Uitspraak Nº 21/00205. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2022-09-13

ECLIECLI:NL:GHARL:2022:7911
Docket Number21/00205
Date13 Septiembre 2022
CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN

locatie Arnhem

nummer BK-ARN 21/00205

uitspraakdatum: 13 september 2022

Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[belanghebbende] Ltd. te [vestigingsplaats] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank) van 6 januari 2021, nummer AWB 19/6991, in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Hoorn (hierna: de Inspecteur)

1 Ontstaan en loop van het geding
1.1.

Aan belanghebbende is over het tijdvak van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 een naheffingsaanslag omzetbelasting (hierna: OB) opgelegd van € 83.552. Bij beschikking is gelijktijdig € 16.594 aan belastingrente in rekening gebracht.

1.2.

De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de naheffingsaanslag en de beschikking belastingrente gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de Rechtbank. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 19 juli 2022. Daarbij zijn verschenen en gehoord J.H.P.M. Raaijmakers, als de gemachtigde van belanghebbende, alsmede [naam1] namens de Inspecteur. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten
2.1.

Belanghebbende is een naar het recht van het Verenigd koninkrijk opgerichte private limited company. Zij is in Nederland gevestigd. De aandelen van belanghebbende worden gehouden door [naam2] . [naam2] is ook enig bestuurder van belanghebbende en indirect aandeelhouder en bestuurder van [naam3] Ltd. (hierna: [naam3] ).

2.2.

In de periode van juni tot en met december 2013 heeft eiseres facturen uitgereikt aan [naam3] Op de facturen staat vermeld ‘1 x service, monthly cost declaration sales services’. In totaal heeft belanghebbende over deze periode een bedrag van € 353.980,45 in rekening gebracht aan [naam3] . Op de facturen is vermeld dat het btw-tarief van 0% van toepassing is. Op de factuur voor december 2013 is ook vermeld dat de BTW is verlegd naar de afnemer met BTW-identificatienummer [nummer1] . De diensten die belanghebbende aan [naam3] heeft verricht zijn logistieke diensten bestaande uit de inslag, opslag, uitslag, ompakken en distributie van goederen.

2.3.

De Inspecteur heeft op 24 oktober 2014 een boekenonderzoek bij belanghebbende aangekondigd. Het boekenonderzoek is op 3 november 2014 gestart, had als doel het beoordelen van de aanvaardbaarheid van de aangiften OB over de periode 1 juli 2011 tot en met 30 juni 2014 en richtte zich, zo staat vermeld in het rapport van het boekenonderzoek, op met name de intracommunautaire transacties, de import en export en de in aftrek gebrachte voorbelasting in het eerste kwartaal van 2012.

2.4.

[naam4] , controlespecialist bij de Belastingdienst, heeft op 16 april 2015 op grond van artikel 55 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR) de officier van justitie een informatieverzoek gestuurd. Hij heeft verzocht om gegevens en inlichtingen uit het strafrechtelijk onderzoek naar het [naam5] (hierna: [naam5] ) die voor de belastingheffing bij [naam5] , de bij [naam5] werkzame natuurlijke personen en de cliënten van [naam5] van belang zijn. De officier van justitie heeft op 20 april 2015 akkoord gegeven op dit verzoek.

2.5.

Het rapport van het boekenonderzoek heeft als dagtekening 5 augustus 2015. In het rapport staat onder meer dat de hoofdactiviteit van belanghebbende vanaf 1 juli 2013 is overgeheveld naar [naam3] te Engeland en dat belanghebbende vanaf die datum uitsluitend nog logistieke en ondersteunende diensten ten behoeve van [naam3] verricht. Het boekenonderzoek heeft niet tot correcties geleid.

2.6.

De Inspecteur heeft in november 2018 aan belanghebbende een brief gestuurd waarin hij aankondigt dat hij voornemens is een naheffingsaanslag OB over het tijdvak van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 op te leggen.

2.7.

De Inspecteur heeft met dagtekening 27 december 2018 de onder 1.1. weergegeven naheffingsaanslag OB opgelegd alsmede de beschikking belastingrente vastgesteld. Belanghebbende heeft de naheffingsaanslag OB 2013 op 3 januari 2019 ontvangen en daartegen bezwaar gemaakt.

2.8.

De Inspecteur heeft onderzoek laten doen naar de datum waarop de bestreden naheffingsaanslag ter postbezorging is aangeboden. De bevindingen van dat onderzoek heeft hij opgenomen in het ‘Rapport Datum Verzending’ van 22 maart 2019. Het rapport vermeldt – voor zover hier relevant – het volgende:

“Ik heb in OBLOK ten aanzien van betrokkene, inzake het document naheffingsaanslag OB F.01.3501 het volgende waargenomen:

Dat er met betrekking tot het OB-nummer [nummer2] .B.01, een naheffing met aanslagnummer F013501 en dagtekening 27-12-2018, tijdvak 01-01-2013 t/m 31-12-2013 op nam [sic] persoon van [belanghebbende] , is geregistreerd.

Ik heb in HLP etc BCA RAP algemeen 2019 ten aanzien van betrokkene, inzake het document naheffingsaanslag OB F.01.3501 het volgende waargenomen:

Dat de partij met selectiedatum 17-12-2018 met dagtekening 27-12-2018, als soort Cav variant 1 in een aantal 4801 stuks en Cav variant 2 in een aantal 34031 stuks, tijdig zijn verzonden.

Ik heb in CAV ten aanzien van betrokkene, inzake het document naheffingsaanslag OB F.01.3501 het volgende waargenomen:

Dat op 18-12-2018 een partij documenten (OBA/NH) met dagtekening 18-12-2018 onder het GENNO [nummer3] , als variant 01 en 02, in een aantal van 4.801 en 34.031 stuks, zijn verwerkt.

Ik heb in DOS ten aanzien van betrokkene, inzake het document naheffingsaanslag OB F.01.3501 het volgende waargenomen:

Dat op 18-12-2018 partijen documenten (OBA NH), met dagtekening 27-12-2018, als Variant 01 en 02 in een partij met het RUNID [nummer4] en [nummer5] , GENNO [nummer3] , in een aantal van 4801 en 34031 stuks, zijn opgemaakt.

Ik heb in DOS ten aanzien van betrokkene, inzake het document naheffingsaanslag OB F.01.3501 het volgende waargenomen:

Dat op 18-12-2018 de partij documenten met het RUNID [nummer4] , is samengevoegd in een samengestelde partij documenten, in een aantal van 34472 stuks, met het RUNID [nummer6] , ter verwerking.

(…)

Ik heb in een outputcontrole ten aanzien van het RUNID [nummer4] , inzake het document naheffingsaanslag OB F.01.3501 het volgende waargenomen:

Dat op 20-12-2018 de partij documenten SP OBA NH [nummer7] [nummer4] [nummer3] AL540, in een aantal van 4.801 stuks, is gecontroleerd in het outputdossier [nummer8] -017 / CAV 1 OB-Aansl. Var 1 met een verzenddatum 21-12-2018, en is verwerkt onder het eindproductnummer [nummer9] met RUNID [nummer4]...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT