Uitspraak Nº ROT 17/2530 en ROT 18/2373. Rechtbank Rotterdam, 2018-11-01

ECLIECLI:NL:RBROT:2018:8873
Date01 Noviembre 2018
Docket NumberROT 17/2530 en ROT 18/2373
Rechtbank Rotterdam

Team Bestuursrecht 1

zaaknummers: ROT 17/2530 en ROT 18/2373

uitspraak van de meervoudige kamer van 1 november 2018 in de zaken tussen

[Naam vennootschap] h.o.d.n. Imperial Tobacco Nederland, te [Plaats], eiseres,

gemachtigde: mr. C.E. Schillemans,

en

de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, verweerder,

gemachtigde: mr. J.S. Boer.

Procesverloop

Bij besluit van 10 maart 2017 (bestreden besluit 1) heeft verweerder het bezwaar van eiseres tegen het besluit van 21 oktober 2016 (primair besluit 1), dat strekt tot oplegging van een bestuurlijke boete aan eiseres van € 180.000,- wegens overtredingen van de Tabakswet, ongegrond verklaard.

Bij besluit van 23 maart 2018 (bestreden besluit 2) heeft verweerder het bezwaar van eiseres tegen het besluit van 17 maart 2017 (primair besluit 2), dat strekt tot oplegging van een bestuurlijke boete aan eiseres van € 540.000,- wegens overtredingen van de, inmiddels vernoemde, Tabaks- en rookwarenwet, ongegrond verklaard.

Eiseres heeft tegen de bestreden besluiten 1 en 2 beroep ingesteld.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 september 2018. Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. Voorts is verschenen [Naam], werkzaam bij eiseres.

Overwegingen

Inleiding

1. Deze zaken gaan over herhaalde boeteoplegging aan eiseres wegens het op de markt brengen van sigaretten – “[merknaam]” – in bijzondere verpakkingen en het bij klanten daarvoor niet in rekening brengen van een hogere prijs dan voor een regulier pakje sigaretten. Volgens verweerder maakt eiseres zich daarbij telkens schuldig aan twee overtredingen, namelijk het maken van reclame voor de sigaretten en het “doen van een uitreiking om niet of tegen een symbolische vergoeding, die het aanprijzen van een tabaksproduct ten doel of tot rechtstreeks of onrechtreeks gevolg heeft” (hierna ook: gratis verstrekking). Eiseres is het daar niet mee eens en heeft vooral bezwaren tegen de hoogte van de boetebedragen.

Wettelijk kader, onderzoek en besluitvorming door verweerder

2. Het wettelijk kader is opgenomen in de bijlage bij deze uitspraak, die daar deel van uitmaakt.

3.1.

Een toezichthouder van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft tijdens een inspectiebezoek op 13 mei 2016 aan de tabaksspeciaalzaak Primera Delflandplein te Amsterdam vastgesteld dat daar ter verkoop werd aangeboden “[merknaam]” in verschillende verpakkingen. Naast een [kleur 1] en [kleur 2] reguliere kartonnen verpakking waren er blikken verpakkingen in dezelfde twee kleuren. Van de [kleur 1] versie heeft de toezichthouder een pakje sigaretten in reguliere kartonnen verpakking en een pakje sigaretten in de blikken verpakking aangeschaft, ieder voor de prijs van € 5,70. De blikken verpakking bleek bij opening een regulier pakje sigaretten te bevatten, met dien verstande dat het accijnszegel op het blikje zat en niet op de kartonnen verpakking.

3.2.

Verweerder is van oordeel dat met de verkoop van het [kleur 1] blik “[merknaam]” op 13 mei 2016 twee overtredingen door eiseres als fabrikant van dit tabaksproduct zijn begaan: overtreding van het in artikel 5, eerste lid, van de Tabakswet opgenomen reclameverbod en overtreding van het in artikel 5, vijfde lid, van de Tabakswet opgenomen verbod van gratis verstrekking. Verweerder heeft eiseres bij primair besluit 1 beboet tot een bedrag van € 180.000,-. Het boetebedrag – dat met bestreden besluit 1 is gehandhaafd – is als volgt samengesteld:

 € 135.000,- € 135.000,- vanwege de verboden reclame door de [kleur 1] blikken verpakking, waarbij vanwege recidive een verhoging is toegepast, en

 € 135.000,- € 45.000,- vanwege de verboden gratis verstrekking van de [kleur 1] blikken verpakking.

4.1.

Een toezichthouder van NVWA heeft tijdens een inspectiebezoek op 1 september 2016 aan de tabaksspeciaalzaak Primera Woensel te Eindhoven vastgesteld dat daar ter verkoop werd aangeboden “[merknaam]” in verschillende verpakkingen. Naast een [kleur 1] en [kleur 2] reguliere kartonnen verpakking waren er blikken verpakkingen in dezelfde twee kleuren. Van de [kleur 1] versie heeft de toezichthouder een pakje sigaretten in reguliere kartonnen verpakking en een pakje sigaretten in de blikken verpakking aangeschaft, ieder voor de prijs van € 5,70. De blikken verpakking bleek bij opening een regulier pakje sigaretten te bevatten, met dien verstande dat het accijnszegel op het blikje zat en niet op de kartonnen verpakking. Vervolgens heeft de toezichthouder ook van de [kleur 2] versie een pakje sigaretten in reguliere kartonnen verpakking en een pakje sigaretten in de blikken verpakking aangeschaft, ieder voor de prijs van € 5,70. De blikken verpakking bleek bij opening een regulier pakje sigaretten te bevatten, met dien verstande dat ook bij de [kleur 2] variant het accijnszegel op het blikje zat en niet op de kartonnen verpakking.
De [kleur 1] en [kleur 2] “[merknaam]” onderscheiden zich blijkens het rapport van bevindingen van de toezichthouder van 19 september 2016 door verschillende gehaltes aan teer (7 versus 10 mg), nicotine (0,6 versus 0,8 mg) en koolmonoxide (9 versus 10 mg).

4.2.

Volgens verweerder zijn met de verkoop van het [kleur 1] en het [kleur 2] blik “[merknaam]” op 1 september 2016 vier overtredingen door eiseres als fabrikant van dit tabaksproduct begaan: tweemaal overtreding van het in artikel 5, eerste lid, van de Tabaks- en rookwarenwet opgenomen reclameverbod en tweemaal overtreding van het in artikel 5, vijfde lid, van de Tabaks- en rookwarenwet opgenomen verbod van gratis verstrekking. Verweerder heeft eiseres bij primair besluit 2 beboet tot een bedrag van € 540.000,-. Het boetebedrag – dat met bestreden besluit 2 is gehandhaafd – is als volgt samengesteld:

 € 225.000,- € 225.000,- vanwege de verboden reclame door de [kleur 1] blikken verpakking, waarbij vanwege recidive een verhoging is toegepast, en

 € 225.000,- € 45.000,- vanwege de verboden gratis verstrekking van door de [kleur 1] blikken verpakking

 € 225.000,- € 225.000,- vanwege de verboden reclame door de [kleur 2] blikken verpakking, waarbij vanwege recidive een verhoging is toegepast, en

 € 225.000,- € 45.000,- vanwege de verboden gratis verstrekking van de [kleur 2] blikken verpakking.

Beoordeling

5.1.

Eiseres betoogt dat geen sprake is van een overtreding van artikel 5, eerste lid, van de Tabakswet en de Tabaks- en rookwarenwet. In dit verband voert zij aan dat het reclameverbod niet van toepassing is, omdat sprake is geweest van een reguliere presentatie van te koop aangeboden tabaksproducten door middel van het tonen daarvan in een gesloten verpakking tegen een neutrale achtergrond en de normale prijsaanduiding daarvan in de verkooppunten van tabaksproducten. Zij wijst er in dit verband op dat andere fabrikanten ook in blikken verpakking sigaretten aanbieden. Voorts...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT