Uitspraak Nº BRE 18_4380. Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 2019-01-17

ECLIECLI:NL:RBZWB:2019:185
Date17 Enero 2019
Docket NumberBRE 18_4380
CourtRechtbank Zeeland-West-Brabant (Neederland)
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht

zaaknummer: BRE 18/4380 ZW

uitspraak van 17 januari 2019 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[Naam eiseres] , te [plaatsnaam] , eiseres,

gemachtigde: mr. M. Hoogendonk,

en

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV; kantoor Almere), het UWV.

Waar gaat het beroep over?

Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 22 mei 2018 (bestreden besluit) van het UWV. Hierin vindt het UWV (ook) in bezwaar dat eiseres geen uitkering kan krijgen op grond van de Ziektewet (ZW).

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden in Breda op 7 november 2018.

Eiseres is verschenen, samen met haar gemachtigde. Het UWV heeft zich laten vertegenwoordigen door [naam vertegenwoordiger]

De rechtbank heeft de termijn om uitspraak te doen met zes weken verlengd.

De feiten en het verloop van het proces

1. Uit de stukken en de behandeling tijdens de zitting maakt de rechtbank het volgende op.

Eiseres was in dienst bij de [naam bedrijf] te [vestigingsplaats] toen zij op 19 mei 2017 ziek is geworden. Omdat de [naam bedrijf] haar niet ziek wilde melden, heeft eiseres zich op 6 november 2017 telefonisch ziekgemeld bij het UWV.

Het UWV heeft eiseres gevraagd een kopie van haar arbeidsovereenkomst toe te zenden.

Dit heeft eiseres gedaan door het insturen van een ‘overeenkomst aanmeldingsbevestiging, portretrecht en verklaring omtrent gedrag’.

Bij (primair) besluit van 27 november 2017 heeft het UWV geweigerd om aan eiseres een ZW-uitkering toe te kennen omdat zij volgens het UWV niet verzekerd is voor de ZW.

Hiertegen heeft eiseres bezwaar gemaakt bij het UWV.

Bij het bestreden besluit (dat is het besluit na en over het bezwaarschrift) heeft het UWV de bezwaren ongegrond verklaard. Daarbij heeft het UWV allereerst gewezen op een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (Raad), die is gepubliceerd in het juridische tijdschrift RSV 1981/13. Daarnaast gaat het UWV er van uit dat eiseres niet tegenspreekt dat zij niet in dienstbetrekking heeft gewerkt, maar dat zij vindt dat zij moet worden aangemerkt als artiest en dat zij daarom recht heeft op een ZW-uitkering.

Volgens het UWV volgt uit uitspraken van de Raad dat iemand als artiest optreedt als ‘hij of zij een artistieke prestatie levert die bestemd is om, hetzij middellijk, hetzij onmiddellijk, door het publiek te...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT