping door (onderaannemer) Siemens. Bij uitspraak van 18 juni 2014 heeft het gerechtshof Athene de vordering van Griekenland toegewezen en het arbitraal eindvonnis vernietigd.

1.4.

Tegen de uitspraak van het gerechtshof Athene heeft Leidos beroep ingesteld bij de Griekse Hoge...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT