Uitspraak Nº 201704403/1/A1. Raad van State, 2018-08-08

ECLIECLI:NL:RVS:2018:2673
Docket Number201704403/1/A1
Date08 Agosto 2018
CourtCouncil of State (Netherlands)

201704403/1/A1.

Datum uitspraak: 8 augustus 2018

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op de hoger beroepen van:

1. Solar Festival B.V., gevestigd te Eindhoven (hierna: Solar),

2. de burgemeester van Roermond,

3. [ appellant sub 3A] en anderen, allen wonend te Roermond,

tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg van 21 april 2017 in zaken nrs. 16/246, 16/247 en 16/1308 in het geding tussen:

[appellant sub 3A] en anderen,

en

de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van Roermond.

Procesverloop

Bij besluit van 19 mei 2015 heeft het college aan Solar een omgevingsvergunning voor strijdig gebruik verleend voor het houden van het Solarfestival aan de Maasplassen rondom het terrein van De Weerd, te Roermond (hierna: het terrein). De vergunning heeft betrekking op de periode van 18 juli 2015 tot en met 8 augustus 2015.

Bij besluit van 21 mei 2015 hebben de burgemeester ingevolge artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening Roermond (hierna: de APV) en het college ingevolge artikel 2 van de Brandveiligheidsverordening 2012 aan Solar een evenementenvergunning verleend ten behoeve van het betreffende festival.

Bij besluit van 11 juni 2015 heeft het college aan Solar ingevolge artikel 4:18, derde lid, van de APV ontheffing van de APV verleend voor het plaatsen en geplaatst houden van kampeermiddelen buiten een kampeerterrein ten behoeve van het festival.

Bij besluit van 24 november 2015 heeft de burgemeester op het door [appellant sub 3A] en anderen tegen de evenementenvergunning gemaakte bezwaar beslist.

Bij besluit van 8 december 2015 heeft het college de bezwaren van [appellant sub 3A] en anderen voor zover deze gericht zijn tegen de ontheffing van de APV voor het plaatsen en geplaatst houden van kampeermiddelen ongegrond verklaard en dat besluit in stand gehouden. Het college heeft de bezwaren voor zover deze gericht zijn tegen de omgevingsvergunning gedeeltelijk gegrond verklaard en deze met een gewijzigde motivering in stand gelaten.

Bij besluit van 8 maart 2016 hebben het college en de burgemeester een gewijzigd besluit op bezwaar genomen en de door [appellant sub 3A] en anderen gemaakte bezwaren tegen de evenementenvergunning gedeeltelijk gegrond verklaard en deze met een gewijzigde motivering in stand gelaten. Voorts heeft het college de tegen de gebruiksvergunning gemaakte bezwaren ongegrond verklaard en dat besluit ongewijzigd in stand gelaten.

Bij uitspraak van 21 april 2017 heeft de rechtbank de door [appellant sub 3A] en anderen tegen de besluiten van 24 november en 16 december 2015 (lees: 8 december 2015) ingestelde beroepen gegrond verklaard, deze besluiten vernietigd voor zover de daarbij verleende evenementenvergunning en omgevingsvergunning zijn gehandhaafd en het tegen het besluit van het college en de burgemeester van 8 maart 2016 ingestelde beroep ongegrond verklaard. De rechtbank heeft tevens bepaald dat het college en de burgemeester geen nieuwe besluiten op bezwaar hoeven te nemen. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak hebben Solar en de burgemeester hoger beroep ingesteld. [appellant sub 3A] en anderen hebben incidenteel hoger beroep ingesteld.

[appellant sub 3A] en anderen, de burgemeester en het college hebben een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

De burgemeester en [appellant sub 3A] en anderen hebben nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 29 juni 2018, waar Solar, vertegenwoordigd door [gemachtigden] en bijgestaan door mr. M.L. Diepenhorst, advocaat te Amsterdam, de burgemeester en het college, vertegenwoordigd door mr. S. Amorij, mr. P.M.A. van Wersch, ing. R.M.C.G. Ververgaert en M.H.M.P.J. Seuren-Bams en bijgestaan door mr. M.G.G. van Nisselroij, advocaat te Venlo, en ing. T.J.M. van Diepen en [appellant sub 3A] en anderen, vertegenwoordigd door mr. T.D. Rijs, advocaat te Zwolle, zijn verschenen.

Overwegingen

Inleiding

1. Het Solar Weekend Festival wordt sinds 2005 jaarlijks gehouden aan de Noorderplas, nabij De Weerd, een recreatiegebied aan de oostoever van de Maas. Het is een tweedaags cultureel- en muziekevenement dat in de open lucht wordt gehouden en waar door middel van geluidversterkende apparatuur onder andere dance- en housemuziek ten gehore wordt gebracht. Het terrein is onderverdeeld in een festivalterrein waar tien muziekpodia staan, een campingterrein voor de bezoekers van het festival waar drie muziekpodia staan en een camping voor de medewerkers van het festival (het crewterrein). Op het festivalterrein worden gemiddeld 32.900 bezoekers per dag verwacht en op het campingterrein maximaal 13.000 bezoekers per dag. Een deel van de bezoekers verblijft vier dagen op de camping.

[appellant sub 3A] en anderen kunnen zich niet met de verleende vergunningen voor het festival verenigen.

Het grootste gedeelte van de woningen van [appellant sub 3A] en anderen ligt aan De Weerd, aan de noordkant van het festivalterrein. De maatgevende woningen aan De Weerd 1 en [locatie1] liggen aan de oostkant van het festivalterrein. Alle woningen zijn gelegen buiten de bebouwde kom van Roermond.

2. De van toepassing zijnde regelgeving, zoals die luidde ten tijde van belang, is opgenomen in de bijlage. De bijlage maakt deel uit van deze uitspraak.

De evenementenvergunning

3. De burgemeester heeft in het belang van de bescherming van het milieu aan de evenementenvergunning geluidvoorschriften verbonden. Daarbij heeft de burgemeester aansluiting gezocht bij de "Nota Evenementen met een luidruchtig karakter" die in januari 1996 door de Inspectie Milieuhygiëne Limburg is opgesteld (hierna: de Nota). De Nota is een handreiking voor gemeenten en geeft criteria voor het houden van evenementen en is gericht op het zoveel mogelijk voorkomen dan wel beperken van ernstige en onduldbare overlast. De Nota richt zich ten aanzien van de geluidnormering overdag en ’s avonds op het waarborgen van de spraakverstaanbaarheid in de woning en in de nachtperiode op het vermijden van slaapverstoring. Uitgangspunt van de Nota is een normstelling die gericht is op de bescherming van de binnenruimte van de in de omgeving van het festival gelegen woningen en andere geluidgevoelige objecten tegen geluidhinder. In de woningen wordt uitgegaan van een vaste maximale waarde voor het achtergrondgeluid. Een stoorgeluid van 50 dB(A) in de woning is volgens de Nota de grens van wat in redelijkheid van een omwonende gevraagd kan worden te accepteren. Een waarde boven de 50 dB(A) kan volgens de Nota als ‘onduldbaar’ worden gekwalificeerd. Volgens de tabellen 2 en 3 van de Nota is bij een gemiddelde gevelisolatie van 20 à 25 dB(A) een maximale gevelbelasting (één-minuut LAeq) van 70 à 75 dB(A) in de dag- en avondperiode toelaatbaar. Als toelichting wordt in de Nota onder het kopje ‘aandachtspunten’ vermeld dat de bijzonder goede/slechte kwaliteit van de gevelisolatie c.q. de geluid(on)gevoeligheid van de ruimten achter de bepalende gevels aanleiding kunnen zijn om de in tabel 3 genoemde waarden met 5 à 10 dB(A) te verhogen c.q. te verlagen. Alleen echter specifiek locatie-onderzoek kan het daartoe noodzakelijke inzicht verschaffen. Zonder specifiek onderzoek is het volgens de Nota aan te bevelen de in tabel 3 genoemde waarden als maximum te hanteren.

De burgemeester heeft in de evenementenvergunning ter bescherming van omwonenden tegen geluidoverlast een grenswaarde van 75 dB(A) voor het equivalente geluidniveau voor woningen buiten de bebouwde kom opgenomen en een grenswaarde van 70 dB(A) voor woningen binnen de bebouwde kom. Ter bescherming tegen bastonen zijn in de vergunning naast dB(A)-normen dB(C)-normen opgenomen. De Nota voorziet niet in een dB(C)-normstelling.

4. De rechtbank heeft, voor een goede beoordeling van de vraag of de besluiten van de burgemeester en het college van 24 november en 8 december 2015, zoals gewijzigd bij besluit van 8 maart 2016, in rechte stand kunnen houden, aanleiding gezien de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak voor Milieu en Ruimtelijke Ordening (hierna: de StAB) als deskundige te benoemen. De StAB heeft op 27 oktober 2016 schriftelijk verslag uitgebracht (hierna: het verslag) over onder meer de vraag of de Nota juist is toegepast.

5. De burgemeester en Solar betogen dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de burgemeester bij de maatgevende woningen, waaronder de woning aan [locatie1], ten onrechte geen onderzoek naar de gevelwering heeft gedaan en ook de geluiduitstraling op die woning niet heeft aangepast. De burgemeester en Solar voeren aan dat met de in de evenementenvergunning omschreven geluidvoorschriften niet wordt afgeweken van de Nota omdat de Nota impliciet de ruimte geeft om een maximale grenswaarde van 70 dB(A) dan wel 75 dB(A) op de gevel te hanteren althans dat de Nota uitgaat van gemiddelde waarden die zonder onderzoek naar de gevelwering gehanteerd mogen worden. Voor zover het oordeel van de rechtbank wordt gevolgd dat wél wordt afgeweken van de Nota, voert de burgemeester aan dat de Nota de status heeft van een handreiking waarvan gemotiveerd kan worden afgeweken. Volgens Solar is de burgemeester niet gehouden de in de Nota vermelde grenswaarden aan de vergunning te verbinden omdat de Nota geen algemeen verbindende voorschriften bevat en ook geen beleidsregel is en behoeft niet elke afwijking van de Nota een aparte motivering. Bovendien volgt volgens Solar uit de jurisprudentie, zoals bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling van 15 juni 2011, ECLI:NL:RVS:2011:BQ7921, dat ook hogere grenswaarden zonder nader onderzoek naar de gevelwering vergund kunnen worden en dat er nog geen wetenschappelijke consensus over de aanvaardbaarheid van geluidhinder is. De Nota moet volgens de burgemeester worden gezien als een onderdeel van de belangenafweging tussen de gevraagde geluidniveaus ten behoeve van het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
1 temas prácticos
  • Uitspraak Nº 201901794/1/A3. Raad van State, 2019-11-06
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 6 Noviembre 2019
    ...had moeten worden of zich daar onduldbare geluidshinder voordoet. Dit volgt uit de uitspraak van de Afdeling van 8 augustus 2018, ECLI:NL:RVS:2018:2673. Het geluidbeleid van de gemeente Amsterdam is gestoeld op het geluidbeleid, zoals neergelegd in de Nota Limburg, dat in die zaak aan de or......
1 sentencias
  • Uitspraak Nº 201901794/1/A3. Raad van State, 2019-11-06
    • Nederland
    • Council of State (Netherlands)
    • 6 Noviembre 2019
    ...had moeten worden of zich daar onduldbare geluidshinder voordoet. Dit volgt uit de uitspraak van de Afdeling van 8 augustus 2018, ECLI:NL:RVS:2018:2673. Het geluidbeleid van de gemeente Amsterdam is gestoeld op het geluidbeleid, zoals neergelegd in de Nota Limburg, dat in die zaak aan de or......

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT