Besluit van 31 maart 2006, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies ten behoeve van de productie van elektriciteit door middel van warmtekrachtkoppeling (Tijdelijk besluit subsidies milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie door middel van warmtekrachtkoppeling)

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 2007

146

Besluit van 31 maart 2006, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies ten behoeve van de productie van elektriciteit door middel van warmtekrachtkoppeling (Tijdelijk besluit subsidies milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie door middel van warmtekrachtkoppeling)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 26 januari 2007, nr. WJZ 7009538;

Gelet op artikel 72m, tweede en derde lid, van de Elektriciteitswet 1998; De Raad van State gehoord (advies van 22 februari 2007, nr.

W10.07.0023/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken van 28 maart 2007, nr. WJZ 7037417;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§ 1. Algemeen Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder: a. wet: de Elektriciteitswet 1998; b. bedrag per kWh: het ingevolge artikel 4, tweede lid, vastgestelde bedrag.

Artikel 2

Ter stimulering van de milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie verstrekt de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet op aanvraag een subsidie voor de productie van elektriciteit die is opgewekt door middel van installaties voor warmtekrachtkoppeling, genoemd in de ministeriële regeling, bedoeld in artikel 4, tweede lid, om de extra kosten die gepaard gaan met het vermijden van negatieve externe effecten door het verminderen van emissies van kooldioxide geheel of gedeeltelijk te compenseren.

Staatsblad 2007 146 1

Artikel 3
  1. De subsidie, bedoeld in artikel 2, wordt niet verstrekt indien de productie-installatie op 1 januari van het kalenderjaar waarop de subsidie betrekking heeft, langer dan 10 jaar geleden in gebruik is genomen, tenzij die installatie na die datum gerenoveerd is. 2. Van renovatie is sprake indien een krachtbron van een installatie, een eenheid of een gasmotor is gerenoveerd voor een bedrag dat tenminste de helft bedraagt van de nieuwbouwkosten van die krachtbron op het moment van renoveren.

    § 2. Subsidiebedrag en subsidiabele periode Artikel 4

  2. De subsidie bedraagt het bedrag per kWh vermenigvuldigd met het aantal kWh dat correspondeert met het aantal aan de producent uitgegeven certificaten voor elektriciteit opgewekt door warmtekrachtkoppeling, die aantonen dat de producent met zijn productie-installatie een hoeveelheid elektriciteit heeft opgewekt en op een Nederlands net of een Nederlandse installatie heeft ingevoed en die zijn uitgegeven in de voor subsidie in aanmerking komende periode. 2. Onze Minister stelt, na overleg met Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, bij ministeriële regeling de hoogte vast van het bedrag per kWh ter stimulering van de milieukwaliteit ten behoeve van de productie van elektriciteit door middel van warmtekrachtkoppeling, welke hoogte kan verschillen afhankelijk van de verschillende categorieën producenten en de verschillende categorieën productie-installaties. 3. De certificaten, bedoeld in het eerste lid, zijn op een bij ministeriële regeling te bepalen wijze gerelateerd aan de mate van vermindering van de uitstoot van kooldioxide door de producent. 4. Het bedrag per kWh blijft gedurende de voor subsidie in aanmerking komende periode ongewijzigd.

Artikel 5
  1. De subsidie wordt ten hoogste verstrekt voor het aantal kWh dat correspondeert met het aantal aan de producent uitgegeven certificaten voor elektriciteit opgewekt door warmtekrachtkoppeling die de producent bij zijn aanvraag heeft geraamd, maar ten hoogste voor 1000 GWh per jaar. 2. Onze Minister stelt, na overleg met Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, bij ministeriële regeling nadere regels ten aanzien van de raming, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 6

De hoogte van het jaarlijks vast te stellen subsidieplafond, bedoeld in artikel 72n, eerste lid, van de wet wordt bepaald door middel van een berekening waarbij het bedrag per kWh wordt vermenigvuldigd met 110 procent van het te verwachten aantal uit te geven certificaten als bedoeld in artikel 4, eerste lid, in dat jaar.

Staatsblad 2007 146 2

Artikel 7
  1. De voor subsidie in aanmerking komende periode is de termijn die aanvangt op het in de beschikking tot subsidieverlening aangegeven tijdstip en eindigt op de laatste dag van het desbetreffende kalenderjaar, met dien verstande dat een aanvang voorafgaand aan het tijdstip van ontvangst van de aanvraag niet mogelijk is. 2. In afwijking van het eerste lid is aanvang van de voor subsidie in aanmerking komende periode voorafgaand aan het tijdstip van ontvangst van de aanvraag mogelijk indien aanvragen om subsidie binnen één maand na de inwerkingtreding van dit besluit worden ingediend.

    § 3. Aanvraag en beslissing op de aanvraag Artikel 8

  2. Een aanvraag om subsidie wordt ingediend met gebruikmaking van een formulier, overeenkomstig het model dat bij ministeriële regeling wordt vastgesteld. 2. Een aanvraag gaat, overeenkomstig hetgeen op het formulier is vermeld, vergezeld van: a. een onderbouwde opgave van de hoeveelheid op te wekken en in te voeden kWh waarvoor subsidie wordt aangevraagd; b. overige op het formulier aangegeven bescheiden.

Artikel 9

De netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet geeft een beschikking tot subsidieverlening binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag.

Artikel 10

De netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet beslist in ieder geval afwijzend op een aanvraag om subsidie indien de aanvraag niet voldoet aan het bij of krachtens dit besluit bepaalde.

Artikel 11

In geval van tussentijdse overdracht van de eigendom of exploitatie van een productie-installatie, kan een beschikking tot subsidieverlening op verzoek van de subsidie-ontvanger aan een andere producent worden overgedragen met toestemming van de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet.

§ 4. Verplichtingen van de subsidie-ontvanger Artikel 12

De productie-installatie van de subsidie-ontvanger is aangesloten op een Nederlands net.

Artikel 13

De subsidie-ontvanger doet onverwijld mededeling aan de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet van de indiening bij de rechtbank van een verzoek tot het op hem van toepassing verklaren van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen, tot verlening van surséance van betaling aan hem of tot faillietverklaring van hem.

Staatsblad 2007 146 3

Artikel 14

De subsidie-ontvanger verstrekt desgevraagd aan de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet alle bescheiden, gegevens of inlichtingen die nodig zijn voor een beslissing omtrent de subsidie.

§ 5. Voorschotten Artikel 15

  1. De netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet verstrekt ambtshalve maandelijks voorschotten. 2. Een voorschot wordt berekend naar rato van het aantal kWh dat correspondeert met het aantal in de voorgaande maand...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT