Wet van 26 november 1997 tot wijziging van de Wet van 26 november 1997, Stb. 566 houdende wijziging van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen in verband met de invoering van het veilen van schaarse frequenties voor systemen van digitale mobiele telecommunicatie (veilen frequenties mobiele telecommunicatie)

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 1997

567

Wet van 26 november 1997 tot wijziging van de Wet van 26 november 1997, Stb. 566 houdende wijziging van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen in verband met de invoering van het veilen van schaarse frequenties voor systemen van digitale mobiele telecommunicatie (veilen frequenties mobiele telecommunicatie)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de regels in te trekken met betrekking tot het in rekening brengen van vergoedingen voor het gebruik van schaarse radio-frequenties voor het aanbod van bepaalde mobiele telecommunicatiediensten door houders van een vergunning of een machtiging, die het gebruiksrecht niet via een veiling hebben verworven; dat het wenselijk is het gebruiksrecht op alle voor DCS 1800 beschikbare radio-frequenties in een en dezelfde procedure te veilen; dat het wenselijk is het wetsvoorstel in overeenstemming te brengen met de vigerende Wet op de telecommunicatievoorzieningen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Indien het bij koninklijke boodschap van 18 december 1996 ingediende voorstel van wet, houdende wijziging van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen in verband met de invoering van het veilen van schaarse frequenties voor systemen van digitale mobiele telecommunicatie (kamerstukken II 1996/97, 25 171)1, tot wet wordt verheven, wordt deze wet als volgt gewijzigd:

A

In artikel I, onderdeel A, komt de aanhef te luiden:

In artikel 1, eerste lid, wordt na onderdeel jj een onderdeel ingevoegd, luidende:

Staatsblad 1997 567 1

B

Na artikel I, onderdeel A, wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

Aa

In artikel 4ab wordt «het college» telkens vervangen door: Onze Minister.

C

Na artikel I, onderdeel C, wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

Ca

In artikel 13c, tweede lid, vervalt het woord «landelijk» en wordt een volzin toegevoegd, luidende: Onze Minister bepaalt krachtens artikel 13l of de in de vorige volzin bedoelde diensten al dan niet landelijk worden verzorgd.

D

In artikel I, onderdeel L, wordt artikel 13k gewijzigd als volgt:

  1. In het vijfde lid vervalt de tweede volzin.

  2. ...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT