Uitspraak Nº AWB - 16 _ 2015. Rechtbank Den Haag, 2017-03-30

ECLIECLI:NL:RBDHA:2017:3709
Docket NumberAWB - 16 _ 2015
Date30 Marzo 2017
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)
RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht

zaaknummer: SGR 16/2015

uitspraak van de meervoudige kamer van 30 maart 2017 in de zaak tussen [eiser] , te [woonplaats] (Somalië), eiser

(gemachtigde: mr. C.F. Wassenaar),

en

de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder

(gemachtigde: S. Raterink).

Procesverloop

Bij besluit van 31 juli 2015 (het primaire besluit) heeft verweerder het verzoek van eiser op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) om openbaarmaking van informatie met betrekking tot geplande afspraken met de Somalische autoriteiten over gedwongen uitzettingen naar Somalië afgewezen.

Bij besluit van 3 februari 2016 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser deels gegrond verklaard.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 16 februari 2017.

Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.

Overwegingen
1.1.

Eiser heeft verweerder op 26 maart 2015 verzocht om openbaarmaking van informatie met betrekking tot geplande afspraken met de Somalische autoriteiten over gedwongen uitzettingen naar Somalië. Daarbij heeft eiser de vraag gesteld op welke dag en op welk tijdstip de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) kennis heeft genomen van het feit dat de afspraken met de Somalische autoriteiten met betrekking tot gedwongen uitzettingen naar Somalië zijn komen te vervallen of wanneer de Immigratie-en Naturalisatiedienst (IND) deze afspraken heeft afgezegd of heeft moeten concluderen dat deze afspraken niet zouden doorgaan. In bezwaar heeft eiser aangegeven dat hij met zijn verzoek tevens heeft beoogd om documenten te verkrijgen die betrekking hebben op het besluit om uitzettingshandelingen en het plannen van de vluchten tijdelijk op te schorten.

1.2.

Aanleiding voor het verzoek is de informatie die is verstrekt in het kader van procedures die de maatregel van bewaring op grond van artikel 59 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000) betreffen.

1.3.

Eiser, die inmiddels in [woonplaats] (Somalië) verblijft, was met ingang van 29 november 2014 op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000 in bewaring gesteld. Bij uitspraak van de rechtbank, zittingsplaats ’s-Hertogenbosch, van 19 december 2014, is het eerdere beroep, strekkende tot opheffing van de vreemdelingenbewaring, ongegrond verklaard. Eiser heeft op 13 januari 2015 beroep ingesteld tegen het voortduren van de vrijheidsontneming. Bij uitspraak van 2 februari 2015 (zaaknummer AWB 15/689) heeft de rechtbank, zittingsplaats ’s-Hertogenbosch, op basis van de door verweerder verstrekte informatie, bevestigd ter zitting van de rechtbank op 26 januari 2015, dat in de tweede helft van januari 2015 gesprekken met de Somalische autoriteiten over terugname zijn gepland, waarbij de eerder gemaakte afspraken en de weigeringen van 14 december 2014 en 23 december 2014 aan de orde zullen worden gesteld, geen grond gezien om het voortduren van de bewaring onrechtmatig te achten. Het beroep van eiser is door de rechtbank ongegrond verklaard. Op 23 februari 2015 heeft eiser nogmaals beroep ingesteld tegen het voortduren van de vrijheidsontneming. De rechtbank, zittingsplaats ‘s-Hertogenbosch heeft bij uitspraak van 10 maart 2015 (zaaknummer AWB 15/3744) op basis van door verweerder ter zitting afgelegde verklaringen vastgesteld dat op 7 december 2014 de laatste twee gedwongen uitzettingen naar Somalië hebben plaatsgevonden en dat de Somalische autoriteiten vanaf dat moment ook de reeds geplande uitzettingen hebben verhinderd. De rechtbank heeft geoordeeld dat niet kan worden volgehouden dat ten aanzien van eiser zicht op uitzetting naar Somalië bestaat, nu het niet mogelijk is geweest om met de Somalische autoriteiten een gesprek aan te gaan over gedwongen uitzettingen omdat zij bij herhaling geplande gesprekken afzeggen en er geen enkel zicht bestaat op wanneer een dergelijk gesprek daadwerkelijk gaat plaatsvinden. De rechtbank heeft overwogen dat een redelijk vooruitzicht op verwijdering naar Somalië ontbreekt doordat het eind februari geplande gesprek met de Somalische autoriteiten wederom geen doorgang heeft gehad terwijl er geen concrete aanknopingspunten zijn dat een dergelijk gesprek met een...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT