Uitspraak Nº 202003285/1/A3. Raad van State, 2021-03-03

ECLIECLI:NL:RVS:2021:434
Date03 Marzo 2021
Docket Number202003285/1/A3

202003285/1/A3.

Datum uitspraak: 3 maart 2021

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellant], wonend te [woonplaats],

tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 22 april 2020 in zaak nr. 19/942 in het geding tussen:

[appellant]

en

het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam.

Procesverloop

Bij besluit van 30 augustus 2018 heeft het college een bestuurlijke boete van € 20.500,00 aan [appellant] opgelegd vanwege het onttrekken van zijn woning aan de woonruimtevoorraad door deze te verhuren aan toeristen.

Bij besluit van 7 januari 2019 heeft het college het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 22 april 2020 heeft de rechtbank het door [appellant] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld.

Het college heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 22 januari 2021, waar [appellant], en het college, vertegenwoordigd door J. van den Boorn, zijn verschenen.

Overwegingen

Inleiding

1. [appellant] is eigenaar van de woning aan de [locatie 1] in Amsterdam. Toezichthouders van de gemeente hebben naar aanleiding van een anonieme melding over toeristische verhuur op 20 juni 2018 de woning bezocht. Daarbij hebben zij vier toeristen in de woning aangetroffen, die hebben verklaard dat zij de woning van 17 tot 23 juni 2018 via Airbnb huurden. Op basis van het door de toezichthouders hierover op ambtsbelofte opgestelde rapport van bevindingen van 20 juni 2018 heeft het college aan [appellant] een bestuurlijke boete van € 20.500,00 opgelegd voor het zonder vergunning onttrekken van de woning aan de woningvoorraad.

Hoger beroep

2. [appellant] betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat het college woningonttrekking heeft kunnen vaststellen en hem als overtreder heeft kunnen aanmerken. Verder is de hoogte van de bestuurlijke boete in strijd met het evenredigheidsbeginsel en daarom had de rechtbank de boete moeten matigen, aldus [appellant].

Wettelijk kader

3. Het wettelijk kader is opgenomen in een bijlage en maakt deel uit van deze uitspraak.

Beoordeling van het hoger beroep

Is de woning van [appellant] zonder vergunning onttrokken aan de woonruimtevoorraad?

4. Tussen partijen is niet in geschil dat de woning van [appellant] is verhuurd aan toeristen. Zoals de Afdeling heeft overwogen in haar uitspraak van 6 februari 2019, ECLI:NL:RVS:2019:317, onder 4.1, volgt uit de verhuur van een woning aan en het gebruik van een woning door toeristen dat deze niet beschikbaar was voor duurzame bewoning en dat deze om die reden aan de woonruimtevoorraad was onttrokken. Ook het eenmaal voor een korte periode verhuren van een woning aan toeristen kan worden aangemerkt als woningonttrekking, zo volgt uit die uitspraak. In het geval van vakantieverhuur op grond van artikel 3.1.2, zevende lid, van de Huisvestingsverordening, legt het college echter geen boete op voor het verhuren van een woning aan toeristen. Voor vakantieverhuur gelden wel voorwaarden. Zo moet de hoofdbewoner de woning feitelijk als hoofdverblijf hebben en ook als zodanig staan ingeschreven in de Basisregistratie Personen. Bovendien moet hij de vakantieverhuur voorafgaand aan de verhuurperiode melden bij het college. Aan deze voorwaarden is niet voldaan.

4.1. [appellant] heeft zijn woning via zijn [makelaar] vanaf 1 november 2017 tot en met 30 april 2018 verhuurd aan [huurder]. Zoals blijkt uit de verklaring van [makelaar] die door [appellant] bij zijn zienswijze is overgelegd, zijn er tijdens de huurperiode verschillende problemen met [huurder] ontstaan. Zo kon hij volgens [makelaar] de huur niet betalen en heeft hij de woning vanaf december 2017 onder andere via Booking.com aan toeristen verhuurd, terwijl [appellant] hier niet van op de hoogte was. Dit heeft er volgens [makelaar] zelfs toe geleid dat hij toeristen tegen heeft moeten houden die de woning via [huurder] hadden gehuurd, waarop door [huurder] de politie gealarmeerd zou zijn. Ter zitting bij de rechtbank heeft [appellant] verklaard dat hij na...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT