Uitspraak Nº C-09-496135 FA RK 15-7126. Rechtbank Den Haag, 2015-10-22

ECLIECLI:NL:RBDHA:2015:13341
Docket NumberC-09-496135 FA RK 15-7126
Date22 Octubre 2015
CourtRechtbank Den Haag (Neederland)
Rechtbank Den HAAG

Meervoudige Kamer

Rekestnummer: FA RK 15-7126

Zaaknummer: C/09/496135

Datum beschikking: 22 oktober 2015 (bij vervroeging)

Internationale kinderontvoering
Beschikking op het op 11 september 2015 ingekomen verzoek van:
[de vader]

de vader,

wonende te [woonplaats] (Suriname),

advocaat: mr. J.A. Neslo te Almere.

Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[de moeder] ,

de moeder,

wonende te [woonplaats] ,

advocaat: mr. N.A. Boelhouwer te Tilburg.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:

  • -

    het verzoekschrift;

  • -

    de brief d.d. 22 september 2015, met bijlage, van de zijde van de vader;

  • -

    de brief d.d. 23 september 2015, met bijlage, van de zijde van de vader;

  • -

    de brief d.d. 9 oktober 2015, met bijlage, van de zijde van de vader;

  • -

    het verweerschrift, ingediend op 14 oktober 2015.

Op 24 september 2015 is de zaak ter terechtzitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen: de vader, bijgestaan door zijn advocaat, alsmede de moeder, bijgestaan door haar advocaat. Het betrof hier een regiezitting met het oog op crossborder mediation in internationale kinderontvoeringszaken met als behandelend rechter, tevens kinderrechter, mr. J.M. Vink. De behandeling ter terechtzitting is aangehouden.

Na genoemde regiezitting hebben de vader en de moeder getracht door middel van crossborder mediation, gefaciliteerd door het Mediation Bureau van het Centrum Internationale Kinderontvoering, tot een minnelijke regeling te komen. Op 29 september 2015 heeft het Mediation Bureau de rechtbank bericht dat de mediation tussen partijen niet is geslaagd.

De minderjarige [de minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Suriname), is op 15 oktober 2015 in raadkamer gehoord.


Op 15 oktober 2015 is de zaak ter terechtzitting van de meervoudige kamer behandeld. Hierbij zijn verschenen: de vader, bijgestaan door zijn advocaat, alsmede de moeder, bijgestaan door haar advocaat. Van de zijde van de moeder zijn pleitnotities overgelegd.

Verzoek en verweer

De vader heeft primair verzocht, met toepassing van artikel 13 van de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering (hierna: de Uitvoeringswet), de onmiddellijke terugkeer van na te melden minderjarigen te bevelen, althans de terugkeer van de minderjarigen vóór 1 oktober 2015, althans voor een door de rechtbank in goede justitie te bepalen datum te bevelen, waarbij de moeder de minderjarigen dient terug te brengen naar Suriname, dan wel – indien de moeder nalaat de minderjarigen terug te brengen – te bepalen op welke datum de moeder de minderjarigen met de benodigde geldige reisdocumenten aan de vader zal afgeven, zodat hij de minderjarigen zelf mee terug kan nemen naar Suriname, met veroordeling van de moeder in de kosten die de vader heeft moeten maken in verband met de ontvoering en teruggeleiding, een en ander voor zover mogelijk met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.

Subsidiair heeft de vader, voor het geval het verzoek tot teruggeleiding zal worden afgewezen, verzocht een onderzoek door de raad voor de kinderbescherming te gelasten naar de meest geschikte woonplaats voor de minderjarigen dan wel naar de situatie van de minderjarigen, alsmede vaststelling van een omgangsregeling en een informatieregeling.

De moeder heeft verweer gevoerd tegen het verzoek van de vader, welk verweer hierna – voor zover nodig – zal worden besproken.

Feiten

- Partijen hebben een affectieve relatie gehad.

- Zij zijn de ouders van de volgende thans nog minderjarige kinderen:

- [de minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Suriname),

- [de minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Suriname).
De vader heeft de minderjarigen naar Surinaams recht erkend.

- De moeder is van rechtswege belast met de voogdij over de minderjarigen.

- Bij beschikking van de Kantonrechter te Paramaribo (Suriname) van 23 oktober 2013 is de vader tot toeziende voogd benoemd.

- Bij voornoemde beschikking is een omgangsregeling tussen de vader en de minderjarigen bepaald van een weekend per veertien dagen alsmede de helft van de schoolvakanties. Tevens is een door de vader met...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT