Uitspraak Nº C/18/184629 HA RK 18-81. Rechtbank Noord-Nederland, 2019-01-23

ECLIECLI:NL:RBNNE:2019:240
Date23 Enero 2019
Docket NumberC/18/184629 HA RK 18-81
CourtRechtbank Noord-Nederland (Neederland)

beschikking

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht

Locatie Groningen

zaaknummer / rekestnummer: C/18/184629 / HA RK 18-81

Beschikking van 23 januari 2019

in de zaak van

[verzoekster] ,

wonende te [woonplaats] ,

verzoekster,

advocaat mr. J.J. van der Molen te Groningen,

tegen

[verweerder]

wonende te [woonplaats] ,

verweerder,

advocaat mr. M.W. Kok te Tegelen.

Partijen zullen hierna [verzoekster] en [verweerder] worden genoemd.

1 De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    het verzoekschrift ontvangen ter griffie op 24 mei 2018,

  • -

    het verweerschrift ontvangen ter griffie op 23 november 2018,

  • -

    de bij brief van 26 november 2018 door [verweerder] in het geding gebrachte productie,

  • -

    de bij brief van 30 november 2018 door [verzoekster] in het geding gebrachte productie,

  • -

    de mondelinge behandeling van 3 december 2012,

  • -

    de zittingsaantekeningen van mr. Van der Molen.

2 De feiten
2.1.

In de nacht van 31 juli 2017 op 1 augustus 2017 heeft [verzoekster] met vriendinnen waarmee zij op vakantie te Burgas (Bulgarije) verbleef een uitgaansgelegenheid bezocht. Daar heeft zij [verweerder] gesproken die eveneens met enkele Nederlandse vrienden op vakantie te Burgas verbleef. Omstreeks 03.30 uur - tijdens de wandeling naar het hotel - heeft [verweerder] [verzoekster] van achteren benaderd en opgetild en is hij met haar weggerend en ten val gekomen. Als gevolg van deze val heeft [verzoekster] een complexe (drievoudige) enkelbreuk opgelopen.

2.2.

Daags na het incident is [verzoekster] aan haar enkel geopereerd in een Bulgaars ziekenhuis.

2.3.

In het Universitair Medisch Centrum te Groningen zijn hechtingen verwijderd en zijn controles uitgevoerd. In verband met haar revalidatie is [verzoekster] behandeld door een fysiotherapeut gedurende een periode van 12 weken.

2.4.

Bij e-mail van 1 september 2017 heeft [naam 2] , vriendin van [verzoekster] , aan de advocaat van [verzoekster] geschreven (voor zover hier van belang):

ik en [verzoekster] gingen samen naar Bulgarije voor 10 dagen. gelijk de tweede dag ontmoetten we

[naam 1] en een groep jongens, waaronder [verweerder] . de gehele groep woont in [woonplaats] . We zaten in hotel diamond. 1 augustus rond 3:30 liepen we met een paar terug naar het hotel, ik liep naast [naam 1] en [verzoekster] liep voor ons. [verweerder] liep achter mij en [naam 1] . ineens uit het niets rent [verweerder] op [verzoekster] af en tilt haar van achter op. [verzoekster] van niets wetende. hij rende met haar weg, hij struikelde en een paar meter later vielen ze al. [verzoekster] had een drie dubbele breuk. ze is naar een ambulance getild door een man die het had gezien. (…)

2.5.

Bij schrijven van 6 oktober 2017 heeft fysiotherapeut [naam 3] aan de advocaat van [verzoekster] geschreven (voor zover hier van belang):

(…) Status na operatie enkel, vanwege open enkelluxatie links. Fractuur in fibula (2x) en tibia (1x) rechts. (…) Revalidatie 6-8 weken tot normaal functioneren in algemeen dagelijks functioneren en afbouw lopen met krukken. Daarna verdere revalidatie van 6 weken gericht op het behalen niveau voor trauma. Zeer waarschijnlijk houdt patiënt na revalidatie nog klachten van aangedane enkel op arbeidsniveau en sportniveau. (…)

2.6.

Bij schrijven van 13 februari 2018 heeft (de advocaat van) [verzoekster] [verweerder] aansprakelijk gesteld voor de schade die zij als gevolg van het ongeval heeft geleden of zal lijden.

3 Het geschil
3.1.

[verzoekster] verzoekt bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren beschikking:

I. te verklaren voor recht dat [verweerder] aansprakelijk is voor alle door [verzoekster] geleden en in de toekomst te lijden materiële en immateriële schade als gevolg van het ongeval dat haar op 1 augustus 2017 is overkomen,

II. [verweerder] te veroordelen aan [verzoekster] te betalen een voorschot van € 10.000,00, dan wel een door de rechtbank in goede justitie te bepalen voorschot,

III. de kosten als bedoeld in artikel 1019aa Rv te begroten op € 3.257,87 en [verweerder] te veroordelen tot betaling van deze kosten aan [verzoekster] , vermeerderd met het griffierecht.

3.2.

[verzoekster] heeft het volgende aan het verzoek ten grondslag gelegd.

3.2.1.

[verweerder] heeft een inbreuk gemaakt op de lichamelijk integriteit van [verzoekster] en heeft gehandeld in strijd met hetgeen in het maatschappelijk verkeer betaamt doordat zij [verzoekster] heeft blootgesteld aan een groter risico dan redelijkerwijs verantwoord...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT