Uitspraak Nº 361866. Rechtbank Gelderland, 2020-05-06

ECLIECLI:NL:RBGEL:2020:2994
Date06 Mayo 2020
Docket Number361866
CourtRechtbank Gelderland (Neederland)

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaaknummer / rolnummer: C/05/361866 / HA ZA 19-148 / 167 / 876

Vonnis van 6 mei 2020

in de zaak van

[eiser] ,

wonende te [woonplaats],

eiser,

advocaat voorheen mr. C.C.H. Lampe, thans mr. C.L.J.A. Spiertz te Nijmegen,

tegen

[gedaagde] ,

wonende te [woonplaats],

gedaagde,

advocaat mr. D.C. Coppens te Amsterdam.

toevoegingsnummer 4NU9801

Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd worden.

1 De procedure
1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het tussenvonnis van 11 november 2019

  • -

    het proces-verbaal van de mondelinge behandeling gehouden op 13 februari 2020.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten
2.1.

Op 3 juni 2017 heeft [gedaagde] samen met iemand anders omstreeks 22.20 uur een overval gepleegd op een vestiging van [bedrijfsnaam] aan [adres] in [plaats] (hierna: de overval). [eiser] was daar op dat moment werkzaam als bedrijfsleider. Onder dreiging van een op een vuurwapen gelijkend voorwerp werd [eiser] gedwongen de kluis te openen. Vanwege de activatie van het tijdslot op de kluis is de politie gealarmeerd en zijn [gedaagde] en zijn mededader vertrokken met alleen de inhoud van de kassa en twee portemonnees.

2.2.

[eiser] heeft zich in de strafrechtprocedure tegen [gedaagde] gevoegd als benadeelde partij en heeft schade gevorderd voor een totaalbedrag van € 25.120,63 inclusief rente tot

18 december 2018. In het vonnis van de meervoudige kamer van de strafsector van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, van 2 januari 2019 staat onder meer:

4. De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

(…)

7a. De beoordeling van de civiele vordering(en), alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel

De volgende benadeelde partijen hebben zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van

schadevergoeding en vorderen de volgende bedragen vermeerderd met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel:

1. [eiser] : € 25.120,63

(…)

Beoordeling door de rechtbank

Smartengeld

Aan de benadeelde partijen is door het bewezenverklaarde strafbare feit rechtstreeks nadeel

toegebracht dat niet in vermogensschade bestaat. Dit is aan verdachte toe te rekenen.

Aan de wettelijke vereisten, waaronder die genoemd in artikel 6:106 van het Burgerlijk

Wetboek, is voldaan.

Gelet op de omstandigheid dat de benadeelde partijen tijdens de overval op hun werk met

een (nep)vuurwapen zijn bedreigd acht de rechtbank aannemelijk geworden dat zowel

[eiser], (…) zeer angstig zijn geweest en dat de overval een grote impact op hen heeft gehad. Dit volgt bij [eiser] ook uit de omstandigheid dat hij onder behandeling is bij een psycholoog in verband met angsten, herbelevingen en concentratieproblemen. Op grond van al het voorgaande in samenhang met het geweld en de bedreigingen die tegenover de medewerkers zijn gebruikt, zal de rechtbank het smartengeld naar maatstaven van billijkheid begroten voor eenieder op € 1.500,00.

Wat betreft het meer of anders gevorderde zullen de benadeelde partijen niet-ontvankelijk

verklaard worden in hun vorderingen, nu de behandeling van dat deel van de vorderingen

naar het oordeel van de rechtbank een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert.

De overige materiële schade van [eiser]

Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en wat

verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, voldoende aannemelijk geworden dat de benadeelde partij als gevolg van het bewezen verklaarde handelen reiskosten ter hoogte van € 38,60 en kosten van expertises ter hoogte van € 39,51 heeft moeten maken. Ten aanzien van de kosten voor rechtsbijstand zal zij het liquidatietarief toewijzen tot een bedrag van € 300,00. Deze bedragen komen samen met het bedrag van € 1.500,00 aan smartengeld voor vergoeding in aanmerking.

Met betrekking tot de kosten genezing en herstel, kosten huishoudelijke hulp en verlies

verdienvermogen e.d. is de rechtbank van oordeel dat deze schadeposten onvoldoende zijn

onderbouwd. Een nadere beoordeling van deze schadeposten zouden een onevenredige

belasting van het strafgeding meebrengen. De benadeelde partij zal in zoverre niet-

ontvankelijk worden verklaard.

[gedaagde] is veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar en tot betaling van een bedrag van € 1.878,11 aan schadevergoeding aan [eiser], vermeerderd met wettelijke rente vanaf 3 juni 2017, waarbij aan [gedaagde] de verplichting is opgelegd dat bedrag aan de staat te betalen. [eiser] is voor het overige niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering.

2.3.

Bij de stukken bevindt zich een verwijsbrief GGZ, opgesteld op 19 juli 2017 door de huisarts van [eiser], [naam huisarts], waarin staat dat er een vermoeden bestaat van een posttraumatische stressstoornis (PTSS) door de overval.

2.4.

In een brief van 13 december 2018 van [naam waarnemend huisarts], waarnemend huisarts, opgesteld namens huisarts [naam huisarts], gericht aan de advocaat van [eiser] staat:

“ Uw cliënt is op 27-11-2018 door collega [naam huisarts] op het spreekuur gezien. De klachten staan beschreven in het toegevoegde contact. Er is toen de diagnose post-traumatische stressstoornis gesteld en hij is verwezen naar een psycholoog voor behandeling middels EMDR. Over het beloop van de behandeling en de prognose kan ik u niet antwoorden, omdat ik hier nog geen bericht van de psycholoog heb ontvangen.

Relevante regels uit

het journaal: 10-12-2018 O Van: BasisGGZ Indigo O angstklachten

27-11-18 S Zou toch wel graag EMDR proberen. Blijft last

S houden van gevolgen overval vorig jaar:

S Onrustig gevoel op werk. Heel alert in de avond,

S om schouder kijken. Lichamelijke sensaties (heet,

S zweten).

E PTSS

P EMDR, indigo

P Via ZorgDomein verwezen naar Psychiatrie Indigo “

2.5.

In een brief van 13 december 2018 van mevrouw [gz-psycholoog], gz-psycholoog, verbonden aan Indigo Nijmegen staat, voor zover van belang:

“(…)

De heer [eiser] is sinds december 2018 onder behandeling. Er hebben 2 sessies plaatsgevonden. Op 3 december 2018 een intake en 10 december 2018 een behandelplan bespreking en een eerste sessie traumabehandeling middels EMDR.

Momenteel is er bij hem sprake van posttraumatische stress stoornis en angstproblematiek.

De gestelde DSM-classificatie is:

Hoofddiagnose 309.81 Posttraumatische stressstoornis

De posttraumatische stressklachten zoals hyperalertheid, concentratieproblemen, somberheid, herbelevingen en angsten zijn het gevolg van de overval die hij in juni 2017 heeft meegemaakt. Drukke omgevingen mijdt hij sinds hij daar paniekaanvallen heeft gehad. Sinds de overval lijkt hij ook wat meer sociaal angstig.

Momenteel is hij gestart met de behandeling van het trauma middels EMDR.

(…)”.

2.6.

Bij de stukken bevindt zich een formulier “Melding Studievertraging”, gedateerd 13 juli 2017 en ondertekend door [studieloopbaanbegeleider], studieloopbaangebeleider. Hierin staat:

“1. Studentgegevens:

Naam. [eiser] Studentnummer: [studentnummer]

Faculteit: FEM Opleiding: Bedrijfseconomie

2. Gegevens betreffende melding studievertraging

Datum melding studievertraging 13-07-2017

• financiële ondersteuning profileringsfonds

3. Gegevens betreffende de studievertraging

• overmacht: ziekte of handicap

4. Toelichting door (senior) studieloopbaanbegeleider

In hoeverre is de studievertraging ontstaan door de bijzondere omstandigheden

In eerste week van juni 2017 is er een overval gepleegd in de pizzeria waar [eiser] werkt

(hij werkte er tijdens de overval). Heeft begeleiding ontvangen van slachtofferhulp en nog

onder behandeling. De tentamens van t4 en t5 zijn niet naar behoren gelopen. [eiser]

heeft nog veel last van concentratie stoornis.

Begin augustus wordt gekeken of verdere behandeling noodzakelijk is.

Hoeveel maanden studievertraging is er ten gevolge van de bijzondere omstandigheden? 6

Wat is de planning m.b.t. afronding van de studie (af te ronden onderdelen, geplande afstudeerdatum)? 01-02-2018”

2.7.

In een op 17 december 2018 opgestelde verklaring van [studentendecaan], studentendecaan bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, staat:

“Betreft: mogelijke studievertraging door psychische klachten ten gevolge van gewapende overval

[eiser] (geboren [geboortedatum]) heeft van 1 september 2013 tot 31 augustus 2018

Bedrijfseconomie gestudeerd aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen.

Indien er bij [eiser] geen psychische klachten zouden zijn ontwikkeld vanwege de gewapende overval, zou hij mogelijk in februari 2018 afgestudeerd zijn.

[eiser] heeft echter in augustus 2018 zijn bachelor getuigschrift behaald.

Het is zeker voorstelbaar dat [eiser] vanwege de genoemde omstandigheid een

studievertraging van (maximaal) zes maanden heeft opgelopen.”

3 Het geschil
3.1.

[eiser] vordert dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

I. voor recht verklaart dat [gedaagde] jegens [eiser] onrechtmatig heeft gehandeld door het plegen van de (gewapende) overval op 3 juni 2017,

II. [gedaagde] veroordeelt tot vergoeding van de door [eiser] - als gevolg van deze onrechtmatige daad - geleden schade, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet en te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 3 juni 2017, althans een door de rechtbank te...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT