Uitspraak Nº AWB 17/14202. Rechtbank Den Haag, 2018-04-23

ECLIECLI:NL:RBDHA:2018:5651
Docket NumberAWB 17/14202
Date23 Abril 2018
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)
RECHTBANK DEN HAAG


Zittingsplaats Amsterdam

Bestuursrecht

zaaknummer: AWB 17/14202

[V-nummer]

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken van 23 april 2018 in de zaak tussen

[de man] ,

geboren op [geboortedatum] 1978, van Nigeriaanse nationaliteit, eiser

(gemachtigde mr. A.C. de Klerk),

en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde mr. E. Izaks).

Procesverloop

Bij besluit van 3 juli 2017 (het primaire besluit) heeft verweerder de aanvraag van 21 december 2016 tot verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) ten behoeve van eiser in het kader van de procedure Toegang en Verblijf afgewezen. Het daartegen gemaakte bezwaar is bij besluit van 22 augustus 2017 (het bestreden besluit) ongegrond verklaard.

Op 5 september 2017 heeft de rechtbank het beroepschrift van eiser tegen dit besluit ontvangen. Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 8 maart 2018. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder is vertegenwoordigd door zijn voornoemde gemachtigde. Ook was ter zitting aanwezig [de vrouw] (referente), de echtgenote van eiser. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

Overwegingen

1. Eiser verblijft rechtmatig in Frankrijk. Met deze aanvraag beoogt hij verblijf in Nederland bij zijn echtgenote, referente.

2. In het kader van de beoordeling van eisers aanvraag heeft de inspectie van Sociale Zekerheid en Werkgelegenheid (Inspectie SZW) onderzocht of referente duurzaam en zelfstandig beschikt over voldoende middelen van bestaan. De bevindingen van de Inspectie SZW zijn neergelegd in het rapport van bevindingen van 22 juni 2017. Dit rapport heeft verweerder mede ten grondslag gelegd aan zijn besluitvorming.

3. Verweerder heeft zich in het bestreden besluit mede op basis van het onderzoek van de Inspectie SZW en gegevens uit Suwinet op het standpunt gesteld dat geen sprake is van duurzame inkomsten. Daarmee voldoet referente niet aan het middelenvereiste, dat voortvloeit uit artikel 3.75, derde lid, van het Vreemdelingenbesluit (Vb) 2000 gelezen in samenhang met artikel 3.24b van het Voorschrift Vreemdelingen (VV) 2000. Verder heeft verweerder zich op het standpunt gesteld dat geen aanleiding is om op grond van artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) de gevraagde vergunning alsnog te verlenen. De weigering om eiser verblijf toe te staan levert voorts geen schending van het recht op eerbiediging van het familie- of gezinsleven als bedoeld in artikel 8 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) op. Verweerder heeft de aanvraag daarom afgewezen.

4. Voor het juridisch kader verwijst de rechtbank naar de bijlage, die onderdeel uitmaakt van deze uitspraak.

5.1

Eiser heeft aangevoerd dat de beoordeling van verweerder ten aanzien van het criterium voldoende en duurzaam inkomen, niet voldoet aan de eisen van de Gezinsherenigingsrichtlijn1. Uit artikel 7, eerste lid, onder c, van Gezinsherenigingsrichtlijn volgt namelijk dat gekeken dient te worden naar de aard en regelmaat van de inkomsten. Eiser heeft betoogd dat de aard en de regelmaat van groter belang zijn dan het al dan niet bestaan van een...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT