Uitspraak Nº 202002187/1/A3. Raad van State, 2021-02-24

ECLIECLI:NL:RVS:2021:363
Date24 Febrero 2021
Docket Number202002187/1/A3

202002187/1/A3.

Datum uitspraak: 24 februari 2021

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellant A], wonend in [woonplaats], en

[appellant B], wonend te [woonplaats],

tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 2 maart 2020

in zaken nrs. 19/4194 en 19/4178 in het geding tussen:

[appellant A] en [appellant B]

en

het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam.

Procesverloop

Bij afzonderlijke besluiten van 1 november 2018 heeft het college aan [appellant A] en [appellant B] gezamenlijk een bestuurlijke boete van € 20.500,00 en een last onder dwangsom opgelegd.

Bij besluiten van 26 juni 2019 heeft het college de door [appellant A] en [appellant B] daartegen gemaakte bezwaren ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 2 maart 2020 heeft de rechtbank de door [appellant A] en [appellant B] daartegen ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak hebben [appellant A] en [appellant B] hoger beroep ingesteld.

Het college heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 11 januari 2021, waar [appellant A] en [appellant B], vertegenwoordigd door mr. M. Heikens, advocaat te Amsterdam, en het college, vertegenwoordigd door mr. R. Lo Fo Sang en mr. N. Hamdach, zijn verschenen.

Overwegingen

Juridisch toetsingskader

1. Het juridisch toetsingskader is vermeld in de bijlage, die deel uitmaakt van deze uitspraak.

Inleiding

2. [appellant A] en [appellant B] zijn eigenaar van de woning aan de [locatie]. Naar aanleiding van een melding van woonfraude met betrekking tot de woning, die veelvuldig aan toeristen zou worden verhuurd, hebben toezichthouders van de gemeente de woning op 12 augustus 2018 bezocht. Daarbij zijn twee toeristen in de woning aangetroffen. Vastgesteld werd dat een kamer in de woning via Airbnb aan toeristen werd verhuurd. De toeristen deelden de woonkamer, keuken en badkamer met de vier bewoners van de woning, die twee kamers in de woning onderhuurden. Het college heeft geconcludeerd dat de woning hotelmatig wordt gebruikt en aan [appellant A] en [appellant B] de boete opgelegd wegens het in strijd met artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014 (hierna: de Hw) zonder de vereiste vergunning onttrekken van de woning aan de bestemming tot bewoning. Het college heeft [appellant A] en [appellant B] verder onder oplegging van een dwangsom van € 50.000,00 gelast de overtreding ongedaan te maken, door het met dit wetsartikel strijdige gebruik van de woning binnen één week na dagtekening van het besluit te (laten) staken en gestaakt te houden.

Aangevallen uitspraak

3. De rechtbank heeft geoordeeld dat het college bevoegd was om aan [appellant A] en [appellant B] de boete en de last onder dwangsom op te leggen, omdat hun woning aan de woonruimtevoorraad is onttrokken door de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT