Uitspraak Nº 8154907. Rechtbank Gelderland, 2020-07-22

ECLIECLI:NL:RBGEL:2020:3470
Docket Number8154907
Date22 Julio 2020
CourtRechtbank Gelderland (Neederland)

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaakgegevens 8154907 \ CV EXPL 19-13757 \ 42693 \ 32568

uitspraak van

vonnis

in de zaak van

[eiser]

wonende te [woonplaats]

eisende partij

procederend in persoon

tegen

de publiekrechtelijke rechtspersoon Gemeente Rheden

zetelende te De Steeg

gedaagde partij

gemachtigde mr. R.D. Lubach

Partijen worden hierna [eiser] en de Gemeente genoemd.

1 De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de dagvaarding van 30 oktober 2019 met producties

- de conclusie van antwoord met producties

- het vonnis van 11 december 2019

- de reactie op de conclusie van antwoord van [eiser]

- de akte indiening producties alsmede een toelichting daarop aan de zijde van de Gemeente

- de reactie op die toelichting van de Gemeente van [eiser]

- de brief van de griffier aan partijen van 26 maart 2020, waarin is bericht dat de mondelinge behandeling vanwege de Coronacrisis op dit moment niet kan plaatsvinden

- de brief van de griffier aan partijen van 2 april 2020 dat [eiser] schriftelijk mag reageren op de conclusie van antwoord

- de e-mails van 29 maart 2020 (2x) en 15 april 2020 aan de zijde van [eiser] , tezamen de conclusie van repliek met producties

- de conclusie van dupliek met producties.

2 De feiten
2.1.

[eiser] heeft de onroerende zaak gelegen aan [adres 1] gekocht.

2.2.

[eiser] heeft op 23 januari 2018 een brief aan de Gemeente gestuurd. Hierin staat onder andere:

Sinds enige tijd ben ik eigenaar/bewoner van het pand [adres 1] (…) Aangezien dit pand uit twee geheel gescheiden wooneenhedenverblijfsobjecten bestaat en ik overweeg een van beide delen te verhuren, wil ik u verzoeken aan dit pand een tweede huisnummer toe te voegen: [nummer] .

2.3.

Op 30 januari 2018 heeft de toezichthouder van de Gemeente, [naam 1] (hierna: de toezichthouder), de woning van [eiser] gecontroleerd.

2.4.

In het controlerapport van de toezichthouder d.d. 31 januari 2018 staat onder andere:

Opmerking

Op zolder bij de woning aan de voorzijde zit een houten wand ter plaatse van de woningscheiding. Op de bg zit een deur tussen beide woningen. Deze moet dichtgezet worden.

Qua brandscheiding moet er het een en ander gebeuren, maar is niet onmogelijk. Aandachtspunt is meterkast. Deze zit in het woongemeente van de voorste woning, maar loopt naar het achterste gedeelte.

2.5.

Op 31 januari 2018 heeft de toezichthouder een e-mail aan [eiser] gestuurd. Hierin staat onder andere:

Wijzigingen brandcompartimentering is vergunningsplichtg.

Zoals gisteren aangegeven is het technisch niet onmogelijk om de woningen te splitsen. Beide delen hebben hun eigen woontechnische voorzieningen. Echter dient er tussen 2 woningen en brandscheiding te zitten van minimaal 30 minuten indien er sprake is van verbouw. Aangezien dit nu niet aanwezig is, wijzigt u de brandcompartimentering van de woning en dit is omgevingsvergunningsplichtig.

2.6.

Op 10 april 2018 heeft (een medewerker van) de Gemeente een e-mail aan [eiser] verstuurd. Hierin staat onder andere:

Op 15 februari jl. heeft u geïnformeerd naar de mogelijkheid om een 2e huisnummer toe te voegen op het perceel [adres 1] . (…)

Uw plan is niet mogelijk

(…)

Uw plan voldoet niet aan het bestemmingsplan “Ellecom 2015”. Uw plan ligt in de bestemming “Wonen” (artikel 14). Hierin is bepaald dat het aantal woningen per bouwvlak niet meer dan 1 mag bedragen, tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal wooneenheden’ een ander maximum is aangegeven. In dit geval is dat maximaal 3 wooneenheden per bouwvlak (zie ook bijlage). In het bouwvlak zijn reeds 3 woningen gerealiseerd (nrs. 17, 19 en 21). Een splitsing van de woning aan de [adres 1] zou leiden tot een 4e wooneenheid welke niet is toegestaan volgens het bestemmingsplan.

(…)

Omdat uw plan niet past in het bestemmingsplan hebben wij onderzocht of een afwijking van het bestemmingsplan mogelijk is. Een nadere beoordeling van uw plan heeft echter niet geleid tot een ander inzicht. In het bestemmingsplan is een maximum aantal woningen per bouwvlak opgenomen met het achterliggende idee om het splitsen van woningen tegen te gaan. (…)

Deze voortoets is met de grootste zorgvuldigheid voor u uitgevoerd waarbij is uitgegaan van de door u aangeleverde gegevens. U kunt geen rechten ontlenen aan de uitkomst hiervan.”

2.7.

Op 9 mei 2018 heeft (een medewerker van) de Gemeente een e-mail aan [eiser] verstuurd. Hierin staat onder andere:

Uw brief van 24 april 2018 hebben wij in goede orde ontvangen. Hierin verzoekt u om een wettelijk en formeel besluit, zodat u daartegen bezwaar kunt maken.

Zoals eerder telefonisch besproken betreft de voortoetsprocedure een informele procedure. Er is geen sprake van een aanvraag waarin is verzocht een besluit te nemen in de zin van artikel 1:3 Awb. Het is derhalve niet mogelijk om een besluit toe te zenden naar aanleiding van onderstaande mail. Als u toch een besluit wilt ontvangen, dan dient u een ontvankelijke aanvraag omgevingsvergunning in te dienen. (…)

Uw brief wordt wel aangemerkt al een aanvraag voor een huisnummerbesluit.

De uitspraak waar u naar verwijst (ECLI:NL:RVS:2013:1980) ziet op het toetsingskader uit de Wet BAG. De Afdeling heeft bepaald dat het voor de vraag of een ruimte als verblijfsobject in het kader van de Wet BAG moet worden aangemerkt niet uitmaak dat het bestemmingsplan een extra woning niet toestaat. Als de ruimte aan de eisen van een verblijfsobject voldoet, zou in principe een positief huisnummerbesluit toegekend kunnen worden. Ook in dat geval dient u zich te houden aan de regels uit het bestemmingsplan. De...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT