Uitspraak Nº 201902414/1/R1. Raad van State, 2020-01-29

ECLIECLI:NL:RVS:2020:289
Date29 Enero 2020
Docket Number201902414/1/R1
CourtCouncil of State (Netherlands)

201902414/1/R1.

Datum uitspraak: 29 januari 2020

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op de hoger beroepen van:

1. [appellant sub 1A] en [appellant sub 1B] (hierna: tezamen en in enkelvoud: [appellant sub 1]), beiden wonend te Meijel, gemeente Peel en Maas,

2. [appellant sub 2] en anderen, allen wonend te Beringe, gemeente Peel en Maas,

3. [appellant sub 3], wonend te Beringe, gemeente Peel en Maas,

4. [appellant sub 4], wonend te Grashoek, gemeente Peel en Maas,

tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg van 13 februari 2019 in zaken nrs. 18/908, 18/889, 18/909, 18/910, in het geding tussen:

[appellant sub 1],

[appellant sub 2] en anderen,

[appellant sub 3],

[appellant sub 4],

en

het college van burgemeester en wethouders van Peel en Maas.

Procesverloop

Bij besluit van 5 maart 2018 heeft het college aan Windpark Egchelse Heide B.V. een omgevingsvergunning verleend voor de realisatie van een windpark, bestaande uit vijf windturbines inclusief bijbehorende voorzieningen, in het buitengebied van Egchel-Panningen-Beringe in de nabijheid van de Haambergweg.

Bij uitspraak van 13 februari 2019 heeft de rechtbank de door onder meer [appellant sub 1], [appellant sub 2] en anderen, [appellant sub 3] en [appellant sub 4] daartegen ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak hebben [appellant sub 1], [appellant sub 2] en anderen, [appellant sub 3] en [appellant sub 4] hoger beroep ingesteld.

Het college heeft een schriftelijke uiteenzetting ingediend.

Daartoe in de gelegenheid gesteld heeft Windpark Egchelse Heide een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

[appellant sub 1], [appellant sub 3], en het college hebben nadere stukken ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 8 november 2019, waar [appellant sub 1], vertegenwoordigd door mr. F.K. van den Akker, advocaat te Eindhoven, [appellant sub 2] en anderen, vertegenwoordigd door mr. R.A.M. Verkoijen, advocaat te Deurne, [appellant sub 3], bijgestaan door mr. Verkoijen voornoemd, [appellant sub 4], bijgestaan door mr. Verkoijen voornoemd, en het college, vertegenwoordigd door mr. M. Blokland en drs. A.P. Langerak, zijn verschenen. Voorts is ter zitting Windpark Egchelse Heide, vertegenwoordigd door [gemachtigde], als partij gehoord.

Overwegingen

Bijlage

1. De relevante wettelijke bepalingen en planregels zijn opgenomen in de uitspraak, dan wel in de bij deze uitspraak behorende bijlage.

Het project

2. De bestreden omgevingsvergunning maakt de realisatie mogelijk van een windpark bestaande uit vijf windturbines in lijnopstelling, inclusief bijbehorende voorzieningen, in het buitengebied van Egchel-Panningen-Beringe. Overeenkomstig de aanvraag heeft het college vergunning verleend voor windturbines binnen een bepaalde bandbreedte. De minimale ashoogte en rotordiameter van de turbines bedragen 110 m en de maximale ashoogte en rotordiameter 140 m. Hieruit volgt dat de omgevingsvergunning vijf windturbines mogelijk maakt met een tiphoogte van maximaal 210 m. Het vermogen bedraagt minimaal 3 MW en maximaal 4,5 MW per turbine. In de omgevingsvergunning is vastgelegd dat de vijf windturbines van hetzelfde type moeten zijn.

Met het windpark wordt beoogd een bijdrage te leveren aan de landelijke doelstelling om 6.000 MW aan windenergie te realiseren in 2020. De doelstelling voor de provincie Limburg bedraagt 95,5 MW.

Voor het project is op 16 maart 2017 overeenkomstig artikel 8.41a, eerste lid, van de Wet milieubeheer (hierna: Wm) een melding gedaan voor het oprichten en in werking hebben van windturbines binnen de aangegeven bandbreedte.

3. Windpark Egchelse Heide is initiatiefnemer van het project.

De omgevingsvergunning

4. De omgevingsvergunning is verleend voor onder meer de activiteit gebruiken van gronden in strijd met een bestemmingsplan (artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo)) en de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder i, van de Wabo; de zogeheten omgevingsvergunning beperkte milieutoets. In hoger beroep richten appellanten zich alleen tegen deze toestemmingen.

Opzet uitspraak

5. De verdere opzet van deze uitspraak is als volgt. Eerst wordt het toetsingskader van de te onderscheiden besluiten weergegeven. Vervolgens worden de posities van appellanten toegelicht (wie zij zijn en waarom zij beroep hebben ingesteld). Daarna komt de Afdeling toe aan de inhoudelijke beoordeling van de beroepen. De beoordeling is - net als in de uitspraak van de rechtbank - in hoofdzaak thematisch van aard. Achtereenvolgens komen de volgende onderwerpen aan bod, met tussen haakjes het nummer van de overweging(en):

- Onzorgvuldige voorbereiding (9);

- Draagvlak (10);

- Verklaring van geen bedenkingen (11),

- Geluid (12-16);

- Slagschaduw (17);

- Milieueffectrapportage (18);

- Aantasting landschap (19);

- Het beroep van [appellant sub 2] en anderen voor het overige (20);

- Het beroep van [appellant sub 4] voor het overige (21);

- Het beroep van [appellant sub 3] voor het overige (22).

Ten slotte volgt de conclusie (23).

Toetsingskader

Omgevingsvergunning afwijken

6. De beslissing om al dan niet omgevingsvergunning te verlenen voor het afwijken van het bestemmingsplan behoort tot de bevoegdheid van het college. Daarbij geldt dat ingevolge artikel 2.12 van de Wabo de omgevingsvergunning slechts kan worden verleend indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. De bestuursrechter dient zich bij de toetsing van een dergelijk besluit te beperken tot de vraag of het college in redelijkheid heeft kunnen komen tot zijn besluit om omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan te verlenen.

6.1. Voor het plangebied gold voorheen het bestemmingsplan "Buitengebied Peel en Maas", vastgesteld door de raad bij besluit van

5 november 2013. De gronden waarop thans het windpark is voorzien waren daarin bestemd voor agrarisch gebruik.

Omgevingsvergunning beperkte milieutoets

7. De omgevingsvergunning beperkte milieutoets als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder i, van de Wabo, wordt, blijkens artikel 5.13b, eerste lid, gelezen in samenhang met artikel 2.2a, eerste lid, van het Besluit omgevingsrecht (hierna: Bor), geweigerd indien het bevoegd gezag op grond van artikel 7.17, eerste lid, van de Wm, heeft beslist dat een milieueffectrapport (hierna: MER) moet worden gemaakt.

7.1. Het college heeft zich op het standpunt gesteld dat een milieueffectrapportage (hierna: m.e.r.) niet noodzakelijk is, zodat geen aanleiding bestond de vergunning te weigeren. De beroepsgronden die zien op de milieueffectbeoordeling zullen elders in deze uitspraak inhoudelijk worden besproken.

De beroepen

8. [appellant sub 1] woont op het perceel [locatie 1] in Meijel, op een afstand van ongeveer 400 m ten westen van de meest westelijke windturbine van het windpark.

[appellant sub 2] en anderen wonen op het perceel [locatie 2] in Beringe. Zij exploiteren op dit perceel en op het perceel [locatie 3] een varkenshouderij. De afstand tussen de meest westelijke windturbine tot het perceel [locatie 2] bedraagt ongeveer 600 m. De afstand tot het perceel [locatie 3] bedraagt ongeveer 200 m.

[appellant sub 3] woont op het perceel [locatie 4]. Dit perceel ligt op een afstand van ruim 1.200 m ten noorden van het projectgebied.

[appellant sub 4] is exploitante van het [recreatiecentrum] op het perceel [locatie 5] in Meijel. Dit perceel ligt op een afstand van ongeveer 560 m ten westen van de meest westelijke windturbine.

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen de omgevingsvergunning vanwege de nadelige gevolgen van het windpark voor hun woon- en leefgenot en/of hun bedrijfsvoering.

Beoordeling van de beroepen

Onzorgvuldige voorbereiding

9. [appellant sub 1] betoogt dat de rechtbank heeft miskend dat het college bij het verlenen van de omgevingsvergunning onzorgvuldig heeft gehandeld, door hieraan ook onderzoeksrapporten ten grondslag te leggen die zijn opgesteld door dochterondernemingen van [belanghebbende]. [belanghebbende] heeft een aandeel in de vennootschap die het windpark zal exploiteren en derhalve een direct zakelijk belang bij de realisatie en exploitatie van het windpark, zodat ernstig getwijfeld moet worden aan de objectiviteit van de verrichte onderzoeken, aldus [appellant sub 1].

9.1. Een aantal onderzoeken naar de ruimtelijke gevolgen van het windpark is verricht door [belanghebbende] en door Pouderoyen. Dit betreft in het bijzonder het geluidonderzoek en het onderzoek naar de gevolgen van de windturbines voor het landschap. [belanghebbende] is aandeelhouder van de genoemde vennootschappen en tevens mede-aandeelhouder van Windpark Egchelse Heide. Het standpunt van het college dat de gevolgen van het windpark ruimtelijk aanvaardbaar zijn, in het bijzonder wat betreft de gevolgen van het windpark voor het akoestisch klimaat en het landschap, is mede gefundeerd op de resultaten van deze onderzoeken.

9.2. De rechtbank heeft in de aangevallen uitspraak overwogen dat er geen wettelijke bepaling aan in de weg staat dat een initiatiefnemer zelf de ruimtelijke onderbouwing en milieukundige onderzoeken ten behoeve van een project opstelt. Het is aan het bevoegd gezag om te beoordelen of de ruimtelijke onderbouwing en de daarvan deel uitmakende onderzoeken aan de daaraan te stellen eisen voldoen en op basis daarvan de afweging te maken of sprake is van een goede ruimtelijke onderbouwing als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3°, van de Wabo. Voor zover door werknemers van [belanghebbende] of daaraan gelieerde bedrijven deskundigenonderzoeken zoals die betreffende de gevolgen van geluidproductie, zijn gedaan en daarover door hen is gerapporteerd, zou daarbij sprake kunnen zijn van de schijn van partijdigheid. Het is dan de verantwoordelijkheid van het college om zich te vergewissen van de zorgvuldigheid en deugdelijkheid van het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT